Een boer die zijn rechten verkoopt op de uitstoot van stikstof, dat ligt gevoelig. Toen Schiphol op zoek moest naar ruimte, deed de luchthaven dat stiekem, via tussenpersonen. Vier boeren vertellen anoniem. „Overal vragen mensen me hetzelfde: aan wie heb je verkocht?”
Heeft u vragen, suggesties of ideeën over onze journalistiek? Mail dan naar onze ombudsman via [email protected]
Voor de derde dag op rij is er onrust in onder meer de Georgische hoofdstad Tbilisi. Daar zijn tienduizenden mensen al dagen in protest tegen de regering. Zaterdagavond maakte de huidige president van het land, Salome Zoerabisjvili, bekend geen afstand te doen van haar rol tot er weer een geldig parlement is dat haar opvolger kan aanstellen.
„Er is geen legitiem parlement. En een illegitiem parlement kan geen president kiezen”, zei de president zaterdagavond. Haar termijn loopt deze maand af wanneer het parlement een opvolger dient te kiezen. „Mijn mandaat loopt door totdat er een geldig verkozen parlement is.”
Sinds donderdag zijn er grote protesten in het land. Zaterdagavond gingen zo’n 100.000 inwoners de straat op. Zij raakten in gevecht met de politie. Demonstranten gooiden vuurwerk, politie drong hen terug met waterkanonnen en rubber knuppels. Een onbekend aantal mensen is gearresteerd. Reden voor de volkswoede is het handelen van de Georgische premier Irakli Kobakhidze: donderdag kondigde hij aan de onderhandelingen om tot de Europese Unie toe te treden te pauzeren. Tot woede van veel pro-Europese Georgiërs (80 procent van de Georgiërs ziet voor het land een toekomst bij de EU).
Lees ook
Boven de Georgische politiek torent nog altijd de conservatieve Orthodoxe Kerk
In reactie op het hardhandig neerslaan van de protesten sinds donderdag, zijn meerdere ambassadeurs opgestapt. De Georgische ambassadeurs in Bulgarije, Italië, Litouwen en ook Nederland dienden hun ontslag in als reactie op de onrust in hun thuisland.
De Verenigde Staten kwamen daarbij zaterdag met een verklaring waaruit blijkt dat de VS hun strategische partnerschap met Georgië opschorten. Volgens Amerika heeft het „anti-democratisch handelen”van de regeringspartij, Georgië kwetsbaarder gemaakt voor het Kremlin. Daarmee zijn de „kernprincipes” van het partnerschap geschonden.
Frauduleuze verkiezingen
Al het hele jaar zijn er protesten in het land, eerst vanwege de wet ‚buitenlands agent’ die ngo’s en mensenrechtenorganisaties het werk lastiger zal maken, daarna vanwege de repressieve anti-LHBT-propagandawet. Vervolgens won de pro-Russische partij Georgische Droom met 54 procent van de stemmen de landelijke verkiezingen in oktober, terwijl de peilingen anders deden vermoeden. Volgens waarnemers zouden deze verkiezingen frauduleus zijn geweest: het Europees Parlement riep donderdag op tot een nieuwe stembusgang.
En huidig president Zoerabisjvili is dus niet van plan haar post af te staan totdat die verkiezingen plaatsvinden. De grootste oppositiepartijen roepen op tot nieuwe verkiezingen.
Met medewerking van Simone Peek.
Lees ook
Politie grijpt in bij demonstratie Georgië na opschorten EU-toetredingsgesprekken
Aan de muur tegenover de tentoonstelling in het Tate Britain in Londen hangen briefjes met indrukken van bezoekers. Ze lezen als aanmoedigingen voor de jury van de Turner Prize. „Claudette Johnson: mooi en meditatief.” „Delaine Le Bas!! De eerste Roma die ik in het Tate heb gezien.” „Pio: wat een geweldige aandacht voor kleine details.” „Deel het prijzengeld!”
Dinsdag wordt voor de veertigste keer de Turner Prize uitgereikt, vernoemd naar de Britse schilder William Turner. Het is één van de belangrijkste en meest prestigieuze prijzen voor beeldende, hedendaagse kunst.
