Liu Wendao (50) maakte in 2020 de overstap naar de elektrische-autosector. Eerder werkte hij in de bouw, nu verhuurt hij elektrische auto’s en beheert hij verschillende oplaadstations voor EV’s (electric vehicles). Vooral een vorig jaar geopende witte oplaadtoren van vijf verdiepingen, een soort parkeergarage met een laadpaal bij elk van de 197 parkeerplekken, is een succes. In de lokale media werd hij aangeprezen als een flinke „upgrade van de laadervaring”.
Binnen het laadstation ronken de snelladers, maar bestuurders hoeven daar niet te wachten. Ze kunnen lunchen in de kantine op de begane grond, de snookertafel ernaast opzoeken of een dutje doen op een van de bankjes. „Ik wil een all-in service aanbieden, waar je je auto kunt opladen, kunt eten, uitrusten en je amuseren”, legt Liu uit, terwijl hij in de kantine een eenvoudige maaltijd van rijst met zeewier nuttigt.
De elektrische-auto-industrie is booming in China. In juli van dit jaar was voor het eerst meer dan de helft van alle verkochte auto’s in het land elektrisch. Vorig jaar kwamen er liefst 8,1 miljoen nieuwe elektrische auto’s op de weg, 60 procent van het wereldwijde totaal. Daarnaast exporteerde China 1,2 miljoen elektrische auto’s. Zo’n 36 procent daarvan ging naar de Europese Unie.
We gaan eraan, Chinese EV’s zijn beter
Liu’s woonplaats Hefei, een oude fabrieksstad in het oosten van China, speelt een belangrijke rol in de transitie naar elektrisch rijden. De stad deed de afgelopen jaren veel moeite EV-producenten aan te trekken; opkomende nationale merken als BYD en Nio, maar ook buitenlandse autofabrikanten die meer EV’s in China willen maken, zoals Volkswagen. Sinds 2019 verdrievoudigde de autoproductie in de stad, soms ook ‘China’s Wolfsburg’ genoemd, naar de Duitse hoofdzetel van het Volkswagenconcern. „Gemiddeld rolt er in Hefei elke minuut een NEV [new energy vehicle] van de productielijn”, zei een lokale ambtenaar vorig jaar in de staatsmedia.
Ook steeds meer van Hefei’s 10 miljoen inwoners rijden in een auto met de felgroene kentekenplaat waaraan je EV’s in China makkelijk herkent. Het laadstation is een overheidsinvestering, bedoeld om de infrastructuur ervoor te verbeteren. Liu: „Dit soort faciliteiten moet de overheid leveren.”
Sleutelfiguur
Toen een Amerikaanse autojournalist dit voorjaar een Chinese autobeurs bezocht, concludeerde hij: „We gaan eraan, Chinese EV’s zijn beter.” Ook in Europa zijn de kwalitatief goede en relatief voordelige Chinese elektrische auto’s sterk in opkomst – reden voor de Europese Unie er dit jaar importheffingen voor te introduceren om de eigen producenten te beschermen.
Hoe is China zo goed geworden in het maken van elektrische auto’s? Het antwoord daarop begint volgens Ilaria Mazzocco, als expert in China’s industriebeleid verbonden aan het Amerikaanse Center for Strategic and International Studies, in de laatste jaren onder president Hu Jintao, die het land tot 2013 leidde. „Toen zagen we een sterke opleving in het industriebeleid. China wees strategische bedrijfstakken aan, waaronder de productie van elektrische auto’s en batterijen.”
Die industrieën werden volop ondersteund met geld voor onderzoek, subsidies voor bedrijven en investeringen in marktontwikkeling. In veel Chinese steden zijn taxi’s en bussen nu grotendeels elektrisch door de toenmalige subsidies. Grote bestellingen ervan hielpen fabrikanten hun productieproces te verbeteren.
Een sleutelfiguur was toenmalig minister voor wetenschap en technologie Wan Gang, die als ingenieur in de Duitse auto-industrie had gewerkt. Hij zou hebben ingezien dat, waar China in de traditionele autosector achterliep op producenten met een langere staat van dienst, de nieuwe technologie Chinese bedrijven kansen bood om vanaf het begin een innovatieve rol te spelen.
