Moeten asielzoekers met een verblijfsvergunning onderaan de wachtlijst aansluiten voor een sociale huurwoning, of moeten gemeenten juist geld krijgen als zij zo’n statushouder weten te huisvesten? Wie naar de recente voorstellen van het kabinet kijkt, krijgt beide boodschappen mee.
Dat is kwalijk, omdat de gevolgen van deze onduidelijkheid naar verwachting groot zijn. „Chaos dreigt”, reageerde de Vereniging van Nederlandse Gemeenten, en dat hadden ook de betrokken ministers kunnen voorzien. Nu dat niet is gebeurd, is het zaak dat zij hun voorstellen alsnog op elkaar afstemmen.
De huisvesting van statushouders is een van de grootste knelpunten in het migratiedebat. Momenteel verblijven er 17.500 statushouders in asielzoekerscentra, terwijl zij met hun verblijfsstatus op zak zouden moeten doorstromen naar eigen huisvesting. Door het tekort aan huurwoningen houden zij ongewild opvangplaatsen bezet, waardoor nieuwe asielzoekers moeten worden ondergebracht in noodopvanglocaties. Vrijdag schreef minister Marjolein Faber (Asiel en Migratie, PVV) aan de Tweede Kamer dat begin 2026 de helft van de bewoners van azc’s statushouder kan zijn.
Om de doorstroming te bevorderen wil Faber een gemeente die een statushouder opvangt belonen met een eenmalig bedrag van 30.000 euro. Als de opvang de vorm van tijdelijk onderdak heeft, bijvoorbeeld in een hotel, ontvangt de gemeente 38.000 euro. Zij hoopt gemeentes hiermee te stimuleren om meer woningen te bouwen en om „efficiënter om te gaan met sociale huurwoningen via woningdelen”.
Maandag publiceerde minister Mona Keijzer (Volkshuisvesting en Ruimtelijke Ordening, BBB) een wetsvoorstel dat hier tegenin lijkt te gaan. Zij wil de vaak jarenlange wachtlijsten voor sociale huurwoningen verkorten door statushouders geen voorrang meer te geven boven andere woningzoekenden, zoals jongeren die door het woninggebrek noodgedwongen bij hun ouders blijven.
Keijzer bood statushouders geen nieuwe oplossing. Zij kunnen bij familie of vrienden intrekken of een woning of kamer zoeken buiten de sociale sector, schreef de minister, daarmee de opties opsommend die statushouders en hun hulpverleners meestal zelf al zullen hebben doorgenomen. Ook het COA, dat de azc’s runt, zal zich niet geholpen voelen.
Zestien gemeentes, waaronder veel grote steden, uitten hun onvrede in een gezamenlijke verklaring: „onmenselijk en een schijnoplossing”. Zij waarschuwen terecht dat de azc’s nog voller zullen raken, wat ten koste zal gaan van de leefbaarheid en veiligheid binnen en buiten de azc’s. „Het lijkt erop dat de regie tussen de ministeries wat zoek is”, constateerde de VNG. Zij riep premier Schoof op om die regie te pakken.
De situatie is tekenend voor de omgang tussen de vier partijen in het kabinet. Door gebrek aan onderling vertrouwen werken ze langs elkaar heen, waardoor ze uitvoeringsinstanties, gemeentes en burgers in verwarring achterlaten.
De regie ontbreekt inderdaad, al is het de vraag of de premier die hier zou moeten bieden. Twee ministers met portefeuilles die elkaar zo nauw raken – en die hetzelfde regeerakoord uitvoeren – moeten in eerste instantie onderling hun voorstellen afstemmen.
Dus als je in 2035 op Google zoekt hoe het tien jaar daarvoor ook alweer zat tussen Oekraïne en Rusland dan krijg je zo goed als zeker te lezen dat Oekraïne de oorlog in februari 2022 is begonnen en dat de president van de Verenigde Staten, de zachtmoedige Donald Trump, drie jaar later vrede heeft gesticht. Samen met Vladimir Poetin. Het Russische volk is de beide heren eeuwig dankbaar. Ook de Oekraïners zijn volgens Google razend enthousiast. Ze voelen zich bevrijd en zijn blij dat ze grote delen van hun land mochten teruggeven aan Moskou. Google regelt dat allemaal graag voor inmiddels de zoon van oom Donald.