De jury provoceert graag en eerdere edities van de prijs waren omstreden en vooruitstrevend tegelijk. In 2021 bijvoorbeeld werden alleen collectieven genomineerd, in 2022 nomineerden ze voor het eerst een non-binaire kunstenaar. Dit jaar haalde voor het eerst een Roma-kunstenaar de shortlist.
Afkomst en culturele tradities spelen bij alle genomineerden dit jaar een grote rol in hun werk. In dezelfde volgorde als hun tentoonstellingen in het Tate Britain zijn dit de kandidaten voor de jubileum-editie van 2024.
Pio Abad
De Filippijnse Pio Abad (1983) speelt met de koloniale geschiedenis en de waarde van koloniale kunst in de westerse wereld. In ‘zijn’ ruimte is een deel van zijn solo-tentoontstelling To Those Sitting in Darkness te zien. Er hangen 3D-replica’s van juwelen van Imelda Marcos, de echtgenote van de Filippijnse dictator Ferdinand Marcos, beroemd om haar dure smaak en kasten vol schoenen. En er hangen traditionele zwaarden en messen uit museumdepots. Pio Abad is op zijn „gelukkigst” als hij in depots en privéarchieven mag grasduinen, vertelt hij in de video waarin hij zijn kunst toelicht.
Abad maakte ook pentekeningen van koloniale kunst naast alledaagse voorwerpen uit zijn huis. Bijvoorbeeld een papieren tafellampje naast één van de Benin-bronzen, de omstreden gestolen bronzen en houten kunstwerken uit Afrika die in het British Museum staan. „Ik ging laatst naar het museum om de originelen te bekijken en het leek haast alsof die bewust zó waren neergezet dat ze minder belangrijk zouden lijken”, vertelt Abad in zijn toelichting. „Terwijl ze voor anderen juist zo veel betekenen. Het zijn hun verloren voorouders.”
Jasleen Kaur
In haar tentoonstelling Alter Altar verkent Jasleen Kaur (1986) de culturele tradities uit haar jeugd, die neerkomen op een mengeling van Schotse en Zuid-Aziatische materialen en objecten. Blikvanger is de Sociomobile: een rode Fort escort bedekt met een wit gehaakt kleed waar muziek uit komt. Het is een replica van de eerste auto van haar vader nadat die uit India naar Schotland was verhuisd. Uit de speakers knallen nummers die hun gezin onderweg in de auto draaiden.
Haar ruimte heeft een licht religieuze uitstraling, vooral door het meterslange rode tapijt dat zo in een moskee had kunnen liggen en de grote foto’s op de grond van moslims uit India. Tegelijk hangt haar associatie met assimilatie in de lucht – letterlijk. Kaur heeft een glazen plafond geïnstalleerd met bewerkte voorwerpen uit het dagelijks leven in Schotland. Een pluk haar, rollen toiletpapier, een verkreukelde fles Irn-Bru, een Schotse kauwgomballenfrisdrank. „Ik speel met de symbolen van massaproductie uit mijn jeugd”, legt Kaur uit. Zo hangt er ook een knalgeel trainingspak dat verwijst naar het merk Nike, met Can’t do it erop geborduurd.
Delaine Le Bas
De expositie van Delaine Le Bas (1965) neemt als enige van de genomineerden meerdere ruimtes in beslag. De drie ruimtes heten Chaos, Reflectie en Verheffing, en in die volgorde laat Le Bas bezoekers een ontwikkeling doormaken. Haar beschilderde doeken en sculpturen zijn eerst zwart en grimmig, later juist kleurrijk en beschilderd met harten, vogels en de zon. De muren zijn van vloer tot plafond bedekt met doeken, aluminium of schilderingen.
De Britse Le Bas heeft een Roma-achtergrond en ze noemt zichzelf „gypsy, hippie, punk”. „Ik ben al die dingen samen.” In haar werk uit ze ook kritiek op de media die vaak negatief schrijven over Roma en zigeuners en zij probeert daar juist een positieve draai aan te geven. In de toelichting op haar werk vraagt Le Bas zich af: „Wie stopt wie in de hokjes en wie plakt de etiketten op die hokjes…? Wie heeft het recht om iemand iets te noemen? Welke rechten hebben we als individuen?”
