In ‘Joker: Folie à Deux’ blijkt dat de clown nog niet verslagen is

Dat Joker stand-up komedie doet, wisten we al. En danst: voor de spiegel en de inmiddels wereldberoemde trap in de Bronx af op een nummer van Gary Glitter. In vervolgfilm Joker: Folie à Deux zingt acteur Joaquin Phoenix ook, alleen en in duet met Lady Gaga. Een uitdaging die de acteur naar eigen zeggen doodsbang maakte – en voor minder komt hij zijn bed niet uit.

Arthur Fleck, alias de Joker, is de rol die Phoenix in 2020 zijn lang verdiende Oscar bezorgde, en is de enige die hij twee keer speelt. Joker was een sensatie indertijd en won de Gouden Leeuw van Venetië. Maar de critici waren verdeeld over deze wordingsgeschiedenis van Batmans nemesis. Todd Phillips putte vooral inspiratie uit Martin Scorseses verloederde New York begin jaren tachtig. De geestelijk zwaar beschadigde Arthur Fleck is een huurclown en would be-komiek die griezelig lacht als hij nerveus of bang is. Na oedipale worsteling met imaginaire vaderfiguren – een miljardair en een tv-komiek – verandert hij in de demonische Joker.

Arthur Fleck is een soort amalgaan van twee Scorsese-rollen van Robert De Niro: de obscure, desperaat ongrappige komiek Rupert Pupkin van The King of Comedy (1982) en Travis Bickle, de psychotische ‘lone wolf’ van Taxi Driver (1976), die op een bloedige strooptocht gaat als hij de machtstrip van het pistool ontdekt. Fleck transformeert tot Joker nadat hij in clownspak panikerend een pistool heeft leeggeschoten op drie agressieve yuppies. Uiteindelijk vermoordt hij – heel ironisch – ook Robert De Niro, die de arrogant snerende tv-komiek Murray Franklin speelt.

Joker kreeg heel wat kippendrift over zich heen. Niet zozeer vanwege een stigmatiserende link tussen trauma, stoornis en geweld of Todd Phillips’ dwanghuwelijk van twee gezworen vijanden: Scorsese en de superheldenfilm. Het draaide eerder om de wijze waarop de film het trumpisme verwerkte.

Nihilistische revolte

In Joker is Gotham een metropool waarin quasi-verlichte miljardairs, volgzame media en gevoelloze bureaucraten tegen kanslozen samenspannen. Thomas Wayne, vader van de latere Batman, belichaamt dat harteloze systeem. Als na de moord op de drie nare yuppies – werknemers van Wayne Enterprises – de tabloids schrijven over de ‘killer clown’, klaagt Wayne op tv dat er een ‘anti-rijkdomsentiment’ groeit: „Gotham is de weg kwijt. Ze zijn jaloers op degenen die iets van hun leven maken. Ik zie degenen die dat niet doen als clowns.”

In reactie gaan betogers clownsmaskers dragen: Joker, een ontregelde én onregelende clown, wordt het symbool van een nihilistische revolte van deplorables, al heeft Arthur Fleck geen idee wat daarmee te doen. Hij baadt slechts in de negatieve energie.

Het maakte Joker tot een moreel ambivalent commentaar op een zekere oranje clown tegen de status-quo. Maar in een tijd dat veel critici positiebepaling verlangden; Todd Phillips werd zelf nihilisme en opruiing tot geweld verweten. Robbie Collin van The Telegraph vatte zijn huivering als volgt samen: „Een deel van mij vindt Todd Phillips’ radicale make-over van deze Batmanschurk opwindend compromisloos en ijzingwekkend actueel. Een ander deel van mij vindt dat hij in een kluis op de bodem van de oceaan moet worden gedropt en nimmer het daglicht mag zien.” Dat deel wil dus censuur, want je weet nooit met dat domme kijkvolk. Zulk paternalisme tref je bovengemiddeld vaak onder filmcritici.

De verwijten troffen Phillips pijnlijk; dat lijkt een factor bij de terugkeer van Joker na vijf jaar. Toen ik hem in Venetië vroeg of dit vervolg zijn weerwoord was, ontkende hij dat stellig. „Met zo’n oogmerk begin je nooit aan een film.” Toch lijkt het er wel op.

Jukebox-musical

In Joker: Folie à Deux treffen we Arthur Fleck in afwachting van het proces voor zijn vijfvoudige, eigenlijk zesvoudige moord in de zware afdeling van Arkham State Hospital: een depressieve, broodmagere loner, gekoeioneerd door de cipiers onder leiding van muzikale bullebak Jackie (Brendan Gleeson). Wegens goed gedrag mag Fleck meezingen bij de muziekclub van de lichte afdeling, waar hij wordt verleid door Lee Quinzel (Lady Gaga). Maar houdt zij van Fleck of is ze een groupie van Joker?

Folie à Deux begint met een kinderanimatie in jaren-80-stijl waarin Joker worstelt met zijn schaduw. Joker is de freudiaanse schaduw van Arthur Fleck, een gespleten persoonlijkheid met de lachende wreker Joker als defensie-mechanisme. Maar die Joker projecteert zelf weer een externe schaduw: een imago, rol en logo in de mediasfeer. En die tweede schaduw heeft Arthur Fleck nauwelijks nog nodig: met make-up, groen haar en de juiste kleding kan iedereen Joker zijn.

Joker: Folie à Deux is wat de tekenfilm belooft: een worsteling van Fleck en zijn schaduw, van ego en id. Wanneer zijn rechtszaak na een uur aanvangt, wil Flecks advocaat hem liefst timide en getraumatiseerd zien: Fleck hoort in de tbs-kliniek thuis, niet op de elektrische stoel. Quinzel – en de betogers, en de media – willen Joker: waar het wrange ‘That’s Life’ de themasong van Joker was, is ‘That’s Entertainment’ dat van Folie à Deux. En Fleck zelf? Hij sputtert. Hoewel hij graag aan Quinzels verwachtingen wil voldoen, gedijt Joker bij razernij, frustratie en rancune. Bij de macht van het pistool, niet van de liefde.

Met het vorderen van de rechtszaak illustreren zang- en dansroutines de amoureuze ontwikkelingen tussen Fleck en Quinzel net iets te veelvuldig. „Muziek is er om ons heel te maken”, zegt een therapeut in de gevangenis. En dat doet het met Fleck, maar of dat hem helpt? Interessant, maar toch ga je de muzikale intermezzi gaandeweg als obstakels ervaren.

Als jukebox-musical is Joker: Folie à Deux saaier dan het slimme script verdient, en de weergaloos deerniswekkende Joaquin Phoenix verdient, en Lady Gaga verdient, wier Lee Quinzel een tragische borderliner is die zich vastklampt aan een schaduw. Wat deze film mist, is de pikante politieke suggestie van Joker; de afgeschminkte Arthur Fleck kan voor niemand nog een rolmodel zijn. Maar Joker leeft, kijk aan het eind wat er op de achtergrond gebeurt, uit focus. En die andere clown is er ook nog steeds.