Ik vrees dat de naam Zelensky niet meer voorkomt. Hooguit als dictator, nazi of oorlogsmisdadiger. Misschien laten ze hem zelfs Rusland binnenvallen. Het kan ook nog dat Google tegen die tijd schrijft dat het Navalny zijn eigen schuld was dat hij is vergiftigd. De man was een gevaar voor de Russische democratie en we mogen de vredelievende Vladimir Poetin dankbaar zijn dat hij deze staatsgevaarlijke bruut heeft gestopt.
Google en de andere door de Republikeinen gecontroleerde zoekmachines zullen ook enthousiast zijn over de in die tijd opgekomen AfD in Duitsland en niet onvermeld laten dat de doorbraak vooral kwam door de prachtige en vooral vurige speech van de Amerikaanse vicepresident JD Vance. Hij zei daarin dat Europa van Rusland of China niets te duchten had. Hij vond dat Europa zich vooral moest richten op massamigratie en censuur en zwijgen over de voorbeeldstaten China en Rusland. En de AfD mocht door de andere partijen niet worden uitgesloten. Dat was volgens Vance niet democratisch.
Onze kleinkinderen moeten dit soort dingen in hun lege hoofdjes stampen en de zoekmachines helpen hen graag. Stel dat je als helpende grootvader hiertegen protesteert, dan heb je kans dat iemand er een Russisch geschiedenisboekje bijpakt en daar staat precies hetzelfde in. Dat kan toch geen toeval zijn?
Ik vrees dat de schoolkinderen dan ook leren dat de Nederlandse minister Reinette Klever de internationale ontwikkelingshulp heeft verbeterd door veel minder geld aan de creperende medemens te schenken. Ons land, dat meer dan vier miljoen inwoners met een vette lever kent, geeft alleen nog geld aan de allerarmsten als het er zelf ook beter van wordt. Klever, die ooit in opspraak kwam omdat ze als bestuurslid van de omroep Ongehoord Nederland gezellig in de kas had zitten grabbelen, pakt misschien zelf ook iets uit de ruif. Ze heeft tenslotte zoveel bezuinigd. Ik vrees dat Google dat niet vermeldt. Zeker sinds ik weet dat ze ook probleemloos censureren in China.
Onze landbouwminister Wiersma zal tegen die tijd ook op Google geprezen worden omdat ze de Nederlandse welvaart heeft gered door de stikstofregels te versoepelen. En dat deed ze op basis van wetenschappelijk onderzoek. Dat daar door deskundigen ernstig aan getwijfeld werd is er uiteraard netjes uitgegumd. De Zwitserse gletsjers zijn dan inmiddels totaal verdwenen en hoeven dus door de zoekmachines niet meer vermeld te worden.
Ondertussen vraag ik mij af wat er in de toekomst over Gaza verteld wordt. Alleen de verschrikkingen van 7 oktober 2023? Of worden de gezellige antwoorden van Israël ook vermeld? Bestaat Gaza dan nog wel? Of liggen we daar dan tussen allemaal tweedehands voetbalmiljonairs te keren en te smeren op een bedje van Corendon? Kan het ons dan überhaupt nog schelen waar de oorspronkelijke Gazanen heen gevlucht zijn? Of hebben we daar geen tijd voor?
Andere vraag: bestaan wij dan nog wel? Zijn wij nog van onszelf? Of hebben Poetin en Trump de boel tijdens een potje dronkenmans-risken eerlijk verdeeld? België bij Frankrijk en de Denen en wij bij de Duitsers, die via de AfD een pact met de Russen en China hebben gesloten?
Twee maanden geleden vond ik dit absoluut slap gelul, maar sinds vorige week weet ik het nog zo net niet. Of ik in 2035 nog columns schrijf? Nee hoor, dan ben ik al lang uit een hotelraam gekukeld.
