Inside Out 2 van Disneys dochterstudio Pixar is dé filmhit van 2024, met wereldwijd bijna 1,7 miljard dollar recette. In deze animatiefilm zijn de emoties in het hoofd van het 13-jarige meisje Riley personages. Hoofd-hoofdpersonage is Joy (Vreugde), die Riley veilig door het stormachtige begin van haar puberteit moet loodsen.
Een leuke film, maar tien anonieme medewerkers van Disney-dochter Pixar klaagden onlangs bij entertainmentsite IGN dat de Pixar-top ze onder druk had gezet om de zaken ‘minder gay’ te maken. De leiding vreesde met name dat Rileys idolisering van Val, aanvoerder van haar ijshockeyteam, ‘romantische chemie’ zou bevatten. Val mocht Rileys rolmodel zijn, maar zeker geen object van prepuberale lesbische gevoelens. Daarom werd de belichting van een scène aangepast – niet te zwoel – en hielden de jongedames tijdens het chillen op de bank gepaste afstand van elkaar. En het ‘Diepe Duistere Geheim’ dat Riley in haar kluis vol verdrongen zaken bewaart? Dat heeft niet te maken met seksuele oriëntatie, zoals lhbti-publicaties hoopten, maar met een gaatje dat Riley ooit per ongeluk ergens in een tapijt brandde.
Cultuuroorlog
Pixars gevoeligheid is begrijpelijk: moederbedrijf Disney belandde de afgelopen vijf jaar in de vuurlinie van de Amerikaanse cultuuroorlog, de laatste plek waar deze maker van onschuldig familie-vermaak wil zijn. Disney is ‘woke’ en ‘walgelijk’ geworden, verweet presidentskandidaat Trump het concern vorig jaar nog. Met het introduceren van vrouwelijke, gekleurde en queer helden zou het concern de oren laten hangen naar de alfabetsoep die MAGA met woke associeert: DEI (diversity, equality, inclusiveness) en lhbti.
Maar momenteel hoor je de Republikeinen er minder over: Disney heeft bakzeil gehaald. Met Trump en Florida’s gouverneur Ron DeSantis op zijn hielen waakt het concern ervoor verder aanstoot te geven in de cultuuroorlog.
Lees ook
Opeens is Celebration een front in de Amerikaanse cultuurstrijd
Sinds jubeljaar 2019, toen Disney ruim een derde van alle bioscoopkaartjes in de VS verkocht, zit het sowieso niet mee. De Covid-epidemie trof Disneys pretparken zwaar, de fenomenaal succesvolle filmdochters – Disney Animation, Pixar, Lucasfilm, Marvel – raakten de weg kwijt, het concern stak zich te diep in de schulden om streamingdienst Disney+ te lanceren, er woedde een heftige interne machtsstrijd tussen ‘de twee Bobs’, huidig CEO Bob Iger en voormalig CEO Bob Chapek. En dan was er ook nog een hoogoplopend conflict met het Florida’s gouverneur Ron DeSantis. Die laatste trok op oorlogspad tegen Disney – met 65.000 werknemers een van de grootste werkgevers in Florida – toen het concern in 2022 onder druk van de eigen werknemers een petitie tekende tegen een nieuwe wet die schoolgesprekken over seksuele geaardheid of genderidentiteit in Florida pas in de vierde klas toestaat: ‘Don’t Say Gay’.
Verborgen boodschappen
Hoe kan Disney, van oudsher een conservatief bastion van ‘familiewaarden’ en de Amerikaanse Droom, worden gebrandmerkt als ‘woke’? In de gepolariseerde VS is het lastig balanceren: rechtse cultuurkrijgers zoeken nijver naar verborgen boodschappen en indoctrinatie in kindershows. Maar als Disney sociale trends negeert, wordt het irrelevant – bijvoorbeeld als het gaat om representatie. Disney’s filmcatalogus bevat de nodige skeletten, zoals Song of the South (1946) met zijn vrolijk zingende en katoen plukkende Afro-Amerikanen. Maar prinsessen zijn al sinds de jaren negentig niet meer uitsluitend wit: zie Jasmine (Aladdin), Pocahontas, Mulan en in 2009 Tiana, de eerste zwarte prinses, in The Princess and the Frog.
Disneys superheldenfabriek Marvel kwam na taai verzet van zijn voorzitter Ike Perlmutter in 2019 met zijn eerste film over een superheldin, Captain Marvel. Het was een groot succes met een recette van ruim een miljard dollar, net als een jaar eerder Black Panther met een volledig zwarte cast. Daartegen kan je moeilijk protesteren; een live action-versie van The Little Mermaid met een gekleurde zeemeermin Ariel was in 2023 hooguit mikpunt van een anonieme campagne van ‘review bombing’, met massaal geposte negatieve reviews.
