
Met aantrekkelijk spel je beste wedstrijd in lange tijd spelen, en tóch verliezen. Het zal voor elke voetbalploeg bijzonder frustrerend zijn. Toch moet de vriendschappelijke interland tegen de Verenigde Staten, die dinsdagavond in Den Haag met 2-1 nipt werd verloren, het Nederlands vrouwenelftal een goed gevoel geven. Het team van bondscoach Andries Jonker liet zien dat het voor het spannende voetbaljaar dat eraan komt – Nations League, WK-kwalificatie en het EK in Zwitserland – beslist niet kansloos is.
De wedstrijd tegen de VS was een afsluiter van een serie van vier oefenwedstrijden dit najaar, waarin Jonker zowel heeft kunnen werken aan herstel van vertrouwen als aan vernieuwing van de selectie. De eerste helft van 2024 verliep roerig en teleurstellend. De nationale vrouwenploeg miste de Olympische Spelen en speelde moeizaam in de kwalificatie voor het EK.
De statistieken over de vier vriendschappelijke wedstrijden zijn op het eerste gezicht indrukwekkend. Voor het verlies tegen de Amerikanen versloeg Oranje Indonesië met 15-0 (de grootste overwinning ooit), Denemarken met 2-1 en afgelopen vrijdag China met 4-1. Na de wedstrijd uit tegen de Denen leek Jonker de nare smaak van het slechte voorjaar te hebben weggespoeld. „Ik kreeg toen weer het gevoel dat we heel goed kunnen zijn, dat we weer heel goed kunnen wórden”, zei hij vorige week op het trainingskamp in Zeist. En vooral was het gevoel bij de deels vernieuwde selectie goed. „Iedereen heeft er zin in en ik merk dat we graag bij elkaar zijn.”
Waar de bekritiseerde bondscoach, sinds zijn aanstelling twee jaar geleden, lang bleef vasthouden aan de oude garde van ervaren topspeelsters, koos hij na de zomer nadrukkelijk voor nieuwe talenten. Voor de twee trainingskampen in de afgelopen weken riep hij liefst negen debutanten op; de meesten kregen ook de gelegenheid zich in een van de vier oefenwedstrijden te bewijzen.
Voor jonge speelsters als Nina Nijstad (21), Lotte Keukelaar (18) en Veerle Buurman (18) pakten die kansen heel goed uit. Tactisch en speltechnisch leek het alsof zij al jaren in Oranje meespelen en ze wisten bij hun eerste interlands ook nog doelpunten te maken.
Knullige bal
Voor PSV-verdediger Buurman was haar basisplaats dinsdagavond tegen de Amerikanen om twee redenen extra bijzonder. Ze nam de plaats in van de ervaren aanvoerder Sherida Spitse, over wie al langer twijfels bestaan: kan ze nog op het hoogste niveau mee? En Buurman was bepalend voor het scoreverloop. Na een kwartier maakte ze vanuit een hoekschop de eerste treffer met een prachtige kopbal. Kort voor rust volgde via een knullige bal op haar achterhoofd de tegentreffer met een eigen doelpunt.
Tot dan toe had Nederland met geweldig voetbal de wedstrijd tegen de – op papier – sterkste ploeg ter wereld knap gedomineerd. Alle speelsters deden precies waar bondscoach Jonker vaak op hamert: attractief en aanvallend voetballen, na balverlies snel druk zetten op de tegenstander en vooral via de zijkanten proberen tot kansrijke aanvallen te komen. Naast routiniers als Jackie Groenen, Jill Roord en Daniëlle van den Donk – die in plaats van Spitse de aanvoerdersband kreeg – waren ook enkele jongere speelsters in topvorm. Met name rechtsbuiten Romée Leuchter (23 jaar, PSG, nu 19 interlands) en de pas 19-jarige Wieke Kaptein (Chelsea 13 interlands) maakten indruk.
Bij de vorige oefenwedstrijd, vrijdagavond tegen China, bleek dat de vernieuwingsdrang van bondscoach Jonker ook kwetsbaar is. Opnieuw kregen veel jonge speelsters de kans zich te bewijzen. Hoewel Nederland beter voetbalde, kwam China onverwacht op voorsprong. Na een uur spelen greep Jonker in en bracht hij in één wisselbeurt liefst vijf vedetten in. Pas met Danielle van de Donk, Lynn Wilms, Jill Roord, Esmée Brugts en Lineth Beerensteyn begon het bij Oranje te lopen en keerde het flitsende aanvalsspel dat Jonker graag ziet terug. In nog geen 18 minuten werd de achterstand omgebogen in een 4-1 overwinning; met drie doelpunten van invallers.
Het was om die reden dat Jonker bij de topwedstrijd tegen de Verenigde Staten niet langer wilde experimenteren met debutanten, maar met „de beste opstelling” wilde verschijnen, zei hij vorige week al. Tegen de mondiale nummer één wilde de bondscoach geen gezichtsverlies lijden. Dat moet een pijnlijke mededeling voor recordinternational Spitse (236 wedstrijden) zijn geweest. Zij was tot nu toe onder Jonker altijd verzekerd geweest van een basisplaats. Dit keer koos hij achterin voor de ervaren Dominique Janssen en nieuweling Buurman. Het was het enige experiment dat Jonker tegen de VS aandurfde, omdat hij wilde zien hoe dit nieuwe duo zich tegen een topploeg in het centrum in de verdediging staande houdt.
Topscorer Miedema afwezig
Jonker begreep na afloop niet dat zijn elftal na de „waanzinnige eerste helft” de wedstrijd in het ADO-stadion niet had weten te winnen. „We hadden op 3-0 of 4-0 moeten komen.” Hij erkende wat het grote manco van de Oranjevrouwen nog is: uit de vele kansen werd nauwelijks gescoord. Het effectief „afronden” van voorzetten is een zwakke plek bij dit Nederlands elftal.
Jonker zei dat de grote nadruk daarop tijdens de trainingen in de afgelopen weken kennelijk nog niet genoeg is geweest. Maar, zei hij tegen de NOS: „we zijn echt goed op weg en hebben nog steeds een heerlijk elftal”.
Eén factor die het gebrek aan doelpunten kan verklaren noemde Jonker dinsdag niet: de afwezigheid van topscorer Vivianne Miedema (96 doelpunten in 120 interlands). De 28-jarige spits van Manchester City staat al maanden langs de kant met een hardnekkige knieblessure.
