„Wil je een Lamborghini uitzoeken?” Enkele uren na de val van het Syrische regime gaan op sociale media filmpjes rond van de autogarage onder het paleis van de afgezette president Bashar al-Assad. De garage staat vol met dure auto’s: BMW’s, Ferrari’s, Audi’s, Range Rovers, een Rolls-Royce en een Aston Martin.
„Uitverkoop, uitverkoop!”, roepen rebellen die diezelfde dag het presidentiële paleis zijn binnengedrongen. „Neem mee, het is Louis Vuitton!”
Nu het regime van Assad is gevallen, komt de weelde aan het licht waarin de presidentsfamilie leefde terwijl de burgerbevolking in extreme armoede en oorlog moest zien te overleven. En rijst direct de vraag: hoe heeft de president van het straatarme, door oorlog verwoeste, land deze rijkdom kunnen vergaren ondanks de talloze sancties die al sinds het uitbreken van de burgeroorlog in 2011 gelden tegen hemzelf, zijn handlangers en zijn regime?
Het Amerikaanse ministerie van Buitenlandse Zaken schatte Assads vermogen in 2022 op 1 tot 2 miljard dollar. De familie gebruikte grote bedrijven in alle belangrijke Syrische sectoren om geld wit te wassen en naar het regime te sluizen. Presidentsvrouw Asma al-Assad had een machtige positie in de Syrische economie, via hoge functies in grote bedrijven, economische commissies en liefdadigheidsinstellingen.
Lees ook
Bashar al-Assad: brute dictator vol geldingsdrang die Syrië verschroeide
Hoeveel de familie Assad precies bezit, is moeilijk vast te stellen, omdat het vermogen zit verhuld in vastgoed en belastingparadijzen. Assad en zijn naasten maakten gebruik van stromannen, banken, trustkantoren en andere dienstverleners om via brievenbusmaatschappijen geld naar zichzelf te sluizen, luxe aankopen te doen, en sancties te omzeilen, ook via Nederland.
Zo gebruikte Asma al-Assad een dekmantel in Dubai, al-Shahba, om te kunnen blijven shoppen terwijl het land in oorlog was. Zij kocht online voor duizenden euro’s aan handgemaakte meubels, sieraden met goud en edelstenen en schilderijen, bleek uit onderzoek van The Guardian in 2012.
De echtgenote van Assad plaatste haar bestellingen regelmatig bij een bevriende zakenman in Londen, ook wel de Londense „fixer” van Assad genoemd. Die werd naar luxewarenhuis Harrods gestuurd voor een Ming-vaas, voor 2.650 pond (ruim 3.200 euro) in de aanbieding, en regelde een design lampje van Armani voor Asma al-Assad. Uit onderschepte e-mails bleek hoe gedetailleerd de bestellingen van Assads entourage soms waren, zoals de wens voor een specifieke chocoladefondue-set, of producten uit een bepaalde boetiek in de wijk Chelsea.
Oliehandel via Haarlem
Behalve voor luxegoederen gebruikte president Assad zijn fijnmazig geconstrueerde sluiproutes om zijn oorlogsmachine draaiende te houden. In 2014 werden het Nederlandse bedrijfje Staroil B.V. en twee Nederlandse bestuurders op de Amerikaanse sanctielijst geplaatst. Staroil uit Haarlem zou via een web van anonieme bedrijfjes in onder meer Dubai en Zwitserland olieproducten hebben geleverd aan het Syrische regime.
In 2016 bleek dat meerdere bedrijven uit dit oliehandelnetwerk zijn opgericht door Mossack & Fonseca, het Panamese kantoor dat centraal stond in de Panama Papers, een groot lek van gegevens over brievenbusmaatschappijen in belastingparadijzen. Een van die bedrijven, Pangates International Corporation Ltd. uit de Seychellen, bleef nog zeker een jaar actief nadat de sancties werden opgelegd, bleek uit onderzoek van de Süddeutsche Zeitung.