Claudette Johnson
De schilderijen van Claudette Johnson (1959) zijn de traditioneelste kunstwerken van de vier genomineerden. Ze portretteert vooral zwarte vrouwen, soms ook zwarte mannen, op veel grotere schaal dan levensecht. In ‘haar’ ruimte hangen zo’n tien grote portretten. Vaak heeft ze haar figuren ‘uitgelicht’ voor een abstracte achtergrond. Eén van haar bekendste werken is Standing Figure with African Masks, waarbij de maskers in het schilderij geïnspireerd zijn op de vrouwen in Les Demoiselles d’Avignon van Pablo Picasso.
Johnson groeide op in Manchester, haar ouders kwamen uit Jamaica en zij waren het eerste gekleurde gezin in de straat. Op bezoek in Jamaica voelde Claudette Johnson zich voor het eerst vrij. „Ik was bijna overweldigd hoe mensen daar hun lichaam in de ruimte bewogen. Ze hadden geen angst of afkeer als hun huid tegen elkaar schuurde”, vertelt ze in de toelichting op haar werk. „Het was zo bevrijdend en nieuw.” Die vrijheid, en het vanzelfsprekend innemen van ruimte, probeert ze in haar portretten te verbeelden.
Op dinsdag 3 december wordt de winnaar van de Turner Prize bekendgemaakt. De expositie met de genomineerden is te zien tot 16 februari 2025 in het Tate Britain, Londen.
Lees ook
De nominaties van de Britse Turner Prize – nu eens een editie zonder gedoe. Dit zijn de vier genomineerde kunstenaars
Het winnende boek van de eerste Natuurboekenprijs, opvolger van de Jan Wolkers Prijs, is Aard van het beestje , geschreven door journalist Caspar Janssen en geïllustreerd door Margot Holtman. Janssen reisde ervoor naar bos, heide, akker, berm, weiland, beek, rivier, kust, duin, moeras „en zijn eigen Amsterdamse balkon” om bekende en minder bekende beestjes in hun leefomgeving te observeren. Tezamen lezen de honderd portretjes van dieren die Janssen schreef zich ook als „een groter verhaal over de staat van en onze omgang met het Nederlandse landschap”. De stukken verschenen eerder in de Volkskrant.
Mini-reportages
Aard van het beestje „heeft alles wat een natuurboek nodig heeft”, aldus de jury, die naast voorzitter Jean-Pierre Geelen bestaat uit Jocelyn de Kwant namens LandschappenNL en Daniel Gulpers van Vroege Vogels. „Je leert ervan, het leest vlot, de illustraties zijn gedetailleerd zonder oubollig te zijn. In honderd mini-reportages reis je mee door de natuur, aan de hand van diersoorten.”
Daarbij behandelt Janssen niet alleen „de bekende spektakelsoorten, maar ook minder sexy exemplaren zoals de snotolf, de rivierdonderpad en de langneussteurgarnaal. En niet alleen dat ene dier, maar ook over de connectie met z’n leefomgeving. Zo rijst het besef: in de natuur hangt alles met alles samen. De boomgaard met de steenuil, de rafelige akkerrandjes met de patrijs.” Het winnende boek is „een ode aan de natuur, én aan de mensen die ervoor zorgen.”
Janssen en Margot Holman ontvingen samen een cheque van 5.000 euro en een ingelijst portret van kunstenaar O.C. Hooymeijer (onder meer bekend van zijn ‘niet-bestaande vogels’). Janssen schreef eerder de boeken Ontpopt, In de ban van het beest, Caspar loopt en Het bijenbalkon.
Lees ook
De geur van regen, ook die is typisch Nederlands
Eerdere winnaars van de Natuurboekenprijs, tot 2022 Jan Wolkers Prijs geheten, zijn onder meer Tijs Goldschmidt (Wolven op het ruiterpad), Remco Daalder (De gierzwaluw) en Simon van der Geest (Spinder). De eerste Jan Wolkers Oeuvreprijs ging in 2017 naar Koos van Zomeren.