Bunq doet diepgravend onderzoek naar (ex-)werknemers die zich schuldig hebben gemaakt aan ‘rekeninggluren’. Dat bleek maandagmiddag tijdens een zitting in de rechtbank in Alkmaar in de zaak tussen bunq-topman Ali Niknam en zijn voormalig persoonlijk assistent. Niknam zelf was daarbij niet aanwezig.
De assistent, een voormalige vriend van Niknam, werd in april dit jaar ontslagen na een hoogoplopend arbeidsconflict. Hun relatie bekoelde, omdat de assistent volgens de advocaat van Niknam niet integer omging met bedrijfsgeheimen. De man keek volgens hem stiekem in rekeningen van familieleden en relaties en zou aan bunq-collega’s hebben verteld dat het hoofd van de risico-afdeling van de bank zijn baan ging verliezen.
Het rekeninggluren kwam onlangs aan het licht tijdens een „breed intern onderzoek” binnen bunq naar de rekeningen die (ex-)werknemers hebben bekeken, zei Niknams advocaat. Bunq startte dit onderzoek nadat NRC in juni onthulde dat werknemers van bunq stiekem in rekeningen van klanten keken, terwijl dat voor hun werk niet noodzakelijk was. Dit werd bij bunq jarenlang niet actief gecontroleerd.
‘Tot de bodem uitzoeken’
Minister Eelco Heinen (Financiën, VVD) liet vorige week weten ervan uit te gaan dat bunq het rekeninggluren „tot de bodem uitzoekt en indien nodig actie onderneemt”, zo schreef de minister in antwoord op Kamervragen. „Bankgegevens bevatten veel persoonlijke informatie van klanten. Daar moeten banken zeer zorgvuldig mee omgaan.”
Lees ook
‘Bunq-werknemers keken stiekem in klantrekeningen: ‘Het was te verleidelijk’
In de rechtbank in Alkmaar eiste Niknams assistent maandag een vergoeding voor honderden niet uitbetaalde overuren, vakantiedagen en zakelijke uitgaven voor zijn baas. De assistent, die bijna drie jaar voor Niknam werkte, zou door de bunq-topman tot het uiterste zijn gedreven, bleek tijdens de zitting. Hij nam nooit vakantiedagen op, schoot allerlei bedragen voor en werd geacht „binnen veertig minuten” op berichten van de bunq-topman te reageren.
In de stroom berichten van Niknam raakte hij het overzicht kwijt, vertelde hij tijdens de zitting. Hij had geen idee dat hij een bedrijfsgeheim deelde toen hij bij een bezoek aan bunq begon over het naderende vertrek van het hoofd van de risico-afdeling. Niknam had hem dat zelf verteld en hij had het ook opgevangen toen er bij de bunq-topman thuis een digitale vergadering op de luidsprekers stond. „Ik zag door de bomen het bos niet meer”, zei de assistent tijdens de zitting.
Met Niknams moeder in New York
Informatie over bunq en privé-kwesties van Niknam liepen voortdurend door elkaar heen, bleek tijdens de zitting. De assistent regelde de ene dag de grootschalige verbouwing van Niknams Amsterdamse grachtenpand en bezocht de andere dag het Vrijheidsbeeld in New York met diens moeder. Dat hij in klantrekeningen van bekenden zou hebben gekeken was tot deze rechtszaak nooit een gespreksonderwerp geweest, zei hij.
De advocaat van Niknam trok tijdens de zitting de rechtmatigheid van de uitgaven van de assistent in twijfel. Ook had de assistent volgens Niknams advocaat beter moeten weten toen hij vertrouwelijke informatie van zijn baas deelde met bunq-medewerkers. Volgens Niknams advocaat handelde hij niet zoals „mag worden verwacht van een persoonlijk assistent van een ceo van een bank”.
Na een twee uur durende zitting gingen de partijen in onderhandeling over een schikking. Na afloop wilden zij allebei geen enkele mededeling doen over de uitkomst.