Het is eind 2022 als bij Caspar de Kiefte het besef indaalt dat de opkomst van kunstmatige intelligentie een mogelijke bedreiging vormt voor het werk van beeldmakers. De Kiefte, belangenbehartiger bij de Kunstenbond, wordt benaderd door leden die vinden dat de Kunstenbond actie moet ondernemen tegen de ongestructureerde opkomst van AI. Ze maken zich zorgen om een schending van auteursrechten en vrezen voor de concurrentie van mensen die handig kunnen omgaan met AI.
Met gratis toegankelijke beeldgenerators kan iedereen een ‘prompt’ (een geschreven opdracht) intypen om een beeld te laten maken, bijvoorbeeld: „Maak een zonnig landschap met op de voorgrond een blonde vrouw met blauwe ogen, en op de achtergrond blonde heterogezinnen.” Uit een enorme hoeveelheid van het internet geschraapte beelddata genereert zo’n tool een collage, et voilà: nieuw beeld. Geert Wilders plaatste op 2 juni 2024 een dergelijke AI-afbeelding op X ten behoeve van zijn campagne voor de Europese verkiezingen. Dat riep veel reacties op.
De zorgen omtrent concurrentie van AI verschillen per soort makersgroep, blijkt uit onderzoek dat de Kunstenbond deed onder haar leden. In vergelijking met stemacteurs (96 procent van de leden heeft zorgen om baanverlies) en audiovisuele makers en componisten (75 procent), maken autonome kunstenaars zich nog het minste zorgen (39 procent), aldus De Kiefte. „Wat autonome kunstenaars doen, is ingewikkeld om na te maken”, zegt hij door de telefoon. „Het komt vaak voort uit individuele, persoonlijke ervaringen.” Tegelijkertijd uiten kunstenaars hun persoonlijke ervaringen ook in sociaal geëngageerd werk. Vier gebieden waar kunstenaars zich zorgen over maken.
1Eigenaarschap: van wie zijn de data?
Het scrapen van teksten, kunstwerken en foto’s voor trainingsdata van AI wordt de grootste diefstal in de menselijk geschiedenis genoemd, aldus wetenschapsjournalist Ranga Yogeshwar in de Augsburger Allgemeine (17 mei 2023). Sommige kunstenaars zijn er om deze reden principieel op tegen om AI-gegenereerd beeld in te zetten.
Neem de Russische kunstenaar Dasha Ilina, die in Frankrijk woont. Zij schreef een essay voor het digitale platform The Couch van kunstcentrum Het HEM in Zaanstad, maar weigerde het redactievoorstel voor een AI-afbeelding door de Zweedse kunstenaar Rustan Söderling ter begeleiding van haar stuk. Met de kwaliteit van de beelden had dat niets te maken, benadrukt ze. „Rustans beelden zitten vol energie en schoonheid”, vertelt Ilina. „Ik vind ze geweldig, maar omdat mijn tekst zo kritisch was over AI, voelde het verkeerd om er een AI-gegenereerd beeld bij te hebben.”
De kunstenaar, die in Parijs woont, maakt zich voor zichzelf geen zorgen over werkverlies door AI. „Ik begon met onderzoek voor een essay over technologie, dat uiteindelijk de opbouw kreeg van een tosti-tutorial”, aldus Ilina. „AI is niet in staat om de onverwachte, bizarre verbindingen te leggen waar kunstenaars bekend om staan.”
Uit de enquête die de Kunstenbond hield onder haar leden, blijkt ook dat 94 procent zich zorgen maakt over de vraag of hun werk zonder hun toestemming of vergoeding wordt gebruikt als trainingsdata voor AI. Op dit moment zijn die datasets een black box waar maar weinig over bekend is. Wil je erachter komen of je werk in een dataset zit, dan zijn daarvoor websites als Have I been trained?. Daarnaast lanceerde de Federatie Beeldrechten samen met belangenorganisaties als de Kunstenbond en Nederlandse Vereniging van Journalisten Opt Out Now!. Ze moedigen beeldmakers aan om een zogeheten ‘opt out’ te vermelden op hun website, waarmee de maker aangeeft dat werk niet zonder toestemming mag worden ingezet als trainingsdata. In hoeverre dit gaat helpen, is echter de vraag.
Beeld Paolo Cirio
Dankzij de Europese AI Act, die in 2025 van kracht gaat, moeten AI-systemen binnenkort aan transparantienormen voldoen. Denk aan een receptenlijst waarin alle ingrediënten voor de taart – in dit geval trainingsdata – zijn beschreven. Volgens de Italiaanse kunstenaar en hacker Paolo Cirio gaat dat echter niet ver genoeg, zegt hij als we elkaar online spreken. Zijn solo-expositie AI Attacks is momenteel te zien in Foam Fotografiemuseum Amsterdam.
Hoe zit het bijvoorbeeld met de data die reeds beschikbaar zijn op het internet, vraagt Cirio zich af, en waarmee nieuwe AI-modellen worden getraind? Met zijn werk Obscurity vraagt de kunstenaar aandacht voor het recht om te worden vergeten. Dat brengt ons bij het volgende gebied.
2Ethiek
In 2016 verzamelde Cirio 15 miljoen profielfoto’s van veroordeelde mensen op zes openbare Amerikaanse ‘mugshot’-websites. Denk aan de klassieke boevenportretfoto met voor- en zijaanzicht van iemands gezicht. Vervolgens maakte de kunstenaar duplicaten van de websites, die precies hetzelfde leken. Alleen waren op zijn websites alle gezichten vervaagd met behulp van een algoritmisch filter, dat ook persoonlijke data (zoals leeftijd, naam, ras) van de individuen door elkaar husselde.
Naar aanleiding van Obscurity ontving Cirio honderden e-mails van geëmotioneerde mensen die vertelden dat hun online politiefoto hun leven enorm had bemoeilijkt vanwege de gevolgen die er zijn als een werkgever, school of verhuurder je naam googelt en je met foto terugvindt op een openbare politiewebsite omdat je ooit werd aangehouden. Cirio vraagt aandacht voor het feit dat de oorspronkelijke datasets met mugshots nog altijd worden gebruikt om AI-modellen te trainen voor voorspellende politie- en achtergrondchecks. „Moeten we dat willen als samenleving?”
Terwijl wetgeving op zich laat wachten, proberen kunstenaars kunstmatige intelligentie naar hun hand te zetten. Vanuit die gedachte richtte de Nederlandse kunstenaar en ontwerper Nadia Piet in 2019 AIxDESIGN op, een wereldwijde ontwerp-community die gevestigd is op de NDSM-werf in Amsterdam. De community doet onderzoek naar de rol van design bij het vormgeven van AI, en vice versa. Daarnaast geven ze praktische workshops om de AI-geletterdheid te vergroten.
Zo kwam AIxDESIGN met een prompt-etiquette, om richtlijnen te bedenken over hoe beeldmakers zelf moeten omgaan met het gebruik van AI. „De belangrijkste etiquetteregel is: voer in de prompt geen namen in van levende kunstenaars die de huur moeten betalen”, aldus Piet. „Natuurlijk is het ook beter om grote kunstenaars of animatiestudio’s ook niet te noemen, maar ik maak me vooral zorgen om kunstenaars die van hun werk rond moeten komen.”