Nieuwe wet voor belasting over box 3 wordt weer met een jaar uitgesteld

De nieuwe wet die de belasting over vermogen moet gaan regelen, wordt wederom met een jaar uitgesteld. Ambtenaren op het ministerie van Financiën hebben geen mogelijkheid om de nieuwe wet zorgvuldig voor te bereiden, omdat zij te veel tijd kwijt zijn aan het compenseren van gedupeerde vermogenden. De nieuwe wet zal daarom op zijn vroegst in 2028 kunnen ingaan. Het uitstel kost de schatkist in 2027 naar verwachting nog eens 2 miljard euro door misgelopen belastinginkomsten.

Dat staat in een zogenoemde beslisnota die afgelopen dinsdag naar de Tweede Kamer is gestuurd. De nota maakt deel uit van een reguliere Kamerbrief over de voortgang van de zogenoemde herstelwet. Die moet aangepast worden nadat de Hoge Raad afgelopen juni oordeelde dat de manier waarop vermogenden gecompenseerd werden voor te veel betaalde belasting ondeugdelijk was.

Het is de zoveelste tegenslag in het dossier-box 3, zoals de heffing op vermogen heet. De oorspronkelijke wet, die vanaf 2017 de belasting op vermogens regelde, werd al in december 2021 buiten werking gesteld door de Hoge Raad. Belastingplichtigen hadden zich succesvol verzet tegen de wijze waarop de fiscus de hoogte van de aanslag vaststelde. Die hield geen rekening met het werkelijke rendement op sparen en beleggen en ging ook nog eens uit van een verdeling van het vermogen die niet op de werkelijkheid gebaseerd was. De Hoge Raad oordeelde dat de wet discrimineerde en in strijd was met de mensenrechten, omdat deze het eigendomsrecht van mensen aantastte.

Herstelwet onderuit

De vorige staatssecretaris van Financiën, de CDA’er Marnix van Rij, bedacht daarop een herstelwet om gedupeerde vermogenden te compenseren. Maar ook die werd onderuitgehaald door de hoogste rechter. Inmiddels is de rekening van de herstelbetalingen in box 3 opgelopen tot bijna 14 miljard euro, zo bleek uit de Miljoenennota de eerder deze week werd gepubliceerd. De kosten van het herstel zijn zo hoog, dat het kabinet besloten heeft de staatsschuld deels te laten oplopen om gedupeerden te kunnen betalen.

Uit de nota van de ambtenaren blijkt nu dat de tegenvallers met de herstelwet dusdanig veel beslag leggen op onder meer de IT-capaciteit van de fiscus dat er geen ruimte is om aan de nieuwe wet door te werken. De geplande invoeringsdatum voor de Wet werkelijk rendement wordt derhalve een jaar doorgeschoven, tot 2028.

Uit de nota van de ambtenaren blijkt tevens dat de huidige staatssecretaris van Financiën, NSC’er Folkert Idsinga, zich niet direct wil neerleggen bij nieuw uitstel. Al in de zomer heeft hij opgeroepen om in elk geval aan een ‘Plan B’ te werken. Dat zou in plaats van de nieuwe wet met een hele andere oplossing kunnen komen, die wél per 1 januari 2027 in werking kan treden. Er wordt gedacht aan het beginnen met een forfaitaire (fictieve) heffing en dan langzaam doorgroeien naar werkelijk rendement.