Wat vindt NRC | Wees niet te neerslachtig over Europa

Het is op dit moment niet moeilijk om pessimistisch te zijn over de economische toekomst van Europa. In zijn jongste prognoses van vorige week verlaagde het Internationaal Monetair Fonds (IMF) zijn raming voor de economische groei in de eurozone voor 2025 van een al magere 1,2 procent naar 1 procent. De voorspelling voor de Verenigde Staten werd juist opgeschroefd van 2,2 procent naar 2,7 procent. Dat is een wereld van verschil, zeker omdat dit onderscheid in economische prestaties zich al langer voordoet. Op de aandelenmarkten doen Amerikaanse bedrijven het structureel beter dan Europese.

In het Zwitserse Davos, waar het jaarlijkse World Economic Forum deze week plaatsvindt klinken dan ook zorgelijke verhalen over de Europese toekomst, terwijl rond de VS de stemming ronduit rooskleurig is. De maandag aangetreden president Trump ontketende, zoals verwacht, het Amerikaanse optimisme over de bedrijvigheid met onder meer decreten rond deregulering, lagere lasten, en minder groen beleid.

Nu ziet ‘Davos’ wel vaker een trend van het afgelopen jaar aan voor één in het komende. Bekend is de juichstemming over de ‘nieuwe economie’ bij de bijeenkomst in januari 2000, nog geen twee maanden voordat de dotcom-zeepbel op de beurzen uiteenspatte. En in januari 2008, een halfjaar voor de kredietcrisis, behoorde financiële instabiliteit er niet echt tot de ‘cruciale issues’.

Dat wil niet zeggen dat de bedrukte stemming over Europa op dit moment eveneens overdreven is. Maar het signaleren van een probleem heeft vooral nut als dat aanzet tot het vinden van oplossingen, zoals die in het Draghi-rapport van afgelopen herfst – gemeenschappelijk investeren, meer eigen kampioenen toestaan. Bovendien is enige relativering op zijn plaats. De Amerikaanse beurzen zijn vooral opgedreven door een kleine club van tech-aandelen. De hoge economische groei is mede het gevolg geweest van forse overheidsuitgaven die hebben geleid tot een enorm opgelopen staatsschuld. Hoge inflatie wordt in de VS nog een hele uitdaging, zeker als daar hoge importtarieven worden ingevoerd en de arbeidsmarkt door het weren van migranten nóg krapper wordt.

Europa blijft intussen inzetten op de vergroening van de economie en de samenleving. Dat is een trend die niet alleen goed is voor de planeet, maar ook een onbetwist verdienmodel voor de langere termijn. China zet er eveneens vol op in. Er zijn Europese bedrijven die een verhuizing naar de VS overwegen die mede gedreven is door president Bidens subsidiegolf van vele honderden miljarden dollars om buitenlandse ondernemingen naar de VS te halen, met name als zij groene plannen hebben. Zij moeten zich intussen bedenken: in het nieuwe Washington zijn plannen om het leeuwendeel van die financiële steun, 300 miljard dollar, te schrappen.

Dat laatste wijst op wat een van Europa’s unique selling points zou kunnen worden: rechts- en beleidszekerheid. Ondernemingen kunnen moeilijk plannen als het beleid, zoals nu in de VS, elke vier jaar dreigt te worden omgegooid, en het juridische systeem een verlengstuk dreigt te worden van presidentiële willekeur. Dat wil niet zeggen dat er in Europa niets te verbeteren en hervormen valt. In tegendeel: de lijst is lang en urgent. Maar overdreven pessimisme is niet op zijn plaats. Dat de VS in de verhouding tussen materialisme en immaterialisme nu radicaal andere keuzes maken, betekent niet dat het oude continent dat eveneens moet doen.