Queer gemeenschap
Queer is een gemakkelijker mikpunt. Dat Disney de afgelopen jaren onder vuur kwam te liggen als te lhbti-vriendelijk is op zich opmerkelijk. Homoseksualiteit bestond tot voor zeer recent in het geheel niet in Disney-films. Soms figureerde er een komisch ‘manwijf’ of ‘verwijfde’ man in een tekenfilm, zoals de aan bloempjes snuivende Ferdinand de Stier in 1938.
In zijn pretparken handhaafde Disney tot in de jaren tachtig een strikt dansverbod voor mensen van hetzelfde geslacht, naar het heette vanwege ‘crowd control’. Een Californische rechter stelde Disneyland in 1984 in het ongelijk toen het twee dansende mannen uit het park zette, maar tot 1989 bleef schuifelen met hetzelfde geslacht niettemin verboden. Bij de kwestie van betaling van ziektekosten van gay levenspartners schoof Disney in 1996 helemaal achterin de rij aan.
Rond die tijd besefte Disney evenwel dat het vanwege zijn campy films vol bombastische emoties erg geliefd was binnen de queer gemeenschap. En dat de ‘pink dollar’ niet te versmaden was. Dus tolereerde Disney vanaf 1991 de informele ‘Gay Days’ in Disney World, Florida, al werden heteroseksuele bezoekers in 1994 met borden gewaarschuwd voor de viering van ‘gay and lesbian pride’ en werden er gratis witte T-shirts uitgedeeld – gay herken je op die dagen aan rood. Gay Days groeide uit tot een evenement van een week met ruim 100.000 bezoekers. Die groeiende gay-vriendelijkheid van Disney stuitte wel op weerstand: zo waren er rond 2007 oproepen tot boycots toen homoseksuele paren in aanmerking kwamen voor sprookjesbruiloft-arrangementen.
In Disneyfilms bleef queer evenwel onzichtbaar. Medio jaren tachtig haalde Disney de homoseksuele musicalschrijver Howard Ashman van Broadway om zijn ingezakte animatiestudio te revitaliseren. Ashmans animatiemusicals waren een sensatie, te beginnen met The Little Mermaid (1989) – toen hij in 1991 overleed aan aids waren Aladdin en Beauty and the Beast half af.
Met Ashman deed ‘queer coding’ zijn intrede bij Disney: gay knipoogjes en dubbelzinnigheden. Zo werd Ursula de zeeheks in The Little Mermaid gestileerd naar drag queen Divine; zij reduceert de gespierde patriarch Neptunes tot een bibberend kamerplantje. Queer coding was er ook bij macho Gaston en diens mannelijke aanbidders in Beauty and the Beast, bij de vileine Jafar in Aladdin en de lijzige Scar in The Lion King.
Maar bij Disney was zulke queer coding wel gereserveerd voor schurken. Met enige moeite kon je een queer heldin zien in Mulan, het Chinese meisje dat in 1998 als man verkleed het leger inging – en valt voor haar rijzige commandant, want het moet niet gekker worden. IJsprinses Elsa uit Frozen (2013) geldt als positief hoogtepunt van queer coding in Disney-stijl: een eenzame outcast en ‘freak’ die niet op zoek is naar een prins, maar naar acceptatie door zus, familie en samenleving. Elsa’s power ballad ‘Let it Go’ gold al snel als metafoor voor het uit de kast komen. Evangelische predikers verweten Disney via Frozen ‘homoseksualiteit te normaliseren’.
De Trump-jaren
In de jaren tien volstonden die knipoogjes niet langer, en zeker niet na de polarisatie die volgde op de verkiezing van Donald Trump. Disney werd ‘queer baiting’ verweten: sympathie suggereren zonder zijn nek uit te steken met openlijk homoseksuele- of transgender-personages. Disney, dat inmiddels de studio’s Pixar, Marvel en Lucasfilm had opgekocht, sloeg aan het schipperen. Zo beloofde regisseur Bill Condon in 2017 een ‘exclusief gay moment’ in zijn live action-remake van Beauty and the Beast. Dat was Josh Gad als Le Fou, de aanbidder van Gaston die aan het eind zelfs een seconde met een man danst. In 2019 stelde ook superheldenfabriek Marvel dat „de tijd rijp was voor queer content”. In Avengers: Endgame treurde een man in een zelfhulpgroep openlijk om de dood van zijn partner, door superschurk Thanos. J.J. Abrams meldde trots ‘queer content’ in Star Wars: The Rise of Skywalker: een lesbische kus ergens diep in de achtergrond. De claim van acteur Mark Hamill dat Star Wars-held Luke Skywalker eigenlijk gay is, bleef voor eigen rekening.
Na 2020 – Trump hing inmiddels in de touwen – waagde Disney de volgende stap: personages die openlijk gay waren. In Marvels Elementals was Phastos een homoseksuele superheld, in Pixars Lightyear (2022) is de beste vriendin van held Buzz lesbisch en kust ze haar partner.
