N.B. Het kan zijn dat elementen ontbreken aan deze printversie.
Reportage
Feyenoord – PSV PSV-coach Ruud van Nistelrooij baalde van de late gelijkmaker(2-2) in de Kuip. Wel ziet hij progressie bij zijn ploeg.
Briesend loopt hij langs de lijn, even voor half vijf in de Kuip. Ruud van Nistelrooij, een van de meest bedachtzame coaches in de Eredivisie, grijpt zijn hoofd vast met beide handen. Hij begrijpt er niks van. Negen minuten blessuretijd? Het bord met die mededeling moet nog worden getoond, maar Van Nistelrooij heeft het al gezien bij vierde official Joey Kooij. Als het kort daarop wordt omgeroepen, klinkt hoopvol gejuich.
PSV hangt in de touwen, met tien man en een 2-1 voorsprong. Op weg naar een stunt tegen koploper Feyenoord, waar het vijf jaar geleden voor het laatst won. Op weg naar een goede uitgangspositie in de titelrace, ook. Van Nistelrooij weet dat iedere minuut telt om die laatste minuten, in zijn woorden, te overleven. „Je moet die wedstrijd spelen alsof het je laatste is”, had hij vrijdag gezegd.
Het kraakt bij PSV, door de onophoudelijke druk van Feyenoord, fel vooruit geduwd door het thuispubliek. Opeens is de energie terug, waar het tien minuten voor tijd nog met 2-0 achterstond. Invaller Alireza Jahanbakhsh kopt de 1-2 binnen. En dan, in de zesde van die negen minuten blessuretijd, gebeurt waar Van Nistelrooij zo voor vreest.
Jahanbakhsh krijgt even wat ruimte, op een meter of twintig van de goal. Hij legt aan met zijn rechtervoet, waarmee hij al zo vaak fraai van afstand schoot. Zijn naam is voor zijn invalbeurt al bezongen, de Iraanse international is een van de populairste spelers van de club. Hij maakt een paar korte pasjes en schiet niet eens zo hard, maar precies in de hoek, met een verraderlijke stuit – doelman Walter Benitez duikt onder de bal door.
Feyenoord-PSV (2-2) is een spektakelstuk dat symbool staat voor de strijd bovenin. Geen van de vijf clubs die nu om de titel spelen, lukt het om de concurrentie op een forse achterstand te zetten. Feyenoord is, hoewel het vier van de laatste zes duels gelijkspeelde, nog lijstaanvoerder. Vier clubs zitten er dicht op. Het maakt de competitie – na de dominantie door Ajax in de laatste jaren – een van de onvoorspelbaarste in tijden.
Ruim anderhalve week geleden zat Van Nistelrooij er nog verslagen bij, na een nederlaag bij FC Emmen. Hij nam het woord „crisis” in de mond. PSV leek de titel al voorzichtig te hebben opgegeven na de verkoop van Cody Gakpo en Noni Madueke deze winter – twee van de beste spelers. De lichaamstaal na de moeizame zege op Vitesse twee weken terug vertelde veel – de onvrede over het vertoonde spel droop ervan af.
Maar de wijze waarop PSV zich in Rotterdam presenteert maakt, lange tijd, indruk. Het is direct, efficiënt voetbal, onder aanvoering van de creatieve, ongrijpbare Xavi Simons (19). Zo makkelijk speelt hij, met formidabele acties en zuivere passing.
Een gevoelige passje, na een minuut of acht, opent de voorstelling. Balverlies bij Orkun Kökcü in de as van het veld, waarop Joey Veerman meteen Simons diep stuurt. Die rukt op en geeft de bal mee op Anwar El Ghazi, die in de verre hoek raak schiet. „Hoe Xavi speelde is fenomenaal, op die leeftijd”, zegt Van Nistelrooij. „Ook mentaal, hoe sterk hij is. En hoe vaak hij ons onder de druk uit helpt.”
