Stel: een geliefde heeft kanker en moet zo snel mogelijk worden geopereerd. Wil je dan dat het in de buurt gebeurt, wel zo makkelijk, of heb je liever een interventie in het best mogelijke ziekenhuis, met de meest ervaren chirurgen en de beste apparatuur?
Uit allerlei enquêtes blijkt al jaren dat zowel patiënten als hun families veel vaker voor die laatste optie kiezen. De reistijd nemen ze dan voor lief. Met die kennis in het achterhoofd hebben verschillende zorgorganisaties dinsdag een ingrijpend akkoord gesloten over de (verdere) concentratie van in totaal achttien interventies tegen in totaal zeven verschillende vormen van kanker en vaatziekten. Samengevat: bepaalde complexe interventies zullen vanaf uiterlijk 2027 alleen nog worden gedaan in ziekenhuizen die daar voldoende ervaring mee hebben.
Je kunt straks gewoon nog naar het dichtstbijzijnde ziekenhuis met klachten, je hebt niet op je voorhoofd staan of je een bepaald type kanker hebt
NRC sprak woensdag met neuroloog Selma Tromp, die de afgelopen twee jaar als vicevoorzitter van de Federatie Medisch Specialisten betrokken was bij de zogeheten ‘Ronde Tafels Concentratie & Spreiding Oncologie en Vaatchirurgie’.
Lees ook
Uiterlijk in 2027 voeren fors minder ziekenhuizen complexe behandelingen van kanker en vaatziekten uit
Wat gaat er allemaal veranderen?
„Laat ik beginnen met wat er allemaal niét gaat veranderen. Je kunt straks gewoon nog naar het dichtstbijzijnde ziekenhuis als je bepaalde klachten hebt, want je hebt niet op je voorhoofd staan of je een bepaald type kanker hebt of niet. Voor diagnoses kun je overal terecht, dat blijft. Blijkt dan dat je maag- of slokdarmkanker hebt, en moet je geopereerd worden, dan moet je misschien wel naar een ander ziekenhuis. Maar dan kun je de nazorg wel weer in de buurt krijgen.
„Het gaat bijvoorbeeld om ingrepen tegen nierkanker (jaarlijks 2.700 diagnoses), longkanker (jaarlijks 14.500 diagnoses) en alvleesklierkanker (jaarlijks 2.800 diagnoses). Voor die ingrepen worden de zogeheten ‘volumenormen’ verhoogd of ingevoerd. De volumenorm voor een longresectie [het geheel of gedeeltelijk wegnemen van de long] wordt bijvoorbeeld zestig, wat betekent dat patiënten met longkanker vanaf 2027 niet meer geopereerd kunnen worden in ziekenhuizen die jaarlijks gewoonlijk minder dan zestig longresecties doen. Dit type zorg gaat zich concentreren in ziekenhuizen die er wel voldoende ervaring mee hebben, inclusief het benodigde personeel en de apparatuur.”
Is al bekend welke interventies bij welke ziekenhuizen gaan wegvallen?
„Daar is het nog te vroeg voor, want dat hangt af van hoe ziekenhuizen de zorg gaan verdelen over de regio. Twee ziekenhuizen die een bepaalde operatie de afgelopen jaren allebei minder dan de nieuwe volumenorm hebben uitgevoerd, kunnen bijvoorbeeld onderling beslissen om die specifieke operatie voortaan alleen nog in het ene ziekenhuis te doen. Die gesprekken moeten de komende maanden plaatsvinden.”
Er is dus sprake van concentratie van bepaalde typen zorg, maar tegelijkertijd hebben jullie het ook over spreiding. Hoe zit dat?
„Het idee is om de ene vorm van zorg te concentreren in ziekenhuis A, en de andere in ziekenhuis B. Er is in Nederland geen enkel ziekenhuis dat er zomaar een heleboel operaties bij kan doen: er moet dan ook iets van af. Je wil dat de basiszorg, de simpelere operaties die heel vaak voorkomen, zoals liesbreukoperaties, zoveel mogelijk naar de ziekenhuizen gaan die nu misschien wel complexere zorg kwijtraken.”
Er komen dus een soort expertziekenhuizen waar je voor bepaalde specialistische interventies terechtkan, maar voor simpelere ingrepen niet.
„Minder. Ik denk dat we in de toekomst, meer dan nu, ziekenhuizen zullen hebben met bepaalde accenten. We zullen eraan moeten wennen dat we voor bepaalde ingrepen toch echt een stuk moeten reizen. Zorg dichtbij als het kan, en verder weg als het moet.”
Het gaat de afgelopen jaren veel over de toegang tot zorg die onder druk staat. Is deze herverdeling dan wel zo’n goed idee?
„Deze ingreep zien wij juist als noodzakelijk om zorg in de toekomst te kunnen blijven garanderen. Er komen steeds meer patiënten en er is steeds minder zorgpersoneel om voor hen te zorgen. Ook verwachten we dat de verlaging van het eigen risico de vraag naar zorg verder zal stuwen. Dat betekent dat we onze zorg efficiënter moeten inrichten.
„Het is dus de bedoeling dat dit de toegankelijkheid van zorg juist ten goede komt. Omdat je voor bepaalde complexe ingrepen teams nodig hebt die daar veel ervaring mee hebben. Maar bijvoorbeeld ook over een robot beschikken om die operatie te doen. Als je die dan overal gaat plaatsen terwijl ze maar sporadisch nodig zijn, ben je niet efficiënt bezig.”
Deze herverdeling werkt alleen bij de gratie van goede onderlinge gegevensuitwisseling
Vorige week publiceerden jullie de resultaten van een enquête waaruit bleek dat vrijwel alle medisch specialisten in Nederland problemen ervaren met de beschikbaarheid van cruciale patiëntgegevens. Een efficiënt systeem voor het delen van patiëntgegevens lijkt me nu belangrijker dan ooit.
„Dat is zeker een zorg. Als je iemand doorverwijst voor een behandeling, zul je op zijn minst moeten weten welke röntgenfoto’s of scans er al zijn geweest. En moet je zonder te veel moeite brieven uit andere ziekenhuizen kunnen inzien. Waar je je zorgen over zou kunnen maken, is dat mensen steeds ouder worden en steeds vaker meerdere ziektes tegelijk krijgen. Als je dan voor ziekte A naar ziekenhuis A moet en voor ziekte B naar ziekenhuis B, dan mag het niet zo zijn dat die ziekenhuizen slecht met elkaar communiceren. Deze herverdeling werkt alleen bij de gratie van de beschikbaarheid van data en goede onderlinge gegevensuitwisseling.”
