De basis voor het succes van de vrouwen van FC Twente werd jaren geleden al gelegd

„Oké dames, twee rondjes om het veld!” Op het trainingscomplex in Hengelo geeft trainer Joran Pot de spelersgroep van de vrouwen van FC Twente het startsein voor de warming-up. „Twee?”, vraagt een speelster. „Ik hoorde ook één”, vult een teamgenoot haar aan. Pot grijnst naar zijn assistenten. „Je moet ze geen ruimte geven, want die pakken ze meteen.”

De rest van de warming-up doen de spelers met bal. Een dribbel naar de overkant, daarna een pass terug en weer knieheffend, hakkenbillend of armenzwaaiend erachteraan. De gesprekken verstommen, alleen het geluid van voet tegen bal klinkt nog, en soms de stem van de trainer. „Lekker ontspannen”, instrueert Pot, „straks gaan we het tempo opvoeren. Concentratie!”

De vrouwen van FC Twente hielden woensdagochtend hun laatste training voor de tweede groepswedstrijd van de Champions League, donderdagavond tegen de Engelse topclub Chelsea. De aanwezige pers mag niet de gehele training volgen, maar wel een kwartiertje langs de lijn staan.

Al jaren dominant

In het vrouwenvoetbal is FC Twente de beste club van Nederland, vindt voormalig voetballer en televisie-analist Leonne Stentler. Zij kwam tussen 2009 en 2015 zeventien keer uit voor het Nederlands elftal, speelde bij ADO Den Haag en Ajax. Wie naar de statistieken kijkt, ziet dat FC Twente het vrouwenvoetbal inderdaad al jaren domineert. Van de laatste vijf seizoenen werd de club drie keer landskampioen, terwijl FC Twente met een kleiner budget werkt dan Ajax en PSV, zegt Stentler.

De competitie is weliswaar matig begonnen – FC Twente staat na drie wedstrijden vierde met vier punten achterstand op koplopers Ajax en FC Utrecht – maar het seizoen begon toch succesvol. In de zomer verloor het team van Joran Pot maar liefst vier dragende spelers, toch plaatste het zich alsnog met ruime marges voor het eerst sinds 2016 voor de Champions League, het meest prestigieuze en lucratieve clubtoernooi in het mondiale voetbal. Concurrent Ajax was in de wedstrijd om de Supercup geen partij en verloor met 6-1. Extra pijnlijk voor Ajax was dat de 17-jarige middenvelder Sophie Proost na haar overstap van Amsterdam naar FC Twente sprak over „een droom die uitkomt”.

Het fundament voor dat succes is al jaren geleden gelegd, zegt Stentler. FC Twente richtte in 2006 als eerste profclub een vrouwentak op, mede dankzij het enthousiasme van toenmalig voorzitter Joop Munsterman. „Ik kon eigenlijk niet begrijpen dat zoiets nog niet bestond. Alleen in de regio rond Enschede waren al zoveel vrouwen met voetbal bezig”, zei hij daarover in 2022 tegen NRC.

Twente begon ook als eerste een jeugdopleiding voor meisjes, een project waar Mary Kok-Willemsen als manager vrouwenvoetbal nauw bij betrokken was. Jonge spelers kregen de kans om voetbal en hun opleiding te combineren in een aangepast rooster, zoals bij jongens al veel langer gebruikelijk was. Ze werden met busjes opgehaald, hoefden daardoor niet meer kilometers heen-en-weer te fietsen tussen school en club. Relatief veel spelers groeiden door naar het eerste elftal.

De vrouwen van FC Twente en trainer Joran Pot oefenen voor de Champions League-wedstrijd tegen Chelsea. Foto Eric Brinkhorst

‘Hecht en supergezellig’

„FC Twente was vanaf het begin gewoon veel professioneler dan andere clubs”, vertelt Stentler. „Ze hadden geweldige faciliteiten. Ook toen spelers nog niet betaald kregen, regelde de club al wel een leaseauto en een woning voor ze. Daar woonden dan twee of drie spelers samen. Spelers die ik erover sprak zeiden altijd dat ze daar als team hecht van werden. Als ik bij hen langs ging vond ik het altijd supergezellig.”

In 2011 begon FC Twente als eerste club spelers te betalen, wat de aantrekkingskracht nog verder vergrootte. Bij andere clubs bleef het in die tijd nog bij een reiskosten- of vrijwilligersvergoeding.

Het familiegevoel – of op z’n Twents ‘noaberschap’ – speelt nog altijd een belangrijke rol in het succes, vertelt aanvoerder Danique van Ginkel (23). „We begonnen het seizoen met elf nieuwe spelers, maar het voelde al heel snel alsof we al veel langer met elkaar samenspeelden. We hebben vooraf ook duidelijke normen en waarden met elkaar afgesproken, waardoor we weten wat we aan elkaar hebben. We hebben bijvoorbeeld een wasschema gemaakt met zijn allen, elke week brengt een ander de was naar de wasserette. Wie zich daar niet aan houdt, krijgt dat te horen.”

Stentler ziet dat ook: „Twente is altijd een hecht collectief, een team dat normaal blijft doen en hard blijft werken. Het is een fijne plek om je als speler te ontwikkelen, met fijne mensen. Als spelers de afgelopen jaren tussen Ajax en Twente konden kiezen, dan gingen ze naar Twente.”

Het is geen garantie dat het fijne familiegevoel en de zelfverklaarde nuchterheid genoeg zijn om het grote Chelsea te verslaan. De eerste groepswedstrijd, eerder deze maand, gaf al wel wat zelfvertrouwen: FC Twente won met 2-0 van Celtic. „Ik ben een beetje bang voor Chelsea”, zegt Stentler. Trainer Pot: „Chelsea laat al jarenlang zien één van de beste clubs van Europa te zijn. Er staan spelers op het veld waar je u tegen zegt. Dit zijn dingen die de spelers en wij als staf allemaal in ons rugzakje stoppen als bagage voor de toekomst.”

Eén van die spelers bij de Londense club waar Pot over spreekt is een goede bekende. De 19-jarige Wieke Kaptein speelde de afgelopen twee seizoenen voor FC Twente en stapte afgelopen zomer over naar Chelsea.


Lees ook

Eerste vrouwelijke scheidsrechter bij de mannenprofs

Shona Shukrula leidt een interland tussen de Oostenrijk en Duitsland