Hoofdletsel bij Mwene
Hier komen. Nu. Van Nistelrooij staat bij de zijlijn als hij zijn ploeg bij zich roept, na een half uur. Er is even tijd door de medische behandeling van linksback Phillipp Mwene, die met een brancard zal worden afgevoerd. Van Nistelrooij praat, samen met zijn assistent Fred Rutten, zeker een minuut op de spelers in.
Hij is kort daarvoor boos geworden op arbiter Danny Makkelie omdat die laat doorspelen na hoofdletsel bij Mwene. „Dan moet je het spel acuut stoppen, die speler is buiten bewustzijn geweest”, zegt Van Nistelrooij. „Dat is gewoon gevaarlijk. Dat was een hele slechte beslissing. Het gaat om de gezondheid van die jongen.”
De emoties gieren door de Kuip, zondagmiddag. Massaal applaus klinkt in de twaalfde minuut voor de ernstig zieke Thijs Slegers, perschef van PSV. Gevolgd door het You’ll Never Walk Alone, met Feyenoord-sjaals in de lucht en spandoeken voor Slegers. „We wilden drie punten voor hem pakken”, zegt PSV-verdediger Patrick van Aanholt.
Al is de lelijke kant van het voetbal nooit ver weg. Later klinkt „Danny is een kankerjood”, gericht tegen scheidsrechter Makkelie, en „kanker De Jong”, verwijzend naar spits Luuk de Jong.
Van Nistelrooij schrijft specifieke spelmomenten ondertussen rustig in zijn schriftje, wat hij dan weer wegstopt in zijn zwarte winterjas. PSV controleert lang het wat matte Feyenoord, dat wel aanzienlijk meer doelpogingen (35 om 7) en hoekschoppen (14 om 1) krijgt. Het nieuwe elan bij PSV is terug te zien in de high five tussen verdedigers Armando Obispo en Jarrad Branthwaite na een aanval te hebben geneutraliseerd.
‘Slankere’ selectie
Hoewel PSV met Gakpo en Madueke onmiskenbaar veel kwaliteit is verloren, is er nu wel duidelijkheid, zegt Van Nistelrooij. In totaal zijn deze winterstop zeven spelers vertrokken. De Portugese centrumspits Fábio Silva, de Belgische aanvaller Thorgan Hazard en verdediger Van Aanholt kwamen alle drie op huurbasis. Met een „slankere” selectie, zegt Van Nistelrooij, hebben meer spelers perspectief op speeltijd.
De Rotterdamse burgemeester Ahmed Aboutaleb staat op de eretribune met veel interesse te kijken naar de herhaling op een scherm, halverwege de tweede helft. PSV-verdediger Obispo is met gestrekt been doorgegaan op Feyenoord-spits Santiago Gimenez. De afdruk is nog te zien op het rechterbovenbeen van de Mexicaan. De VAR roept Makkelie naar de kant, hij geeft rood. Het Legioen juicht. Maar drie minuten later, als het helemaal open ligt bij Feyenoord, maakt PSV via invaller Hazard 2-0.
Wat moet je maken van dit PSV? Eerder Ajax in Amsterdam verslagen, thuis gewonnen van Feyenoord, nu 0-2 in de Kuip – maar daar staan nederlagen tegen laagvliegers FC Groningen, SC Cambuur en FC Emmen tegenover.
De kunst is de stand te vergeten, zegt Van Nistelrooij. „Als dat gebeurt, heb je een betere kans om beter te spelen. Dat hebben ze vandaag gedaan. Ik benadruk: je moet totaal niet met de stand bezig zijn.” Vrijdag had hij al gezegd dat je het best functioneert „als je in het moment zit, in de flow”. Alle andere zaken moet je „uitschakelen”.
Maar het zijn de bijzaken die het gemoed domineren, na de goal diep in blessuretijd – de rol van de arbitrage. Toch heeft Van Nistelrooij er „geweldig van genoten”. „Van de ambiance, van Feyenoord, van ons.”
Een klaterend applaus klinkt daarom, zondag 16.35 uur, op Rotterdam-Zuid.