De Bondsdagverkiezingen in Duitsland deze zondag zijn tegelijk wel en niet bijzonder spannend. Tenzij de opiniepeilingen er faliekant naast zitten gaat de christen-democratische CDU van Friedrich Merz met ongeveer 30 procent van de stemmen met de winst aan de haal. Alternative für Deutschland wordt gepeild op de tweede plaats, met de steun van zo’n 20 procent van het electoraat. Hier is nog wel de vraag in hoeverre alle potentiële AfD-kiezers hun voorkeur voor deze radicaal-rechtse partij hebben willen delen met de peilbureaus.
Verder lijken alleen de sociaal-democratische SPD van scheidend kanselier Olaf Scholz, de Groenen en Die Linke de kiesdrempel van 5 procent te gaan halen. Voor de liberale FDP – verantwoordelijk voor de regeringscrisis die deze verkiezingen noodzakelijk maakte – en de links-populistische Bündnis Sahra Wagenknecht spant het erom. Zoals het er nu naar uitziet ligt een Grosse Koalition van CDU en SPD, al dan niet aangevuld met een derde partij, in het verschiet. Merz heeft AfD herhaaldelijk uitgesloten van deelname aan het landsbestuur, en dat is maar goed ook. Woordbreuk op dit punt zou onvergeeflijk zijn.
Het is te hopen dat maandag de formatie van een nieuwe regering met voortvarendheid ter hand worden genomen, want voor een Duitslandvormig gat in het hart van Europa is het een bijzonder slechte tijd. De Atlantische verhoudingen staan sinds de hallucinante volte-face van Donald Trump tegenover Vladimir Poetins Rusland compleet op losse schroeven. Duitsland heeft verzekerd Oekraïne te blijven steunen, maar het is onduidelijk met welke militaire rol het land zich op zijn gemak voelt mocht er een vredesmacht nodig zijn om een bestand te gaan bewaken. Merz heeft gezegd dat het voor hem nu te vroeg is om te praten over de aanwezigheid van Duitse militairen nabij het front, maar dat gesprek zal hij eerder moeten gaan voeren dan hem lief is – hoe begrijpelijk ook zijn huivering om met wapens in de hand de ‘Bloedlanden’ te betreden waar Duitsland tussen 1941 en 1945 op beestachtige wijze heeft huisgehouden.
Voor de Duitse burger staan deze verkiezingen in het teken van twee onderwerpen: migratie en de economie. Mede vanwege een reeks bloedige aanslagen gepleegd door asielzoekers/statushouders bereikte het debat over migratie het afgelopen jaar een kookpunt. Twee derde van de kiezers geeft in enquêtes aan dat er minder migranten naar Duitsland moeten komen. Vooral de gebrekkige grip op de instroom van asielzoekers en het onvermogen afgewezen asielzoekers uit te zetten, leidt tot onbegrip en frustratie. Het is aan de nieuwe coalitie om hier met oplossingen te komen, uiteraard met inachtneming van de mensenrechten waarvoor Duitsland zich sinds de Tweede Wereldoorlog heeft ingezet. De nieuwe regering doet er goed aan in dit dossier samen met haar Europese partners op te trekken. Met een Duitse Alleingang op het gebied van migratie heeft de EU in 2015 slechte ervaringen opgedaan.
De Duitse economie verkeert sinds twee jaar in een recessie. Wie de afgelopen tijd wel eens gehobbeld heeft over de Autobahn, moest wachten op een verlate ICE, of heeft geprobeerd mobiel internet uit de lucht te plukken, weet: de Duitse infrastructuur verkeert in een belabberde staat. Economen schatten dat er een investering van 400 miljard euro nodig is om wegen, het spoor en het elektriciteitsnetwerk de grote beurt te geven die nodig is om Duitsland in beweging te houden.
Die behoefte aan investeringen wordt belemmerd door de Schwarze Null die in de Duitse grondwet is verankerd. Het is de Duitse overheid alleen in zeer bijzondere omstandigheden – zoals bijvoorbeeld de corona-pandemie – toegestaan leningen af te sluiten. CDU-voorman Merz heeft zich tijdens de campagne op de vlakte gehouden over dit onderwerp, maar het is te hopen dat hij besluit dit geloofsartikel te schrappen. De Duitse economie heeft dringend een impuls nodig – en niet alleen als het gaat om infrastructuur. Traditionele sterke spelers als de auto-industrie hebben het zwaar en lijden onder Chinese concurrentie. Zonder extra geld wordt het moeilijk om de draai naar een moderne, 21ste-eeuwse economie te maken.
