N.B. Het kan zijn dat elementen ontbreken aan deze printversie.
Iedereen Leest Op deze plek schrijft NRC over de populairste boeken van dit moment. Deze week: een pamflet tegen de welvaartskloof van Sander Schimmelpenninck.
Na een succesvolle televisieserie over ongelijkheid in Nederland (‘Sander en de kloof’), schreef journalist Sander Schimmelpenninck het pamflet Sander en de brug. Daarin doet hij vijf concrete voorstellen om de economische ongelijkheid in Nederland te verminderen en het vertrouwen in de publieke zaak te laten groeien.
Het zijn beargumenteerde voorstellen met de kracht van de eenvoud. Meer belasting op zaken waar werkschuwe rijke mensen van profiteren, zoals erfenissen en pensioen. Alle jongeren op hun 25ste een startkapitaal (‘jubelton’) voor het leven. Scholieren van verschillende achtergronden langer samen in de bankjes, mét fatsoenlijke lunch. En jonge mensen tot een maatschappelijke diensttijd verplichten, zodat de sociale samenhang toeneemt.
De ideeën zijn niet nieuw, maar Schimmelpenninck heeft de wilde frisheid van limoenen. Hij is een vlotte prater, met standpunten die mensen niet verwachten van een voormalig Quote-hoofdredacteur met wortels in de Twentse landadel. Hij kreeg dus ruimschoots aandacht voor zijn pamflet, in de grote kranten en op televisie.
Schimmelpenninck wordt wel als linkse radicaal neergezet, maar dat is onterecht. Hij laat in Sander en de Brug zien dat de ongelijkheid in Nederland te groot is. Hij wil de overheid inzetten om scholen, ouders én de vrije markt te temmen. Schimmelpenninck verwondert zich ook als een marxist over het vals bewustzijn dat „vrijwel iedere Nederlander denkt dat hij iets te verliezen heeft bij hogere kapitaalsbelastingen terwijl deze belastingen juist in het voordeel van de meeste Nederlanders uitpakken”.
Maar radicaal, nou nee. Zijn thema is dat mensen moeten ploeteren, voor hun inkomen, voor de vaderlandse economie, voor het algemeen fatsoen. Soms borrelt de Buma in hem op, bijvoorbeeld wanneer hij schrijft dat ‘een tegenwicht tegen de individualisering, radicalisering, verharding en normvervaging harder nodig is dan ooit’.
Schimmelpenninck heeft de wilde frisheid van limoenen
Er moet weer burgerschap gekweekt worden! Dat gebeurt als ‘Olivier’ uit Amsterdam-Zuid en ‘Ahmed’ uit Apeldoorn-Noord een slaapzaal delen in hun diensttijd. Als burgerschap ziet de auteur: economisch bewustzijn, zelfstandigheid, saamhorigheid. „Of zijn we soms vergeten dat we in de vorige eeuw de strijd met de zee in ons voordeel hebben beslecht en een hele nieuwe provincie hebben gecreëerd?” Keurige mainstream mouwenopstroperij.
Toch verdient Schimmelpennick een groot compliment. In Nederland heerst het door De Telegraaf aangejaagde idee dat ‘de elite’ bakfietsgewijs door de binnenstad rijdt, en Sigrid Kaag of Jesse Klaver de baarlijke duivel zijn. Tot vreugde van alle bankiers, advocaten, vastgoed- en varkensboeren, ontworstelt de politiek zich maar met moeite aan dit populisme. Zo blijft het in dit „waanzinnig gave land” (Rutte) voorspelbaar dat wie armer is, ongelukkiger en ongezonder is en korter leeft.
Het vergt klaarblijkelijk publicisten om hardnekkige ongelijkheid op de agenda te houden, of dat nu iemand is als Tim ’S Jongers die zich uit armoede omhoog werkte en als ‘ervaringsdeskundige’ directeur werd van het wetenschappelijk bureau van de PvdA, of opgewekte nestbevuilers als Joris Luyendijk en Sander Schimmelpenninck. Fijn dat ze er zijn, en wie een treinreis van een uur voor de boeg heeft, kan met Sander over de brug.
Lees hier een interview met Sander Schimmelpenninck