William Burroughs valt niet te verfilmen. Althans: niet zijn boeken. David Cronenburg deed in 1991 een halfgeslaagde poging met Naked Lunch, een surrealistische biopic vol body horror en typmachines die transformeren tot tirannieke, uit hun anus pratende reuzeninsecten. Cronenbergs groteske, vlezige stijl paste prima bij zijn oeuvre, vond William Burroughs zelf. En bij zijn fragmentarische, van schizofrene hallucinaties aaneen hangende Naked Lunch (1959), naast Kerouacs On the Road dé roman van de beatgeneratie.
De Italiaanse filmmaker Luca Guadagnino probeert in Queer opnieuw het onmogelijke: Burroughs verfilmen. En slaagt daar in navolging van Cronenberg in door de tekst van de roman – in dit geval het in 1985 gepubliceerde Queer – achter zich te laten en er een biografische film van te maken, zegt hij in een kort zoomgesprek samen met acteur Drew Starkey, die in de film het ongrijpbare liefdesobject van Burroughs’ alter ego William Lee speelt.
Luca Guadagnino, voor alles stilist: „Wat mij in dat boek aantrok was de omslag. Ik zag hem liggen in een boekwinkeltje in Palermo toen ik jong was, zeventien jaar. Die titel, met daaronder Williams S. Burroughs, was enorm evocatief. Toen las ik het boek en werd verliefd. Ik was heel jong, de kwaliteit van schrijven van iemand als Burroughs tegenkomen is dan een seismische gebeurtenis in je leven. Later vond ik in het boek, de geweldige taal, de manier waarop hij een toch vrij klassiek liefdesverhaal vertelde, een perspectief dat ik graag verder wilde verkennen.”
William Burroughs zag zelf een link tussen zijn schrijven en filmmontage: hij pionierde in cut up-technieken waarbij hij teksten in willekeurige volgorde verknipte en aan elkaar plakte om zo een uitweg te vinden uit de ‘pre-recorded’ realiteit van causale ketens.
Hij werkte graag samen met filmmakers: zie het West-Duitse Decoder, over een duistere fastfood-corporatie die de massa beheerst met geestdodende, consumptie stimulerende muzak, losjes geïnspireerd door Burrouhgs’ essay The Electronic Revolution. Hij speelt in die film Dr. Benway, de duistere wizard of Oz in labjas die in Naked Lunch een sinistere antagonist is. Ook wandelde Burroughs in 1989 binnen bij Gus Van Sants Drugstore Cowboy als priester Tom, de goeroe van verslaving en existentiële wanhoop als levensstijl. Toch: is het niet lastig zijn vaak bijna plotloze oeuvre in film om te zetten?
Guadagnino: „Het is moeilijk als je film alleen als plot-gedreven ziet. Maar me dunkt dat we daar al wel zo’n vijftig jaar voorbij zijn, toch? Sinds de nouvelle vague. De vraag is meer: hoe? Hoe visualiseer je Burroughs’ wereld? We moesten trouw zijn aan zijn verbeelding, zijn gevoel voor humor, zijn romanticisme. We hadden daarbij niet eens zo’n drastische behoefte aan een verrassende plot.”
Drew Starkey: „Ik liet het boek en Burroughs in mij doorsijpelen op een bepaalde manier. Er waren zinnen waarin Burroughs het personage Allerton beschrijft die zich vastzetten in mijn hoofd. In de epiloog van Queer kijkt William Lee terug op de affaire en zegt dan: ‘Wat is er ooit gebeurd met dat mes [knife] genaamd Allerton?’ Dat was zo’n, duidelijke, schrijnende manier om iemand te beschrijven. Ik dacht aan hem als ‘mes’ door het hele verhaal heen.”
Guadagnino: „Dat is subjectief, toch? Lee ervoer hem als mes, toch?”
Starkey: „Ja, ja. Natuurlijk. Maar Allerton onthult zijn ware aard als tegenhanger van Lee. Dat is wat je ziet. Werken met Daniel Craig is het beste wat je kan overkomen. Het ging vooral om luisteren, aanwezig zijn. Ik was soms wel afgeleid door Daniels acteren. ‘Wat doe ik? Ik moet opletten. Ik ben nu gewoon aan het kijken naar Daniels fantastische performance’. Dat was best moeilijk en gecompliceerd. Maar we vonden manieren om het actief en interessant te houden.”
Lees ook
de recensie van ‘Queer’
‘Queer’ zwijgt over de dood van Burroughs’ echtgenote Joan Vollmer, in de verfilming wordt daar twee keer indirect naar verwezen. Waarom?
Guadagnino: „Dit is een adaptatie van het boek Queer dat pas werd uitgegeven in 1985. Die bevat het manuscript dat hij 1952 schreef én een introductie die hij er later aan toevoegde. In die terugblik beschrijft hij zijn leven als een expat in Mexico City, zijn routines en het moment dat hij zijn vrouw vermoordt. Want zo ziet hij dat: een lelijke geest nam bezit van hem en maakte hem daarna tot een schrijver. Die lotsbestemming, die doem, is verbonden met de wereld van Queer en het fatale Wilhelm Tell-spelletje met zijn vrouw.
„Maar tegelijk deed me dat denken aan Oscar Wilde. Een prachtige zin, dieper onderzocht door Rainer Fassbinder: ‘Each man kills the things he loves’. Omdat Lees liefde voor Allerton oneindig is, is hij voor altijd bezeten door die liefde. Daar heeft hij Allerton zelf niet meer bij nodig.”
Uit ‘Naked Lunch’ haalt u Burroughs’ metafoor van de duizendpoot. Wat betekent dat voor u?
Guadagnino: „Voor mij is dat een symbool van onderdrukking. In de laatste notitie in de dagboeken van William Burroughs, drie dagen voordat hij sterft, schrijft hij een klein gedicht dat eindigt met het woord ‘liefde’. Hij is heel eerlijk in wat liefde voor hem betekent, maar beschrijft de duizendpoot als de vijand van de liefde. Het is een entiteit die op de loer ligt om connectie en fusie te voorkomen.
„In een droom ziet Lee de duizendpoot kruipen over de kuit van een man van keramiek. Een levende tatoeage van onderdrukking die probeert liefde te vernietigen. Bij Burroughs is de duizendpoot het post-menselijke. Een mens verandert in een duizendpoot zonder moraliteit, een machine die slechts vernietigt.”