Minister Heinen wil ‘betere balans’ in de begroting en dus stijgt koopkracht minder hard

Nederlanders, was de belofte van dit kabinet, zouden erop vooruitgaan. In het hoofdlijnenakkoord van afgelopen mei deelden PVV, VVD, NSC en BBB dan ook lastenverlichtingen uit. En dat zouden Nederlanders, mede dankzij een goed draaiende economie, goed voelen in de portemonnee, voorspelde het Centraal Planbureau half augustus.

Een paar weken later, bij de officiële start van het politieke seizoen op Prinsjesdag, deelt het kabinet-Schoof toch minder ruimhartig uit dan het eerst van plan was. Minister van Financiën Eelco Heinen (VVD) heeft bij het opstellen van zijn eerste begroting in augustus de te verwachte koopkrachtstijging naar beneden bijgesteld. In de eerste vooruitblik van het Centraal Planbureau werd een stijging van 1,1 procent van de koopkracht voorzien voor de middelste waarde (mediaan) van de inkomens in Nederland: de helft van de huishoudens ligt eronder, de andere helft erboven. In de eindversie van de begroting stijgt de koopkracht volgens het CPB met nog maar 0,7 procent.

En dat is best bijzonder. Meestal probeerden zijn voorgangers de koopkracht van Nederlanders juist te verbeteren in die weken in augustus. Waarom koos minister Heinen juist voor de andere route?

Verlichtingen uitsmeren

Zelf zegt de minister, nadat hij dinsdag de Miljoenennota had aangeboden in de Tweede Kamer, dat hij zocht naar een „betere balans”. Hij wil de verlichtingen uitsmeren over meerdere jaren, zegt hij.

Wat ook mee kan spelen: mensen met een uitkering gingen er in de eerste voorspellingen met 2 procent behoorlijk op vooruit. Uiteindelijk is dat in de aangepaste raming van het CPB naar beneden bijgesteld, naar 0,9 procent in de begroting.

Het is algemeen bekend dat VVD’ers vinden dat uitkeringen niet te hoog mogen worden. Anders zouden werklozen minder gemotiveerd zijn om een baan te zoeken.

Maar met dat argument kon hij waarschijnlijk vooral VVD’ers overtuigen. Heinen heeft in de discussie mogelijk ook verwezen naar CPB-directeur Pieter Hasekamp. Die had Heinen half augustus meegegeven dat hij met het uitstellen van een lastenverlichting ruimte kon creëren voor financiële tegenvallers.

Van die tip heeft Heinen gebruik gemaakt, zo blijkt. Eén financiële tegenvaller is op deze manier al deels gedekt: Box 3. De Hoge Raad oordeelde eerder dit jaar dat de manier waarop belasting wordt geheven over spaargeld en beleggingen niet klopt. Om spaarders en beleggers te compenseren heeft Heinen geld nodig. Dat geld speelt Heinen deels vrij door de aanpassing in het koopkrachtpakket, blijkt uit de Miljoenennota.

Het uitstel van het koopkrachtpakket heeft ook als gevolg dat het door het CPB berekende overheidssaldo (uitgaven minus inkomsten) ietsje verbetert ten opzichte van een eerdere voorspelling van het Planbureau. Eerst bedroeg dit begrotingssaldo -2,6 van het bruto binnenlands product (bbp), nu is dat -2,5 procent. Dat heeft een rekentechnische reden. De Europese grenswaarde waar ook dit kabinet zich aan wil houden is -3 procent.

Europese begrotingsnorm

Daarmee schept minister Heinen ook extra afstand tot de Europese begrotingsnorm van 3 procent. Dat is belangrijk, want als die norm wordt overschreden wil het kabinet meteen gaan bezuinigen, zo is vastgelegd in het hoofdlijnenakkoord.

Het ligt minder voor de hand dat de minister deze afspraak heeft aangehaald om het koopkrachtpakket uit te smeren. De verbeterde afstand tot de grens is immers minimaal. Experts vinden -2,5 ook niet ver genoeg gaan, bleek uit het oordeel van de belangrijke adviseur van het kabinet, de Raad van State, in een tegelijkertijd met de Miljoenennota gepubliceerd advies.

De Raad van State noemt de huidige financiële koers van het kabinet „structureel op de vluchtstrook” rijden

De Raad van State noemt de huidige koers „structureel op de vluchtstrook” rijden. Permanent op de vluchtstrook rijden is gevaarlijk, want bij het minste zuchtje economische tegenwind beland je naast de weg, is de redenering van de Raad van State. Dan moet je ingrijpen op het moment dat het niet goed gaat met de economie, en dat brengt volgens economen onnodig schade toe.

Om voldoende afstand te houden tot de 3-procentsnorm moet Heinen lasten verhogen of bezuinigen. Op langere termijn wordt de grens van 3 procent overschreden, én wordt de staatsschuld ook meer dan de Europese norm van 60 procent van het bruto binnenlands product, berekende het Centraal Planbureau eerder al. Heinen erkent in reactie daarop dat hij „scherp aan de wind” vaart en zegt tegelijkertijd: wij gaan „stap voor stap” terug naar „begrotingsdiscipline” de komende jaren. „In de toekomst moeten we meer stappen doen”, erkent Heinen. „Tenzij het beter gaat met de economie.”

Wisselgeld

Zou Heinen op deze manier ook alvast wat wisselgeld hebben verzameld voor bij de Algemene Politieke Beschouwingen, de komende dagen in de Tweede kamer? De oppositie heeft allerlei wensen. Fractievoorzitters Rob Jetten (D66) en Henri Bontenbal (CDA) dreigen de begroting niet te steunen in de Eerste Kamer, waar het kabinet geen meerderheid heeft, als de btw op sport niet van tafel gaat.


Lees ook

De nieuwe minister van Financiën: een terughoudende Vinex-man met onverwachte humor en zelfspot

Eelco Heinen, minister van Financiën, voorafgaand aan een debat over de Eurogroep, in de Tweede Kamer.

Maar nee, voor zulke wensen heeft Heinen geen geld gereserveerd, zegt hij stellig. In de Miljoenennota is hij de oppositiepartijen al tegemoetgekomen door schoolmaaltijden te blijven betalen, een compensatie voor de btw-verhoging op schoolboeken te regelen en door een versobering van de giftenaftrek terug te draaien. Om het laatste hadden de christelijke partijen gevraagd. „Het zou flauw zijn als ik dan nu nog wat extra geld in mijn achterzak zou houden”, zegt hij dinsdagmiddag.

Als partijen iets willen aanpassen, moeten ze daar zelf dekking voor vinden, zegt Heinen. D66 en CDA doen alvast een voorzet: een verhoging van de accijns op tabak en elektronische sigaretten.