Mazzocco: „Het is belangrijk te benadrukken dat dit ook een gok was. Ze wisten niet of het zou lukken. Zo werkt industrieel beleid.”
Inmiddels is duidelijk dat de gok goed heeft uitgepakt, en dat diverse Chinese bedrijven de subsidies hebben gebruikt om hoogwaardige technologie te ontwikkelen. Volgens Mazzocco heeft die combinatie tot succes geleid. „Alleen op subsidie en zonder goede technologie was dit niet gelukt, zeker niet in de exportmarkt.”
Op lokaal niveau heeft dit strategische gokken op opkomende industrieën zich in Hefei herhaald. De stad maakte in de vorige eeuw ook al auto’s, maar stond niet bekend als economisch bijzonder succesvol. Totdat het lokale leiderschap overging tot ruimhartige ondersteuning van bedrijven met activiteiten in nieuwe technologieën – een strategie die inmiddels in China bekendstaat als ‘het Hefei-model’.
Het eerste succes voor de lokale overheid was de komst van een producent van lcd-schermen, BOE, die het toen moeilijk had, maar inmiddels een wereldleider is. Recenter ondersteunde Hefei elektrischeautomaker Nio, een start-up die de concurrentie met Tesla zoekt. Het bedrijf verkeerde in 2020 in grote moeilijkheden, maar kreeg een financiële injectie van de stad op voorwaarde dat het er zijn hoofdkwartier en nieuwe faciliteiten zou vestigen. Ook enkele staatsinvesteringsfondsen droegen kapitaal aan, en inmiddels geldt Nio ook als een succesverhaal.
Andere autobedrijven volgden. En met elk bedrijf kwamen ook leveranciers – zoals batterijproducenten – naar de provinciestad. Die heeft zich zo onverwacht ontpopt tot EV-hub, naast bekendere steden als Shanghai en Shenzhen. Hefei kan de bedrijven voeden met bèta-talent uit verschillende technische universiteiten, waaronder de prestigieuze University of Science and Technology of China.
Prijzenslag
Inmiddels voelt Hefei aan als een burcht: een vierkante stadskern omringd door uitgestrekte industrieterreinen. In een van die nieuw industrieparken krijgt NRC een rondleiding in een enorme showroom van Nio, dat zich specialiseert in luxe EV’s. Veel Chinese klanten willen een goed geoutilleerde auto, met een stijlvol interieur, die goed kan communiceren met hun telefoon.
„Een gevoel van luxe en technologie zijn heel belangrijk”, vertelt Nio-medewerker Emma Hai, terwijl ze een SUV met aubergine-kleurige bekleding laat zien. „Het gaat niet alleen om een goede airco of stoel, maar om hoe de auto met alles integreert. Begrijpt deze auto mij of niet?”
Buiten de showroom demonstreert een medewerker een battery swap-station. Volautomatisch wordt daar in een paar minuten de lege batterij onder een Nio vervangen door een opgeladen exemplaar. Het bedrijf heeft veel in die technologie geïnvesteerd, als alternatief voor het relatief langzame laadproces van EV’s.
Het lukt in Europa nooit om te produceren zoals wij dat in China doen
Wat noordelijker staat een fabriek van prijsvechter BYD, China’s grootste EV-producent. Op de nationale markt voor elektrische auto’s, waarop liefst honderd Chinese merken actief zijn, is een harde concurrentieslag gaande. Met het dalen van de prijzen groeit de populariteit van de auto’s. De Qin Plus, het bestverkochte model van BYD, kost in China inmiddels zo’n 13.000 euro. Terwijl in Europa elektrische auto’s nog vaak flink duurder zijn dan benzineauto’s – de goedkoopste BYD kost er zo’n 35.000 euro – zijn in China de meeste elektrische auto’s nu goedkoper dan hun benzine-equivalent.