In 2014 werden het Nederlandse bedrijfje Staroil B.V. en twee Nederlandse bestuurders op de Amerikaanse sanctielijst geplaatst
Een import-exportbedrijfje op Cyprus bleek eveneens van belang voor Assads regime om zaken met het Westen te doen en sancties te omzeilen. Gelekte administratiedocumenten van zes Cypriotische trustkantoren toonden vorig jaar aan dat Assad en consorten tussen 2014 en 2019, met hulp van de tussenpersoon op Cyprus, boormaterieel in de VS bestelden. Deze bestellingen waren cruciaal om in Syrië naar olie en gas te kunnen blijven boren.
De familie Makhlouf
De Makhlouf-familie gold als een onmisbare schakel in de Syrische kleptocratie. De oom van Assad – een broer van zijn moeder – en zijn familie houden invloedrijke belangen in vrijwel alle cruciale sectoren van de economie. Uit documenten van de Swissleaks bleek dat de familie met hulp van de Zwitserse vestiging van de Britse bank HSBC belasting ontweek, onder meer via de Britse Maagdeneilanden. De bank regelde zaken voor de familie ondanks Europese sancties, mede door enthousiast gebruik te maken van buitengaats verstopte fondsen die voor de buitenwereld niet zichtbaar zijn.
Ook Assads neef Rami Makhlouf speelde jarenlang een belangrijke rol bij het financieren van Assads regime. Makhlouf, naar verluidt de rijkste man van Syrië, dankt een groot deel van zijn welvaart aan de positie van zijn neef Assad. In een diplomatiek bericht van het Amerikaanse ministerie van Buitenlandse Zaken werd hij in 2011 ‘Syria’s poster-boy for corruption’ genoemd. In 2008 kwam hij op de Amerikaanse sanctielijst wegens het „profiteren van en steun verlenen aan publieke corruptie van het Syrische regime.” Makhlouf had negen offshore bedrijven bij het Panamese Mossack & Fonseca, ook nadat hij in 2008 op de Amerikaanse sanctielijst werd gezet. Pas nadat Makhlouf in 2011 op de Europese sanctielijst kwam, werden zijn bedrijven bij Mossack & Fonseca opgeheven.
In 2020 ontstond een hoogoplopende ruzie tussen Makhlouf en Assad nadat de president had geëist dat Makhlouf een aantal van zijn bedrijven zou overdragen aan de staat. De greep naar de bedrijven van zijn neef toont hoe Assad steeds naarstiger op zoek was naar inkomstenbronnen om na jaren van oorlog en sancties de oorlog en zijn luxe levensstijl voort te kunnen zetten.
Die inkomsten haalde het regime de laatste jaren ook uit drugshandel – en opnieuw met hulp van de familie Makhlouf. Syrië is de grootste exporteur wereldwijd van captagon, een soort amfetamine die vooral populair is in Saoedi-Arabië en de Arabische Emiraten. Vermoed wordt dat Assad die handel gebruikte om aan contant geld te komen – Syrië verdient jaarlijks miljarden aan de drugshandel. Daarnaast gebruikte Assad de handel om politieke druk te zetten op de Arabische staten. De drugs worden vanuit Syrië via onder meer Italië en Roemenië naar de Emiraten verscheept, onthulde Der Spiegel in 2022.
Toen rebellen zondag het Syrische regime omverwierpen, vluchtte Assad naar Rusland, waar hij direct asiel kreeg. Daar hoeft hij niet op zoek naar onderdak: via Libanese anonieme bedrijven en Russische bv’s in handen van zijn neef Hafez Makhlouf kocht hij sinds 2013 voor zeker 40 miljoen dollar aan Russisch vastgoed. De familie-Assad bezit onder meer 18 luxe appartementen in de Moskouse „City of Capitals”, een van de hoogste wolkenkrabbers van het land.