Als de zakkenroller opnieuw de cel in moet, kan haar gezin uiteenvallen; ‘Wat kan dit gedrag stoppen?’ vraagt de rechter

‘Waarom huilt u eigenlijk?” Eerst moet Ana (35) antwoord geven van de officier. En daarna Davinka (33). „En waarom huilt ú?” De officier kijkt neutraal, maar is het gesnik duidelijk zat.

Het eerste halfuur beantwoordde het duo alle vragen met „geen commentaar” of „daar wil ik liever niet over praten”. Maar gaandeweg worden de vrouwen niet alleen emotioneler, ook spraakzamer. Ze zeggen spijt te hebben. Betreft dat hun eigen lot? De drieënhalve maand voorarrest in vrouwengevangenissen in Utrecht en Limburg, ver van Den Haag waar man en kinderen wonen? Of betreft het de ruim zeven slachtoffers die in maart en april in Haagse winkels vergeefs in hun tas naar hun portemonnee zochten? En die vervolgens op hun bank-app zagen dat met hun pinpassen haast gelijktijdig elders werd afgerekend. In schoenen- of kledingwinkels, maar ook bij de slager of De Spar. De slachtoffers vroegen daar de beelden op, waarna de politie Ana en Davinka herkende.

De twee Bulgaarse vrouwen wonen hier maar spreken geen Nederlands. Van Davinka wordt duidelijk dat ze nooit naar school is geweest.

Duikbrevet

Voor de vrouwen staat vast dat hun thuisfront instort als ze lange celstraffen krijgen. Vooral Davinka ziet niet in hoe haar fulltime werkende man voor hun vier kinderen moet zorgen. „En snapt u dat u na een celstraf ook zélf terug naar Bulgarije moet?”, spiegelt een van de rechters haar voor. En dat „de rechtbank niet nogmaals een taakstraf mag opleggen”, omdat ze die al eerder kregen? „Da”, zegt ze. Ja, ze zitten diep in de problemen.

„Wat moeten we doen om dit gedrag te laten stoppen?”, vraagt een van de rechters aan Davinka. Ze werd al drie keer veroordeeld – er staat nog twee maanden voorwaardelijke celstraf open, wat dus niet heeft geholpen. Deze diefstallen vielen binnen de proeftijd. Die maanden wil de officier nu ook laten uitzitten. „U heeft immers al een tweede kans gehad.” „Ik heb mijn lesje geleerd”, probeert ze nu. „U speelt hoog spel”, zegt de rechter. Davinka neemt dat letterlijk en protesteert: „Het ís geen spel, het is realiteit, het is mijn leven”.

Pincode was niet nodig

Van een van de zeven zakkenrollerijen laat de rechter beelden zien. Een drukke schoenenzaak, met een klant prominent in beeld. Die past schoenen, buigt zich zittend voorover. Haar tasje steekt vervaarlijk uit, in het gangpad, nog gesloten. Ana dringt even voor haar langs terwijl Davinka achter haar bukt. We zien een armbeweging. Daarna bungelt het tasje nog steeds in het gangpad, maar nu open.

De vrouwen deden vooral inkopen onder de 50 euro zodat er geen pincodes nodig waren. De rechter somt de talloze ándere pasjes op, die in de portemonnees zaten. Eén slachtoffer was z’n verblijfsvergunning kwijt, een ander z’n duikbrevet. Bent u bereid de kosten te vergoeden, vraagt de rechter. „Da”, zeggen beide vrouwen zachtjes.

„Denkt u ook aan de slachtoffers”, vervolgt de officier? Tóén niet, erkennen ze. Maar inmiddels hebben beiden in de cel tijd gehad om na te denken. Davinka erkent dat ze meermaals fouten maakte, maar dat ze nu „te ver is gegaan”. Alles staat op het spel: toekomst, woning, werk, school.

De officier eist tegen Ana twaalf maanden, waarvan vier voorwaardelijk, een proeftijd van twee jaar en toezicht van de reclassering. Davinka zou twee jaar moeten krijgen, waarvan zes maanden voorwaardelijk, een proeftijd en reclasseringstoezicht.

De advocaat van beide vrouwen heeft geen kritiek op het bewijs. Ze acht vier maanden cel voor Davinka en twee voor Ana op basis van de ‘oriëntatiepunten’ van de rechtspraak gerechtvaardigd. Beide vrouwen handelden „door armoede uit noodzaak”, toonden spijt en ook diepe schaamte.

Davinka krijgt twee weken later twintig maanden cel, waarvan vier voorwaardelijk met twee jaar proeftijd. Ook moet ze de twee maanden van de vorige veroordeling alsnog uitzitten. Van de zeven diefstallen vindt de rechtbank twee onvoldoende bewezen. Ana krijgt tien maanden, waarvan twee voorwaardelijk, met dezelfde plichten jegens de reclassering. Het risico op herhaling zou bij beiden gemiddeld zijn.