Groningen worstelt met windturbines: moet een betrouwbare overheid plannen uitvoeren of juist bijsturen?

Hoe heeft het kunnen gebeuren? Woensdag viel het college van Gedeputeerde Staten in de provincie Groningen uiteen. In een gezamenlijke motie zegden de vier coalitiepartijen hun samenwerking op: BBB, Groninger Belang, ChristenUnie en PvdA. Donderdag praten de partijen samen over hoe het verder moet.

Twistappel was een al tien jaar oud plan om windturbines te plaatsen op het lege land ten westen van de Eemshaven, in een landbouwgebied grenzend aan bestaande windparken, met uitzicht op de Waddenzee. Provinciale Staten stemden woensdag in meerderheid voor het zogenoemde inpassingsplan voor het park. Maar tot die meerderheid behoorde niet coalitiepartij BBB. Deze partij, die anderhalf jaar geleden met bijna een kwart van de stemmen als grote winnaar het provinciehuis was binnengedenderd, stemde tegen. De weerstand van BBB stuitte coalitiegenoot ChristenUnie tegen de borst. Het was aanleiding voor deze partij het vertrouwen op te zeggen.

Betrouwbare overheid

„Het is voor ons een principiële zaak”, vertelt ChristenUnie-fractievoorzitter Fredric Geijtenbeek. „Wij willen een betrouwbare overheid zijn. Dat is voor ons een kernwaarde. De provincie is geen windvaan. Er is tien jaar lang toegewerkt naar dit windpark. Als je dan de spelregels verandert en er ineens van afziet, dan kies je voor chaos.”

Geijtenbeek verwijst naar het hoofdlijnenakkoord ‘Veur mekoar’. Dat vermeldt dat Groningen „geen ruimte” ziet voor „nieuwe plannen voor grootschalige wind- en zonneparken op land”. Maar dat betekent volgens de ChristenUnie niet dat bestaande plannen óók maar naar de prullenbak verwezen moeten worden – zoals het plan voor de bouw van 24 windturbines langs de kust, ten westen van bestaande windparken op de Eemshaven en ten noorden van de gehuchten Valom en Heuvelderij.

Voor de stemming had de ChristenUnie de BBB „gewaarschuwd” dat een stem tegen het windpark tot een vertrouwensbreuk zou leiden. „Men heeft met het volle verstand op een vertrouwenscrisis aangestuurd”, aldus Geijtenbeek. Ook twee van de drie leden van coalitiepartij Groninger Belang stemden trouwens tegen.

Andere kant op kijken

BBB ziet de kwestie geheel anders. De discussie draait volgens fractievoorzitter Gouke Moes om de definitie van betrouwbaarheid. „Een betrouwbare overheid kijkt naar meer dan alleen lopende procedures. Te vaak heeft de politiek het laten afweten als men had moeten ingrijpen. Kijk maar naar de Toeslagenaffaire. Wij zijn politici die alle belangen moeten afwegen.” De partij van Moes heeft zich bij de stemming niet laten leiden door politieke waarschuwingen maar „zonder last of ruggespraak” het plan inhoudelijk beoordeeld. En dat plan deugt niet, aldus BBB.

Het inpassingsplan is volgens Moes een poging „een kromme banaan recht te praten”. Volgens hem schaadt het windpark overduidelijk het open landschap en de natuur in de omgeving. Hij ergerde zich al eerder aan passages in dit „onzalige plan” dat de schade aan weidsheid wel mee zou vallen. „Er wordt daar doodleuk gesuggereerd om maar de andere kant op te kijken.”

Inderdaad stelt het inpassingsplan dat de mate van aantasting van de ervaren weidsheid afhankelijk is van je perspectief. „Kijkend over de Waddenzee vanaf de Zeedijk is een windpark op het vaste land niet zichtbaar”, staat er. Ook van andere kanten vallen de nieuwe windturbines weg in het al bestaande windlandschap. Kortom: „Van een significante aantasting van de kernwaarde is derhalve geen sprake”, aldus het plan.

De Waddenvereniging denkt „genuanceerd” over de kwestie, aldus een woordvoerder. „Wij zijn voor duurzame energie die kan bijdragen aan het terugdringen van klimaatverandering die de Waddenzee kan doen verdrinken. Maar de schade voor de natuur, met name rustende en foeragerende vogels, moet wel gecompenseerd worden.”

Groningen als wingewest

Je zou kunnen stellen dat het windpark juist behoorlijk geschikt is als locatie, aangezien de turbines zowat naast twee bestaande windparken worden gebouwd. Maar dat is nu precies wat er al veel te lang in Groningen is gebeurd, stelt BBB-fractievoorzitter Moes. „Ik zou wel eens willen meewerken aan een plan om al die bestaande turbines weer om te zagen. Men voelt zich hier een wingewest, een kolonie van het westen van Nederland. Dat geldt voor de gaswinning, maar ook eerdere veenontginningen en straks de waterstofeconomie. Natuurlijk moeten we in Nederland duurzame energie opwekken. Maar waarom moet die ambitie altijd ten koste gaan van provincies als Groningen?”

De BBB had trouwens best voor het plan willen stemmen, stelt Gouke Moes, als de turbines absoluut noodzakelijk zouden zijn om de provinciale doelstelling voor windenergie te halen. „Maar de gedeputeerde van de ChristenUnie heeft ons eerlijk gezegd dat dit niet zo is.” Inderdaad „zou je kunnen stellen dat het windpark niet noodzakelijk is” mits alle plannen, ook die van gemeenten, daadwerkelijk doorgang vinden, stelt een woordvoerder van de provincie Groningen. „Het is echter onzeker dat alles wordt gerealiseerd.”


Lees ook

In de Eemshaven gloort de toekomst van de waterstofeconomie

De Magnum-elektriciteitscentrale van het Duitse RWE in de Eemshaven kan  geschikt worden gemaakt om gedeeltelijk of geheel op waterstof te draaien.