De zaak
Boven de strafzaak tegen huisarts De V. hangen de kruitdampen van zijn vechtscheiding. Het zit in de felheid waarmee zijn advocaat het voorlezen van de verklaring van zijn ex onmogelijk probeert te maken – dat mislukt, de rechter neemt dat zelf voor z’n rekening. Zijn eis om een filmpje niet te laten zien waarop hij ook zijn (nieuwe) vriendin een mep verkoopt, wijst de rechtbank ook af. Zijn ex zou chanteren, dreigen, liegen en exorbitante eisen hebben. Hij zou juist schuldbewust zijn, toont inzicht, is in therapie, heeft „oprecht verdriet” en weet dat hij „te ver is gegaan”. Maar ja, hij was overspannen, had een burn-out, financiële zorgen en stress door een jong gezin. Verder kampt hij met ADHD en jarenlang dexamfetamine-gebruik, wat agressie zou bevorderen. Een „fijn huwelijk” was het niet meer. Zou de rechtbank alles in „juiste proporties” willen zien?
De V. wordt dus verdacht van ernstig huiselijk geweld, kindermishandeling, dwang en ander extreem onaangenaam gedrag. In de Lelystadse rechtbank komt een horrorverhaal langs van een in 2021 al ontspoorde relatie, waarin terreur en geweld elkaar afwisselden. Met als dieptepunt een filmpje mét audio van het vechtende stel. „Ik ga kapot in deze relatie met jou.” „Ik hou het niet meer vol.” „Ja, ik heb het op beeld!”, juicht de dokter, met opengesperde blik in beeld. Dan haalt hij uit. De rechter heeft er een ‘still’ van weten te maken. Het bewijs bestaat uit filmpjes, app-conversaties, audio van ruzies, verhoren en foto’s. De zaal griezelt.
Huisarts De V., 39 jaar, twee kinderen, eigenaar van meerdere praktijken, zat al 109 dagen in de cel. Zijn ex deed aangifte. En zijn moeder ook. Die constateerde escalatie: haar zoon sloeg ook zijn nieuwe partner. Ze vreesde voor de kleinkinderen, nee, eigenlijk „voor iedereen” om hem heen.
Het OM legt hem behalve geweld en dwang ook (psychische) kindermishandeling ten laste. Omdat de kinderen getuige zouden zijn geweest van de mishandeling. Verder vervalste de arts tijdens de pandemie twee Covid-testuitslagen om op vakantie te kunnen. Onder ‘dwang’ valt volgens de officier nog een gruwelscène in het ziekenhuis. Bij de bevalling zou hij de gynaecoloog ‘opzij hebben geduwd’. Om daarna ‘uiterst pijnlijk’ een katheter in te brengen. Het geweld thuis: knijpen, op het gezicht zitten, haar hoofd ‘pletten’, haren trekken, oor bijten, duwen, slaan, schoppen, op de tenen staan. Ze mocht geen andere huisarts zoeken. Zonder medische reden kreeg ze ‘zijn’ ADHD-medicatie voorgeschreven, die ze ook moest innemen. Als ze hem zou verlaten zou hij haar dossier zo aanpassen dat ze ‘nooit’ de ouderlijke macht kon krijgen. Verder dreigde hij met suïcide, een ‘familiedrama’ en faillissement.
De V. zegt „geen enkele twijfel” te hebben of hij nog als huisarts kwalificeert
De huisarts schudt of knikt als de rechter het dossier bespreekt. Op concrete vragen zegt hij „zwijgrecht”. Alleen als de rechter zijn „persoonlijke omstandigheden” aan de orde stelt, zegt hij wat. Dat hij zijn praktijken verkocht en nu als waarnemer werkt. Dat hij „geen enkele twijfel heeft” of hij nog als huisarts kwalificeert. „Vele collega’s” zouden qua stress, medicatiegebruik en ADHD op hem lijken. Een veroordeling levert hem, denkt hij, niet meer dan een schorsing van een „paar maanden” op. Alles zou verklaarbaar zijn uit de dexamfetamine. Een psychiater wil hij bezoeken „mits het iemand is die niet schrikt van duwen en trappen”.
De psychologen noemen hem een narcist die bij stress controle verliest. Aan een „agressiedoorbraak” is, „gedwongen” met een „langdurige behandeling”, wel iets te doen. Het recidiverisico zou „matig” zijn. Getuigen noemen De V. een „moeilijke man”, met wie het contact „belastend” is.
De officier eist 250 dagen celstraf waarvan 141 dagen voorwaardelijk, waardoor De V. op vrije voeten kan blijven. Verder zijn een taakstraf van 120 uur, een proeftijd van drie jaar, een meldplicht en een verplichte behandeling gewenst. Ook eist ze een locatieverbod van drie jaar voor de woonplaats van zijn ex en een „gedrag-beïnvloedende en vrijheidsbeperkende maatregel” van drie jaar.
Het OM steunt de eis van 5.000 euro schadevergoeding van de ex voor hun kinderen van 5 en 4 jaar. Over De V. zelf merkt de officier op dat hij geen reflectie toont.
Het oordeel
De rechtbank veroordeelt de huisarts alleen voor mishandeling van beide partners en de vervalsing van de Covid-test. Voor „dwang” van zijn vrouw en mishandeling van de kinderen is geen bewijs. De rechtbank overweegt dat dit juridisch „slechts” „eenvoudige mishandeling” oplevert, wat geen recht doet aan de „maandenlange intieme terreur waarvan wel degelijk sprake is geweest”. Het intimideren, vernederen en gebruiken van geweld, wat hij „tot op de zitting” bagatelliseerde. Daarbij misbruikte hij zijn beroep door testbewijzen te vervalsen, zijn ex medicijnen op te dringen en te dreigen haar dossier te manipuleren. De rechters beoordelen hem als narcist: dus verminderd toerekeningsvatbaar.
Hij krijgt de geëiste gevangenisstraf van 250 dagen waarvan 141 voorwaardelijk, waardoor hij niet terug naar de gevangenis moet. Daarmee straft de rechtbank hoger dan het anders bij ‘eenvoudige mishandeling’ door nieuwe daders zou doen. First offenders krijgen daarvoor standaard alleen een taakstraf. Maar die krijgt de huisarts óók, van zestig uur, naast de voorwaardelijke celstraf. Daarnaast komt hij onder toezicht van de reclassering. Met een meldplicht, een verplichte behandeling bij een psycholoog en een contact- en locatieverbod met zijn ex. De schadevergoeding van 5.000 euro wordt afgewezen omdat hij van kindermishandeling is vrijgesproken.