Israël beschuldigt journalisten van Al Jazeera opnieuw van terrorisme, internationaal comité is sceptisch

Israël beschuldigt zes journalisten van Al Jazeera ervan terroristen te zijn. Het Israëlische leger publiceerde woensdag op X hun volledige namen en foto’s. De journalisten zouden onder andere „propaganda van Hamas verspreiden”. Ook publiceerde Israël documenten waaruit zou blijken dat de journalisten „militair betrokken” zijn bij Hamas en de Islamitische Jihad. NRC kan niet vaststellen of deze documenten authentiek zijn.

Het door Qatar gefinancierde Al Jazeera is de enige internationale zender die nog meerdere correspondenten heeft in Gaza en bericht kritisch over de verrichtingen van het Israëlische leger. De aantijgingen van Israël zijn volgens de zender „categorisch onjuist” en een poging om „de laatste journalisten in de regio het zwijgen op te leggen”.

Al Jazeera is in Israël verboden. In september werd een kantoor van de zender op de Westelijke Jordaanoever gesloten door Israëlische militairen.

Het Comité ter Bescherming van Journalisten (CPJ), een internationale non-profitorganisatie, heeft sceptisch gereageerd op de beschuldigingen van Israël. „Israël heeft vaker soortgelijke beweringen gedaan zonder geloofwaardig bewijs te leveren”, aldus het Comité, dat bijhoudt hoeveel journalisten zijn gedood in de Gaza-oorlog. Die teller staat inmiddels op 124, aldus CPJ.

Het is niet voor het eerst dat Israël journalisten van Al Jazeera beschuldigt van affiliatie met terroristische organisaties, benadrukt het CPJ. Ook na de dood op Al Jazeera-correspondent Ismail al-Ghoul bracht het leger documenten naar buiten die Hamas-lidmaatschap zouden bewijzen. Dat bewijs was „tegenstrijdig”, aldus het CPJ. Al-Ghoul zou in 2007 een militaire rangschikking hebben gekregen van Hamas — hij was toen 10 jaar oud.


Lees ook

Israël zaait terreur en Hezbollah is het verzet: zo bericht Al Jazeera over de oorlog

Israël zaait terreur en Hezbollah is het verzet: zo bericht Al Jazeera over de oorlog

De controlekamer van Al Jazeera in de Westelijke Jordaanoever, in mei dit jaar.
Foto Nasser Nasser/AP