Disney Animation kwam in 2022 met Strange World met de jonge held Ethan, homoseksueel in een ‘vreemde wereld’ waar dat absoluut geen issue is.
Kingdom of Wokeness
Al die films flopten, Strange World zelfs jammerlijk. Dat hing ook samen met halfslachtige marketing, ingezakt bioscoopbezoek door de pandemie en de komst van nieuwe streamers die de mensen in de huiskamer hielden. Maar voor cultuurkrijgers was de stelling ‘go woke, go broke’ bevestigd, en gouverneur Ron DeSantis van Florida gebruikte het als brandstof voor zijn oorlog tegen Disney, in zijn jargon ‘The Magic Kingdom of Wokeness’.
Disneys strijd met DeSantis brak in 2022 paradoxaal genoeg juist los toen Disney minder woke werd. Disneys algemeen directeur Bob Iger maakte na vijftien zeer succesvolle jaren in 2020 plaats voor zijn tweede man, Bob Chapek, maar bleef hem als bestuursvoorzitter hinderlijk voor de voeten lopen. Iger was een voorman van Hollywoods Democratische establishment, bevriend met de Clintons en Obama, Spielberg, Oprah Winfrey en Jeff Bezos. Hij overwoog zelfs even een gooi naar het Witte Huis en deed uitspraken die Republikeinen als ‘woke’ zagen.
Na interne strubbelingen vertrok Iger in december 2021 ook als voorzitter. Twee maanden later besloot Disneys raad van bestuur zich voortaan verre te houden van sociale en politieke issues die de VS verdelen. Disney vocht ‘wel de oorlog, maar niet de veldslagen’, luidde het nieuwe motto. Werknemers die gewend waren geraakt aan Igers expliciete stellingnames moesten ‘geherconditioneerd’ worden in deze nieuwe neutraliteit.
In die geest besloot Bob Chapek in 2022 dat Disney een petitie tegen de Don’t Say Gay-wet van gouverneur DeSantis niet ondertekende. Die handtekening was op dat moment vermoedelijk niet zo opgevallen tussen tientallen concerns als Nike en Oracle. Maar president Biden én zijn voorganger Bob Iger keerden zich in emotionele bewoordingen tegen de wet, de pers betichtte Chapek van lafheid en er volgde een interne revolte van Disneys ‘creatieven’. Bob Chapek moest publiekelijk door het stof en tekende de petitie alsnog namens Disney. Waarna gouverneur Ron DeSantis een kruistocht tegen Disney begon, met onder meer een – grotendeels mislukte – poging om Disneys bestuurlijke autonomie in het district rond Disney World Orlando in te trekken.
Ook binnen Disney laaide er een strijd op tussen links en rechts. Na slechte kwartaalcijfers ruimde Bob Chapek in november 2023 het veld en keerde Bob Iger terug, wat als een debacle gold. Nog voor Chapeks vertrek startte investeerder Nelson Peltz (81) een campagne om twee zetels in Disneys raad van bestuur te bemachtigen, wat de ‘battle of the Bobs’ een politieke dimensie gaf. Peltz was in Palm Beach, Florida de buurman van Disneys wrokkige grootaandeelhouder Perlmutter, die in 2009 zijn superheldenhuis Marvel aan Disney had verkocht, aanbleef als directeur maar gaandeweg zijn greep op Marvels filmstudio verloor aan Kevin Feige. Volgens Disneybaas Bob Iger hield Perlmutter jarenlang superheldenfilms met een vrouwelijke of gekleurde hoofdrolspeler tegen omdat daar geen publiek voor zou zijn. Iger drukte in 2018 Black Panther door – met een zwarte cast – en Captain Marvel, met een galactische superheldin. Perlmutter belandde op een zijspoor en werd in maart 2023 in een bezuinigingsronde ontslagen.
Perlmutter, die bevriend was met Trump, schoof zijn buurman Nelson Peltz, een intimus van Ron DeSantis, naar voren om twee bestuurzetels binnen Disney te vergaren. Elon Musk fungeerde in die strijd als een soort cheerleader. Peltz (quote: „Waarom zou je miljardair zijn als je geen bullebak bent?”) verweet Disney en Marvel in de Financial Times te falen omdat het woke was geworden. „Waarom gaat het bij Marvel alleen nog maar over vrouwen”, klaagde hij. „Waarom maken we films met een volledig zwarte cast?”
Hun machtsgreep mislukte: slechts een derde van de aandeelhouders stemde in april op Peltz’ bestuurskandidaten en Perlmutter verkocht zijn Disney-aandelen. Maar winnaar Bob Iger telt zijn knopen: na zoveel politieke turbulentie wil Disney niet het risico lopen half Amerika van zich te vervreemden. Rileys ‘Diepe Duistere Geheim’ blijft voorlopig nog wel even in de kluis.