Op de Westelijke Jordaanoever is er geen staakt-het-vuren: kolonisten trokken brandstichtend door Palestijns dorp

De grootouders van de familie Fuqaha liggen aan de voorkant van het huis op bed te rusten, wanneer er een steen door het raam vliegt. Scherven vallen op de grond. Niet veel later volgt een molotovcocktail. Hoge vlammen laaien op rond het zwarte raamkozijn.

Tegen de tijd dat de 37-jarige Sundus Fuqaha vanuit de achterkamers toesnelt met haar man en kinderen, zijn de geweld plegende kolonisten al gevlucht. Samen proberen ze met teiltjes water en doeken het vuur te doven. Daarbij loopt het oudste kind, de veertienjarige Mohammed, brandwonden op aan zijn gezicht en handen.

Het gebeurt allemaal zondagavond rond zeven uur, op de eerste dag van het bestand tussen Israël en Hamas in Gaza. Op de bezette Westelijke Jordaanoever is geen sprake van een staakt-het-vuren.

Terwijl de families van negentig Palestijnen in Israëlische gevangenissen tot in de nacht moeten wachten op hun vrijlating als onderdeel van het akkoord, worden toegangswegen rond Palestijnse steden en dorpen afgesloten door checkpoints en wegblokkades. Elders trekken kolonisten brandstichtend door Palestijnse dorpen.

Gemaskerde kolonisten

Zo ook in Sinjil. Dat dorp van enkele duizenden inwoners ligt ten noorden van Ramallah. Rondom het dorp liggen, volgens het internationaal recht illegale, nederzettingen: Eli, Silo, Ma’ale Levona, Givat Harel. Vanuit daar vallen tientallen jonge kolonisten gemaskerd en met stokken en wapens Sinjil binnen.  

Enkele dagen later zit de familie Fuqaha op de bank in de woonkamer. Het raamkozijn is nog steeds zwartgeblakerd, het raam nog kapot. „Mijn achtjarige zoon slaapt sinds zondag slecht”, vertelt Sundus. Haar andere zoon Mohammed laat de rode wonden op zijn gezicht en armen zien.

Even voorbij hun huis woont Suleiman Fuqaha (55), wiens auto dezelfde avond in brand werd gestoken. Ook Suleiman en zijn vrouw en twee jonge dochters van een en drie jaar schrokken op door een steen die tegen het huis werd gegooid. Hij sloeg alarm in de groepsapp van Sinjil, en al snel kwamen andere dorpelingen toegesneld. De kolonisten sloegen op de vlucht.

„Er komen wel vaker kolonisten schreeuwend en zingend het dorp in”, vertelt Suleiman Fuqaha. „Maar deze keer stichtten de kolonisten ook brand en werden er stenen gegooid.” Twee auto’s gingen in vlammen op en in vier huizen werd brand gesticht, vertelt hij.

De boerende dorpelingen verloren al eerder grote stukken land. Zo grazen de koeien van kolonist Michael Shamla op de heuvel tegenover het dorp, wijzen de inwoners aan, op land van dorpelingen uit Sinjil.

Inauguratie Trump

De afgelopen week hebben ultrarechtse Israëliërs, onder wie kolonisten, zich fel verzet tegen het akkoord met Hamas en vrijlating van Palestijnen uit Israëlische gevangenissen. Bovendien voelden zij zich mogelijk aangespoord door de aanstaande inauguratie van Donald Trump tot Amerikaanse president. Deze week draaide hij de onder zijn voorganger Joe Biden ingestelde sancties tegen enkele kolonisten terug. Tijdens Trumps eerste termijn kon Israël de nederzettingen verder uitbreiden en erkende hij Israëls illegale annexatie van de Golan en Oost-Jeruzalem.

Deze week zei de nieuwe Amerikaanse ambassadeur voor de VN bovendien dat Israël het recht heeft op het ‘bijbelse land’ van de Westelijke Jordaanoever. Eerder sprak de aanstaande Amerikaanse ambassadeur in Israël al zijn steun uit voor nederzettingen op de Westoever, die hij aanduidt als Judea en Samaria.

Nu Trump Israël bewogen heeft tot een akkoord in Gaza, verschuift Israël zijn aandacht naar de Westelijke Jordaanoever. Deze week begon het ook opnieuw een inval in de Palestijnse stad Jenin. Daarbij zijn door onder meer luchtaanvallen en sluipschutters al tien mensen gedood en veertig gewond geraakt. De toegang tot de stad is geblokkeerd. Bij een inval maandag in de stad Qalqilya werden ruim zestig Palestijnen, onder wie kinderen, opgepakt.

Noch het kolonistengeweld op de Westoever noch de invallen in Palestijnse steden door het leger zijn een recente ontwikkeling. Het was juist dit dagelijkse, escalerende geweld dat een belangrijke opmaat vormde voor de aanval van Hamas in Zuid-Israël op 7 oktober 2023. Sindsdien zijn, in de schaduw van Gaza, door het leger en kolonisten ruim achthonderd Palestijnen gedood op de Westoever.

Het kolonistengeweld wordt door de staat gesteund en gefaciliteerd. Extreemrechtse kolonisten bekleden belangrijke posities in de Israëlische regering. Het leger grijpt zelden in of doet zelfs actief mee. En het onderscheid is vervaagd tussen het leger en kolonisten, die zelf dienstplicht hebben, reservist zijn, of legeruniformen en wapens dragen.

Camera’s

Bij toegangswegen rond Sinjil heeft het Israëlische leger bewakingscamera’s opgehangen, die theoretisch als bewijslast zouden kunnen dienen tegen de kolonisten. Maar, benadrukken de families, het leger doet helemaal niets. Op een heuvel dichtbij ligt een militaire basis, en het leger is vrijwel altijd aanwezig op de wegen rondom het dorp. Maar het liet zich pas zien – met inzet van traangas – toen de kolonisten al weg waren. Zelf maakten de families die avond foto’s en video’s, die ook door mensenrechtenorganisaties als Yesh Din zijn gepubliceerd.  

De familie Fuqaha belde wel met de Israëlische en Palestijnse politie. Een man van de Shin Bet, de Israëlische veiligheidsdiensten, kwam naderhand langs in Sinjil en maakte een notitie van het geweld. De dorpelingen gaan ervan uit dat er niets meer mee gebeurt, wetende dat de kolonisten vrijwel altijd wegkomen met hun geweldplegingen tegen Palestijnen.