De Ziggo Dome omgetoverd tot bruine kroeg voor de verjaardag van Amsterdam

Op sommige momenten voelt de bijna volle Ziggo Dome als een wat groot uitgevallen bruine kroeg. Een zondagavond als „muzikale tijdmachine” vormt het startschot voor de jaarlange viering van 750 jaar Amsterdam. In het eerste kwartier hebben René Froger, André Hazes (jr.) en rapper Donnie het podium al betreden, is er vuurwerk afgegaan en zijn acrobaten al door de lucht gevlogen. Onder drie enorme Amsterdamse kruisjes jassen Froger en Hazes er Amsterdamse klassiekers doorheen, ‘Aan de Amsterdamse Grachten’, ‘Bij ons in de Jordaan’, ‘Geef Mij Maar Amsterdam’. Het publiek wiegt van links naar rechts. Als Hazes zijn vaders ‘Bloed, Zweet en Tranen’ ten gehore brengt, gaan de vuisten de lucht in. Dit is het Amsterdamgevoel waar het publiek voor gekomen is.

Maar ze krijgen meer. Het is een avond waarin is geprobeerd alle soorten Amsterdammers een deel van de podiumtijd te geven. Het resulteert in een bonte avond met een soms TikTok-achtig tempo, voor bijbehorende aandachtsspanne. Het ISH Dance Collective en Het Nationale Ballet brengen een ode aan de queer clubscene, Donna Summers ‘I Feel Love’ bonst door de zaal, een regenboogvlag zwaait over het podium. Oud-stadsdichter van Amsterdam Gershwin Bonevacia voorziet een indrukwekkende uitvoering van Bob Marley’s ‘Redemption Song’ van een introducerend gedicht waarin hij het Amsterdamse slavernijverleden belicht.

Mokum is leven zoals je zelf wilt, zegt de voice-over. „De stad laat van zich horen als dat in het geding komt.” Dan volgt, inderdaad, de activistische noot in het programma: zangeres Sophie Straat. Met het Metropole Orkest voert ze haar nummer ‘Gebroken Spiegels’ op (verwijzend naar de gelijknamige feministische film van Marleen Gorris uit 1984). „Traditie, beter weet je niet/ VOC-mentaliteit en natuurlijk zwarte piet” en „Bang voor communisme, ook voor de islam/ bang voor nieuwe tijden, kan je sowieso niet aan.

Foto Brada Media

Steunbetuiging

Straat, opgegroeid in een joods Amsterdams gezin, verschijnt in een keffiyeh op het podium. De Palestijnse sjaal is het afgelopen jaar veel te zien in het Amsterdamse straatbeeld als steunbetuiging. Op de laatste klanken houdt Straat een papiertje omhoog. Het komt in de zaal niet in beeld. Op tv verschijnt het wel even: ‘Nederland heeft bloed aan haar handen’. De zaal hoeft het briefje niet te kunnen lezen om boe te roepen. Er klinkt ook iets dat op steun lijkt.

Voor de Jordaanmedley die Willeke Alberti zou opvoeren (ze zegde af omdat ze rust moest nemen) is op het laatste moment Jeangu Macrooy ingeschakeld. Het publiek brult mee met Shaffy-klassiekers die elkaar in hoog tempo opvolgen. Zwart-witbeelden van Amsterdammers op de grote schermen voorzien in het Ramses Shaffy-gevoel. Op de laatste noten van ‘Zing, vecht, huil, bid, lach, werk en bewonder’ verschijnt achter Macrooy een enorme foto van Anne Frank. Je kunt je afvragen: waarom nu? Ze is net van het beeld af of volgende act begint al: ‘Dont worry, be happy’.

In de Ziggo Dome moet je misschien geen geschiedenisles gaan geven. Niet aan mensen die daar niet voor gekomen zijn, ten minste. Maar de gelegenheid, 750 jaar Amsterdam, vraagt om íéts met die geschiedenis te doen. De voice-over van Daan Schuurmans voegt soms tussen de acts een hint van geschiedenis of context toe. Meer dan honderdtachtig nationaliteiten hebben Amsterdam gevormd, vertelt hij bijvoorbeeld, als prelude op het Amsterdams Andalusisch Orkest.

Die historische toelichtingen zijn soms ongemakkelijk. De Tweede Wereldoorlog wordt door de vertellende stem neergezet met een sfeerbeeld: „De straatverlichting gaat uit, de luiken worden gesloten en het weerbericht is vanaf nu militair geheim. De duisternis valt over de stad.” De avond is te gezellig om daar dieper op in te gaan.