Wat vindt NRC | Ook mannelijke sporters mogen kritisch op de FIFA zijn

Een stevige brief met een stevige kop. ‘Sponsordeal Aramco is een middelvinger naar het vrouwenvoetbal.’ Diplomatiek taalgebruik of niet, de aanhef doet niets af aan de ernst en de inhoud van de (open) brief die ruim honderd internationale topvoetbalsters maandag naar FIFA-voorzitter Gianni Infantino stuurde. De speelsters, onder wie de Nederlandse internationals Vivianne Miedema en Tessel Middag hebben een punt dat serieus moet worden genomen.

De voetbalsters doen hun beklag over de sponsorovereenkomst die de internationale voetbalfederatie in april sloot met staatsoliemaatschappij Saudi Aramco uit Saoedi-Arabië. Die deal is een nieuwe stap in de innige samenwerking tussen de professionele voetbalwereld en het land waar mensenrechten door het regime van kroonprins Mohammed bin Salman structureel worden geschonden. In 2034 mag het streng islamitische olieland het WK voetbal organiseren.

Met de Aramco-deal verloochent de FIFA haar mooie beloftes voor het rechtvaardiger maken van de mondiale voetbalsport – alsook eerlijker, gelijkwaardiger, inclusiever en duurzamer.

Gedocumenteerd beschrijft de brief enkele wandaden van het Saoedische regime. Vrouwen die zich kritisch tegen de regering hebben uitgelaten zijn vervolgd en opgesloten. Ook minderheidsgroepen, migranten en de lhbtiq+-gemeenschap worden gediscrimineerd en zijn hun (vrije) leven niet zeker.

Daarbij stipt de brief een andere principiële vraag aan: hoe kan FIFA ‘duurzaamheid’ op haar sociale agenda hebben staan en nu in zee gaan met de grootste olie- en gasmaatschappij ter wereld? Saudi Aramco is „het meest verantwoordelijk voor het verbranden van de toekomst van het voetbal”.

Net als bij de toekenning van het vorige WK voetbal aan Qatar heeft FIFA zich opnieuw voor het karretje laten spannen van wat ‘sportswashing’ is gaan heten. Een commerciële deal sluiten met landen die sportsponsoring onder meer gebruiken om schending van mensenrechten in eigen land te verbloemen. Saoedi-Arabië zal zich voor tientallen miljoenen voetbalfans gaan presenteren als aantrekkelijk vakantieland en betrouwbare investeringspartner. Het is goed en moedig dat de 106 topvoetbalsters zich daar publiekelijk tegen uitspreken.

Maar waarom moet dat geluid alleen van vrouwen komen? Dat is niet voor het eerst. In de afgelopen jaren hebben voetbalsters zich vaker uitgesproken tegen misstanden, onrecht en ongelijkheid in de sportwereld – en echt niet alleen uit eigenbelang of om een betere beloning af te dwingen.

Het valt op dat dit soort activisme aan mannelijke voetballers kennelijk niet of nauwelijks besteed is. Een van de weinigen die de protestbrief publiekelijk heeft omarmd is David Wheeler, een niet zo bekende Britse voetballer uit de derde divisie.

In Nederland was de reactie van Andries Jonker veelzeggend, de bondscoach van het nationale vrouwenteam. Op een persconferentie maandag plaatste hij enkel wat gemeenplaatsen – categorie: het staat iedereen vrij een mening te hebben. Gevraagd naar zijn eigen opvatting, noemde Jonker dat niet relevant. Hij wil zich op de volgende wedstrijd concentreren.

Niet relevant? Het is júist belangrijk dat sportvrouwen die zich durven uitspreken onverkort en openlijk steun krijgen van hun mannelijke collega’s: trainers, spelers, sportbestuurders. Dat maakt de boodschap krachtiger. En zorgt voor serieuze tegenspraak tegen machtige organisaties als FIFA – en de regering van Saoedi-Arabië.