Stapeling van maatregelen gaat cultuursector hard raken: ‘Minister, pak de regie!’

‘Minister, pak de regie!” Er klinkt lichte wanhoop door in de oproep van Cathelijne Broers, directeur van het Cultuurfonds, aan cultuurminister Eppo Bruins. Zij heeft zojuist de doorrekening toegelicht van de verschillende maatregelen die de cultuursector de komende jaren raken. De schatting is dat de sector daardoor jaarlijks 350 miljoen euro aan inkomsten verliest.

„Deze ongecoördineerde stapel van bezuinigingen en maatregelen heeft een enorme impact op de hele kunst- en cultuursector, zowel op de korte als op de lange termijn. Dit kan niet de bedoeling zijn.” Om tot deze berekening te komen hebben de cultuursector, private financiers en gemeenten samengewerkt en data gedeeld in een niet eerder geziene samenwerking.

Het gaat om maatregelen die op het eerste gezicht weinig met elkaar te maken lijken te hebben, maar die opgeteld betekenen dat verschillende inkomstenbronnen voor de cultuur worden geraakt: 1/ verhoging van de btw op cultuur, 2/ korting op het gemeentefonds, 3/ bezuiniging op het ministerie van OCW, 4/ aanpassing van de giftenaftrek en 5/ verhoging van de kansspelbelasting.

Over de laatste twee maatregelen: het ministerie van Financiën wil geld ophalen door meer belasting te heffen op kansspelen en door schenken aan goede doelen fiscaal minder aantrekkelijk te maken. De cultuursector ontvangt een deel van zijn inkomsten uit private fondsen zoals de vriendenloterij, en uit giften van bedrijven of particulieren. Door deze maatregelen zullen die teruglopen. In de meest optimistische schatting met 8 miljoen euro, maar in het slechtste scenario met 29 miljoen euro.


Lees ook

Na de ontwrichtende coronajaren koerst de Raad voor Cultuur aan op rust

Theater Rotterdam

Daarnaast moet het ministerie van OCW 1 miljard bezuinigen. Uit het hoofdlijnenakkoord blijkt nog niet hoe het ministerie dat wil doen, welk aandeel bij onderwijs vandaan moet komen en welk bij cultuur. Op grond van een analyse van het hoofdlijnenakkoord en Kamervragen wordt in deze analyse uitgegaan van een bezuiniging tussen de 40 en 80 miljoen euro.

De grootste impact hebben de voorgenomen verhoging van de btw op cultuur en de door het vorige kabinet besloten korting op het gemeentefonds, waardoor gemeenten vanaf 2026 veel minder geld te besteden hebben. Dit kabinet wil dat boeken, museumbezoek en voorstellingen niet meer onder het verlaagde btw-tarief van 9 procent vallen, maar met ingang van 2026 met 21 procent worden belast. Dat moet het rijk jaarlijks 953 miljoen euro opleveren.

Uit de analyse blijkt dat het onwaarschijnlijk is dat dat bedrag wordt gehaald. Hogere btw zal ertoe leiden tot kaartjes duurder worden en er daardoor minder kaartjes worden verkocht, en minder verkochte kaartjes betekent minder btw-opbrengsten.

Het ministerie van Financiën gaat ervan uit dat de inkomsten van de sector 5 tot 6 procent omlaag gaan door de hogere prijzen voor toegangskaartjes. Maar de kaartjes worden ook al duurder door de stijgende kosten voor personeel, materiaal en energie. „Er wordt uitgegaan van 5-6 procent minder publieksinkomsten, maar dat is eerder 9-12 procent”, zegt Broers. Omdat er nog zoveel onduidelijk is over hoe de maatregel uitwerkt, willen de onderzoekers dat cultuurminister Eppo Bruins de maatregel bevriest, en nader onderzoek uitvoert.

Onvoldoende erkend

En dan komt er ook nog een korting op het gemeentefonds aan. Daardoor zullen gemeenten, die nu gezamenlijk jaarlijks 1,3 miljard euro uitgeven aan cultuur, naar verwachting aanzienlijk minder geld aan cultuur besteden. Verwacht wordt een afname van 5 tot 10 procent, ofwel 65 tot 130 miljoen euro minder.

De maatregelen creëren een samenhangend effect, dat nog onvoldoende wordt onderkend. De inkomsten in de culturele sector komen gemiddeld voor de helft uit subsidie, en voor de helft uit eigen inkomsten – 40 procent publieksinkomsten en 10 procent private financiering. Door deze combinatie van maatregelen wordt elke bron van inkomsten getroffen. Er is geen manier meer om de gaten te dichten, zegt Broers.

De verwachting is bovendien dat gemeenten en private financiers vooral ‘risicomijdende’ projecten gaan steunen, wat ten koste gaat van de kleine en middelgrote instellingen en makers. „Het gevolg is een verarming van de culturele infrastructuur die nu al tastbaar is buiten de Randstad en in grote kerngemeenten.”

Dat bevestigt Marcelle Hendrickx, wethouder cultuur van Tilburg, die ook woordvoerder cultuur is namens de Vereniging Nederlandse Gemeenten (VNG). „We voelen ons verantwoordelijk om hierover mee te praten, omdat gemeenten het grootste deel van de cultuur financieren.”


Lees ook

Theaterseizoen begint met protestactie van woedende theatermakers

Actievoerders van verschillende door subsidiekorting getroffen theatergroepen, waaronder Wunderbaum en Orkater, op het podium bij de opening van het theaterseizoen.

Zij ziet in haar eigen gemeente dat de mix van maatregelen problemen zal opleveren. „Zoals de beperking van de giftenaftrek. Om specifieke projecten financieel haalbaar te maken, kan het enorm helpen om ondernemers en inwoners met een groot hart voor cultuur te betrekken. Daarmee creëer je ook draagvlak. Dat wordt nu veel moeilijker gemaakt en ik vind dat echt onvoorstelbaar.”

Vooral, zegt Hendrickx, omdat inmiddels wel breeduit bekend moet zijn hoe belangrijk cultuur is voor het welzijn van mensen. „Ik heb hele grote maatschappelijke opgave in deze stad van 230.000 inwoners. We hebben wijken waar eenzaamheid een groot issue is en waar mensen niet rond kunnen komen. Ik heb grote groepen inwoners met dementie, parkinson, alzheimer. Wij weten inmiddels dat de inzet van kunst en cultuur voor dit type vraagstukken vaak een goede, toegankelijke oplossing biedt, en daar zijn we een heel programma voor aan het opzetten. Wat er nu gebeurt haalt daar de bodem onder vandaan. Ik kan het niet uitleggen.”