Komende week liggen de boekwinkels vol met werk van Pim Lammers. Het wrange gevolg van een mediastorm die begon met een blogpost en binnen tien dagen leidde tot doodsbedreigingen en de terugtrekking van Lammers als schrijver van het gedicht voor de kinderboekenweek. Redacteur Karel Smouter vraagt zich af: wie hebben deze mediastorm veroorzaakt?
Heeft u vragen, suggesties of ideeën over onze journalistiek? Mail dan naar onze ombudsman via [email protected]
Olivier A., de man die verdacht wordt van het doodsteken van een biddende moslim in een moskee in het Zuid-Franse La Grand-Combe, heeft zich zondagavond gemeld op een politiebureau in de Italiaanse stad Pistoia. Dat meldt het Franse persbureau AFP op basis van de officier van justitie Abdelkrim Grini. Hij stelt dat er momenteel wordt gewerkt aan zijn overplaatsing naar Frankrijk.
Afgelopen vrijdag werd de Malinese moslim Aboubakar Cissé doodgestoken in een moskee in La Grand-Combe terwijl hij daar aan het bidden was. Hij zou veertig tot vijftig keer zijn gestoken. De dader maakte zelf een video van zijn daad. „Ik heb het gedaan […], jouw klote Allah”, zou de dader hebben gezegd volgens France24, terwijl het slachtoffer stervende was. „Ik ga een seriemoordenaar worden”, riep hij volgens de Franse krant Le Monde. Daarna sloeg de man op de vlucht.
Na de steekpartij gingen ruim zeventig agenten op zoek naar de verdachte. Olivier A., een man van begin 20, werd geboren in Lyon en zou op dit moment werkloos zijn, schrijven Franse media. Wat hij uiteindelijk in Italië deed is niet bekend.
Islamofoob klimaat
In de Franse samenleving werd geschokt gereageerd op de dood van Cissé. Duizenden mensen gingen in het voormalige Franse mijnstadje, waar het delict plaatsvond, de straat op. Tijdens een ander protest in Parijs beschuldigde Jean-Luc Mélenchon, de leider van de uiterst linkse partij La France Insoumise (LFI), de conservatieve minister van Binnenlandse Zaken Bruno Retailleau van het aanjagen van een „islamofoob klimaat”, aldus Franse media.
Afgelopen maart sprak Retailleau nog van „het gif van het islamisme”. „Laten we de moed hebben om te erkennen dat er in Frankrijk maar één communitarisme is, een enkel separatisme dat de Republiek bedreigt, en dat is het islamisme”, zei de minister. Ook keerde hij zich tegen islamitische sporters die een hoofddoek willen dragen. Retailleau noemde een sluier een teken van onderwerping. „Lang leve de sport, en dus weg met de sluier”, stelde hij.
Na de daad in de moskee Le Grand-Combe sprak de minister op zijn X-kanaal van een „gruwelijke” daad. „Ik wil graag mijn steun betuigen aan de familie van het slachtoffer en mijn solidariteit betuigen met de moslimgemeenschap die getroffen is door dit barbaarse geweld”, aldus Retailleau.
De Verenigde Staten hebben een verkoop van 175 Tomahawk-kruisvluchtwapens aan Nederland goedgekeurd. Dat maakte het Amerikaanse ministerie van Buitenlandse Zaken afgelopen weekend bekend. Het gaat om een verkoop van langeafstandsraketten en ondersteunend materiaal voor naar schatting 2,19 miljard dollar (1,93 miljard euro). Een Nederlandse aanvraag is goedgekeurd, al moet de definitieve bestelling nog worden gedaan.
De Tomahawk-raketten kunnen vanaf fregatten en onderzeeboten doelwitten op meer dan 1.000 kilometer afstand raken. Daarmee zou de marine het bereik vanaf het water flink vergroten.
„De voorgestelde verkoop zal de Nederlandse mogelijkheden om huidige en toekomstige dreigingen het hoofd te bieden vergroten”, schrijft het Amerikaanse ministerie. Bij het versterken van een NAVO-bondgenoot is ook de Amerikaanse nationale veiligheid gediend, lichten de Amerikanen het besluit verder toe.
Onderzeeërs
Op 12 maart lanceerde het Nederlandse marineschip Zr. Ms. De Ruyter bij wijze van een test al een Amerikaanse Tomahawk-raket voor de Amerikaanse oostkust. Toen zei een woordvoerder van de marine tegen persbureau ANP dat Nederland het vierde land is dat dit type raket kan lanceren. De systemen moeten op luchtverdedigings- en commandofregatten komen, net als op vier nieuw te bouwen onderzeeboten, waarvan de bouw aan de Franse werf Naval Group werd gegund. Deze boten laten tot zeker 2034 op zich wachten.