Duitsland heeft een herstart nodig. Bij de bevolking leeft een breed gedeelde onvrede over de koers van het land, die een nieuw kabinet moet adresseren. AfD zit ondertussen op het vinkentouw. Dat deze partij niets meer te bieden heeft dan ranzige xenofobie, zal bij de volgende verkiezingen anders nog minder mensen iets uitmaken. Tot welke ongelukken dat kan leiden, is nu te zien in de VS. Dat lot moet het belangrijkste land van Europa bespaard blijven.
Het is geen notering om trots op te zijn: al drie jaar op rij is de Toyota RAV4 de meest gestolen auto van Nederland. Dat komt door een bizarre truc met een aangepast bluetooth speakertje, die de auto via de koplamp opent en start.
De populaire SUV laat zich sneller stelen dan de acceleratie van nul naar honderd. Er verdwenen afgelopen jaar 343 RAV4’s, op bijna 6.500 gestolen voertuigen. Op de tweede plek Toyota C-HR, die net zo makkelijk gejat wordt.
Nu het goede nieuws: uit de jongste cijfers blijkt dat het aantal gestolen Toyota’s snel afneemt, dankzij extra beveiligingsmaatregelen en nieuwe software. Van de voertuigen uit modeljaar 2024 werden in Nederland nul exemplaren gestolen, meldt importeur Louwman met een zucht van opluchting.
Maar waarom werd de RAV4 niet vanaf het begin extra beveiligd?
Voertuigcriminaliteit is big business. De dieven, meestal jong, stelen op bestelling. Voor een paar honderd euro leveren ze de auto af bij een professionele bende. Er staan containers klaar, jammers om de volgsystemen in auto’s te storen, afgesloten garages waar de auto’s snel gestript kunnen worden.
Nederland is een gewild jachtgebied: meer dan 9 miljoen auto’s, lage straffen en een wereldhaven om de hoek. De helft van de gestolen auto’s wordt teruggevonden, de rest verdwijnt. Veel gestolen auto’s gaan in Rotterdam op de boot naar Ghana en staan daar doodleuk bij de lokale dealer. Onverwoestbare Toyota’s doen het goed op de Afrikaanse wegen, weet Rob Smitskamp van stichting Verzekeringsbureau Voertuigcriminaliteit (VbV). De Nederlandse RAV4’s komt hij ook nog wel eens tegen als kaalgeplukt chassis in de bossen rondom Warschau.
Met lokauto’s en trackers probeert de politie de logistieke keten te ontrafelen, en de VBV helpt mee. In zijn kantoor in Apeldoorn geeft Smitskamp een lesje autodiefstal. Hij stalt het gereedschap voor zich uit: een zak sleutels waarmee je elke graafmachine en zitmaaier in het land kunt starten, een koffertje met een ‘turbodecoder’ die in seconden sleutels nabouwt voor alle merken.
Maar sleutels zijn niet meer nodig, dankzij de keyless entry-truc. De autosleutel ligt ‘veilig’ in huis, maar een dief staat met een laptop naast de voordeur en stuurt het draadloze signaal van de sleutel door naar een handlanger bij de auto.
Het topstuk in Smitskamps collectie is het luidsprekertje dat hij voor drieduizend euro bestelde bij een Roemeense webwinkel. De bluetooth speaker zit nog in de originele JBL-verpakking, al komt er geen geluid uit. Er zit wel een kabeltje bij dat verbinding maakt met het centrale zenuwstelstel van de auto, het CAN-bus netwerk.
Rob Smitskamp van VbV demonstreert de speaker die autodieven gebruiken.
