Gerechtshof in zaak tegen de staat: Marechaussee moet stoppen met discriminerende controles

Uitspraak Het Haagse gerechtshof fluit rechtbank terug en benadrukt negatieve gevolgen van etnisch profileren voor de maatschappij.

Mpanzu Bamenga (links), die de zaak mede aanspande, na de uitspraak van het gerechtshof dinsdag.
Mpanzu Bamenga (links), die de zaak mede aanspande, na de uitspraak van het gerechtshof dinsdag.

Foto Bart Maat / ANP

De Koninklijke Marechaussee maakt zich bij grenscontroles schuldig aan rassendiscriminatie door onder meer op huidskleur te selecteren en moet daar onmiddellijk mee stoppen. Dat stelt het Haagse gerechtshof in een principezaak tegen de staat over etnisch profileren aangespannen door twee slachtoffers, Amnesty International en het Nederlands Juristen Comité voor de Mensenrechten.

Anderhalf jaar geleden oordeelde de rechtbank Den Haag nog dat bij het mobiele vreemdelingentoezicht door de Marechaussee juist geen sprake was van discriminatie. Maar het gerechtshof komt tot een wezenlijk andere juridische weging en interpretatie van de feiten en stelt dat de Marechaussee bij de controles ras en etniciteit niet als selectiecriterium mag gebruiken, ook niet als tegelijkertijd andere criteria zoals leeftijd een rol spelen.


Lees ook: Je kunt nooit bewijzen dat het aan je kleur ligt, maar zo voelt het zeker

Er is dan namelijk sprake van discriminatie op grond van ras, „een bijzonder ernstige vorm van discriminatie” aldus het gerechtshof.

Bredere context

Het hof plaatst het etnisch profileren door de Marechaussee nadrukkelijk in een bredere context en stelt dat het een negatieve uitstraling heeft op de maatschappij als geheel. Het leidt tot gevoelens van pijn en frustratie bij degenen die etnisch geprofileerd worden en zorgt ervoor dat Nederlanders met een andere dan blanke huidskleur zich niet geaccepteerd en tweederangs burger kunnen voelen.

Het grootste verschil met de uitspraak van de rechtbank is de wijze waarop het hof de jurisprudentie van het Europees Hof voor de Rechten van de Mens uitlegt. Zodra ras of etniciteit als een van de gronden voor controles naar illegaal verblijf worden gebruikt – iets wat de Marechaussee erkent – dan is de beslissing om iemand te controleren automatisch in grote mate op ras gebaseerd en daarmee per definitie ongeoorloofd.

In 2021 kondigde de Marechaussee een nieuwe werkwijze zonder etnisch profileren aan. Ook de rechtbank lichtte de verbeteringen uit die de Marechaussee doorvoerde om het risico op discriminatie verder te beperken. Maar volgens het gerechtshof is van een veranderde werkwijze niet of slechts in beperkte mate sprake. Het gebruik van ras en etniciteit bij controles berust op vast beleid van de Marechaussee en daarom is er voldoende aanleiding om die werkwijze te verbieden.


Lees ook dit interview met slachtoffer Mpanzu Bamenga

Reactie staatssecretaris

Staatssecretaris Eric van der Burg (VVD) stelde dinsdag in de Tweede Kamer de Marrechaussee opdracht te geven niet meer etnisch te profileren. Een woordvoerder van de Marechaussee zegt dat de uitspraak mogelijk verstrekkende gevolgen voor de werkwijze van de organisatie heeft en dat momenteel bestudeerd wordt wat de precieze consequenties zijn.

Mpanzu Bamenga, een van de twee slachtoffers van etnisch profileren die de rechtszaak mede aanspande, is zeer tevreden. Nadat hij in 2018 op het vliegveld van Eindhoven aan een extra controle werd onderworpen, ontdekte hij dat dit samenhing met zijn huidskleur en besloot hij stappen te ondernemen. In een reactie stelt hij: „Dit is een grote overwinning niet alleen voor mezelf en mensen van kleur maar voor iedereen die zich jarenlang heeft ingezet tegen racisme, etnisch profileren en voor gelijke behandeling.”