Personenauto’s in Nederland zijn gemiddeld de afgelopen tien jaar langer, breder en vooral zwaarder geworden. Zo weegt de gemiddelde personenauto nu 1.254 kilo, 8,1 procent meer dan in 2015.
Dat blijkt uit het rapport Autobesitas, dat het statistiekbureau CBS maandag heeft gepubliceerd. Auto’s uit 2024 zijn gemiddeld ook zo’n 5 procent langer en 3,6 procent breder dan auto’s uit 2016, het meest recente jaar waarover het CBS zulke gedetailleerde gegevens heeft.
De recente gewichtstoename schrijft het CBS vooral toe aan de opkomst van de (deels) elektrische auto, die zwaarder zijn door de behuizing voor de accupakketten. De gemiddelde stekkerauto weegt 1.875 tegenover 1.217 kilo voor een benzineauto. De accupakketten zelf zijn niet meegeteld, zegt Marjolijn Jaarsma van het CBS: „Zou je dat wel doen, dan valt het totale gewicht valt nog hoger uit.”
Van alle auto’s die rondrijden in Nederland en in 2024 werden geproduceerd, is nu bijna de helft (49 procent) een stekkerauto (hybride of volledige elektrisch). Voor het bouwjaar in 2016 is dat nog geen een op de twintig (4,4 procent). „Voor elektrische auto’s en plug-in hybrides zijn de afgelopen jaren gunstige economische regels geweest,” vertelt Jaarsma, „denk aan subsidieregelingen voor het kopen van een elektrische auto.”
„Er worden steeds meer elektrische auto’s en hybriden verkocht dus het gemiddelde gewicht zal blijven stijgen”, zegt Stijn Oosterhoff van BOVAG, brancheorganisatie van Nederlandse autobedrijven. Toch is de elektrificatie niet de enige verklaring voor de gewichtstoename, zegt hij: „In de top-50 meest verkochte benzineauto’s zie je ook dat die auto’s zwaarder zijn geworden.”
Dat komt volgens Oosterhoff door de introductie van allerlei veiligheidssystemen, „zoals stevige carrosseriestructuren, maar ook elektronica voor antiblokkeer- en antislipsystemen.” Volgens Jaarsma zijn mensen ook meer gaan rijden in zogeheten suv’s, auto’s die hoger, breder en zwaarder zijn dan andere typen personenauto’s. In 2023 was meer dan 50 procent van de verkochte auto’s in Europa een suv.
Kijk je naar het gemiddelde gewicht in het jaar waarin een auto werd gebouwd, dan wordt nog duidelijker dat auto’s steeds zwaarder worden. Het gemiddelde gewicht van auto’s met bouwjaar 2024 is 1.554 kilo, in 2014 was dat nog 1.180 kilo. Om een jaar van voor 2014 te vinden waarin de gemiddelde auto meer dan 1.400 kilo woog moeten we ver terug in de tijd. In 1980, toen de oliecrisis nog zorgde voor hoge brandstofprijzen, woog een nieuwe auto nog 1.430 kilo.
„In die tijd was de auto-industrie veel bezig met gewichtsreductie om het rijden zuiniger te maken” vertelt Roeland Kimman, persvoorlichter bij de RAI-vereniging. „Daarbij werd vooral veel gebruikgemaakt van lichtere materialen, denk aan het vervangen van staal door aluminium en kunststof.”
De steeds dikkere auto’s vormen vooralsnog geen probleem voor de Nederlandse infrastructuur, denkt Sandra Erkens, hoogleraar civiele techniek aan de TU Delft. „Het gewicht van persoonsauto’s is eigenlijk niet toonaangevend voor het ontwerp van wegen, vrachtwagens zijn daarin veel belangrijker. Voor de schade die een vrachtauto aan een weg kan veroorzaken heb je zo’n tienduizend persoonsauto’s nodig.”
Erkens kan zich wel voorstellen dat zwaardere auto’s voor meer slijtage aan de bovenkant van de weg zouden kunnen zorgen. „Op dit moment hebben we daar geen goede modellen over dus kun je er weinig over zeggen” Mocht de ontwikkeling van steeds zwaardere auto’s doorzetten, is het wel zaak dat er onderzoek wordt gedaan naar de gevolgen voor wegen, zegt Erkens: „Dan kom je niet plotseling voor onverwachte kosten te staan.”