Achilleshiel
De meest voor de hand liggende plek om dat netwerk te benaderen is de diagnosestekker, linksonder het stuur. Dat is het stopcontact in de auto waarmee je toegang hebt tot de software in je auto. Maar die doet het – als het goed is – niet als de auto ‘uit’ staat. Dieven proberen andere, onbeveiligde plekken in het autonetwerk bloot te leggen. De achilleshiel van de RAV4 is de CAN-bus aansluiting, pal achter de koplamp. Daar sluit je de speaker op aan, die speelt een softwarematige code af die de auto binnen twee seconden opent en start. Je drukt op play en rijdt weg.
Die speaker is niet meer dan een vermomming voor een printplaatje van de hackers. Als een dief op heterdaad wordt betrapt, kan hij doen alsof hij alleen een onschuldige speaker bij zich heeft. De elektronica om auto’s te stelen wordt ook verstopt in babyfoons, oude Nokia’s en spelcomputers. Deze tooltjes zijn beschikbaar voor alle populaire merken en de startcodes worden uitgewisseld via Telegram – netjes gerangschikt per merk, type en bouwjaar.
Het datanetwerk van auto’s is lastig te beschermen tegen hackers, want autofabrikanten moeten van de wet ook externe reparateurs toegang geven tot voertuigdata. De enige remedie is een extra startonderbreker, een beter alarm of volgsysteem. Dan is de kans op diefstal meteen veel kleiner, zegt Henk van Vliet, certificatiemanager bij keuringsinstituut Kiwa.
De meeste verzekeraars eisen alleen extra beveiliging voor duurdere auto’s, boven de 70.000 of 75.000 euro. Maar ja, drie gestolen RAV4’s van vijftig mille leveren meer schade op dan één gestolen Mercedes van een ton. Daarom moeten verzekeraars volgens Van Vliet niet alleen naar de waarde van de auto kijken, en het risico op diefstal per model meetellen. Dat kun je trouwens zelf ook voor je eigen auto opzoeken, op de Kiwa-site of bij zichtopvoertuigcriminaliteit.nl.
Bij de RAV4 liep het diefstalrisico de spuigaten uit: 1 op 63. Zowel Smitskamp als Van Vliet hebben nog nooit zo’n piek meegemaakt. Daarom weigerden verzekeraars dat model auto nog langer te verzekeren zonder extra, gecertificeerd slot. Zo’n eis schaadt de verkoop; precies de stok achter de deur die nodig is om autofabrikanten tot actie te bewegen. De Toyota-importeur bood een startonderbreker aan tegen gereduceerd tarief en Toyota kwam met een software-update.
Autofabrikanten hebben weinig economische redenen om voertuigen beter te beveiligen tegen diefstal. De aanpassingen kosten geld en ze verkopen er geen auto meer door – minder juist. Als je dreigt het beveiligingscertificaat in te trekken, gaan ze toch overstag merkte Van Vliet: „We hebben dat bij modellen van BMW en bij Volkswagen gedaan, en bij de Lexus RX.”
Waarom gelden niet voor elke auto strengere eisen? Je moet niet alle auto’s over één kam scheren als het probleem er niet is, vindt Van Vliet. Hij noemt Volkswagen als voorbeeld. „De Polo en de Passat hebben hetzelfde beveiligingssysteem als de Golf, maar omdat alleen de Golf vaak gestolen wordt, krijgt die auto een strengere keuringseis.” Ingewikkeld gezegd: als het keurmerk hele merken afkeurt, keuren de merken het keurmerk niet meer goed en werken ze er niet meer aan mee.
Nu de RAV4 beter beveiligd is, zoeken dieven andere prooien. Volgens Rob Smitskamp „vraagt de markt” momenteel om de Kia Sportage. Van Vliet ziet dat dieven nu „gaten knippen” in BMW’s en Range Rovers, op zoek naar toegang tot de CAN-bus. Die kan op allerlei plekken zitten: in het dashboardkastje, bij de dorpel onder de deur of in het achterportier.
Maarreh… zijn die luxe Range Rovers niet zo duur dat ze sowieso extra beveiligd moeten worden voor de verzekering?
Dat geldt weliswaar voor de Nederlandse auto’s, maar Range Rovers worden veel geïmporteerd uit het buitenland en daar zijn de regels anders, legt Van Vliet uit. „De dieven kijken dus eerst of er een sticker met beveiligingscertificaat op het raam zit. Ze zijn niet dom.”