Volgens Ke Jun (27), ingenieur bij BYD, leidt de prijzenslag tot torenhoge werkdruk. Na een dienst van twaalf uur, inclusief drie uur min of meer verplicht overwerk, zit hij om 21.00 uur ’s avonds met twee collega’s te eten in een winkelcentrum naast het uitgestrekte fabrieksterrein. „We doen alles om de kosten te drukken. Zoveel mogelijk schaalvergroting. Zoveel mogelijk automatisering.” Andere werknemers lopen in hun blauwe uniformen bellend en etend rond.
De ingenieurs beginnen zelf over BYD’s expansie. Het bedrijf maakt inmiddels onder meer auto’s in Thailand, Brazilië en Hongarije. Zo zit het dichter bij de buitenlandse afzetmarkten, en wapent het zich tegelijk tegen importbeperkingen. Ke: „Het buitenland is nu heel belangrijk voor ons. Op de binnenlandse markt houdt het een keer op.” Wel hebben ze twijfels over de productiviteit van die nieuwe fabrieken. „Het lukt in Europa nooit om te produceren zoals wij dat hier doen. De rechten van jullie arbeiders zijn beter beschermd en jullie hebben veel meer vakantie.”
Nieuwe vragen
Volgens de EU ondervinden Europese automakers „oneerlijke concurrentie” van de Chinese EV-sector. Voorzitter van de Europese Commissie Ursula von der Leyen sprak van een markt vervormd door „kunstmatig lage prijzen”, veroorzaakt door de Chinese overheidssubsidies.
Maar wat in China precies gebeurt, is volgens analist Mazzocco onduidelijk. Zo ontbreekt het aan goed inzicht in de productieketen. Zij erkent dat de Chinezen erg lage prijzen hanteren. „Maar we weten ook niet wat de prijs van een EV zou moeten zijn.” Wel is duidelijk dat de Chinese EV-sector overproductie kent. „Noem het overcapaciteit, of een teveel aan investeringen – dat gebeurt nu eenmaal als zo’n enorm land groen industrieel beleid voert.”
De Chinese dominantie in de EV-sector werpt volgens de analist „nieuwe vragen” op over de ontwikkeling van groene industrie. Goede en goedkope elektrische auto’s dragen immers bij aan het bereiken van klimaatdoelen. Vorige maand nog zei viceminister van Financiën Liao Min tegen het Amerikaanse nieuwsagentschap Bloomberg News dat China „landen wereldwijd” helpt „hun doelstellingen voor broeikasreductie in 2030 te behalen”.
Tegelijk zijn westerse landen bezorgd over hun eigen autoindustrie. Om die te beschermen, voerden de Verenigde Staten in mei een heffing van 100 procent in op elektrische auto’s uit China. De EU stelde vorige week extra importheffingen vast van 17 tot 36,3 procent. Daarover stemmen de lidstaten dit najaar.
China slaat nu terug; het doet onderzoek naar subsidiëring van Europese producten als varkensvlees en zuivel. Dat kan leiden tot heffingen die ook Nederlandse exporteurs kunnen raken. Daarnaast prepareren Chinese autobedrijven zich op extra investeringen in Europa.
Hartjesballonnen
Ook in Hefei komt de Europese heffing ter sprake. Een „tweesnijdend zwaard” noemt autoverhuurder Liu de Europese tarieven. „Voor jullie autobedrijven zijn de Chinese EV’s misschien een uitdaging, maar zo werkt handel. Deze maatregelen hebben ook economische gevolgen voor jullie consumenten.”
Autodealer Wang Ming in Hefei vindt dat Europa niet uit angst voor concurrentie goede producten moet weigeren. Bovendien, Europa heeft zelf bijgedragen aan het succes van de Chinese elektrische wagens: „Europeanen hebben veel relevant onderzoek gedaan, en de robots in onze autofabrieken zijn vaak van Europese makelij.”
Hij wijst naar de elektrische terreinwagens in zijn showroom, die versierd zijn met hartjesballonnen en teddyberen. „Probeer ze gewoon eens uit.”