Nina (30) heeft haar buurman met een wijnglas in zijn gezicht geslagen. Het gebeurde op haar dertigste verjaardag, die ze vierde met vrienden in haar tuin in ’t Gooi. De buurman kwam over de muziek klagen.
In de rechtbank in Almere volgt de anatomie van die klap. Nina wordt verdacht van het ‘opzettelijk toebrengen van lichamelijk letsel’. „Ik heb het idee dat het wel klopt, dat u hem heeft geslagen”, zegt de rechter. Maar de vraag is of er sprake van opzet was. Als de rechter opzet bewezen acht, zou ze „in theorie” acht maanden cel kunnen krijgen.
Nina heeft blond golvend haar, draagt een lange jurk met kleurige bloemen en open schoenen met een bescheiden hak. Ze is samen met haar man. De buurman, een vijftiger in beige polo en donkerblauwe chino, zit een bankje bij Nina vandaan. Ze vermijden elkaars blik door allebei strak naar voren te kijken. Na de klap, vertelt zijn advocaat, moesten de glasscherven door een plastisch chirurg uit zijn ogen worden verwijderd.
‘Kutwijf’
„Het begon al toen we er net kwamen wonen”, begint Nina. „We waren aan het verbouwen. Onze elektrische gashaard werd bezorgd en stond even op de carport. Het eerste wat werd gezegd is: wanneer gaat deze gashaard weg?” We kunnen niet alles bespreken, onderbreekt de rechter. „Fietsbanden lekgeprikt. Fietsen in de regen gezet. Dat soort dingen”, vat Nina haar band met de buurman samen.
Dus toen de buurman die avond in september haar tuin in kwam, „was er al emotie”, wil ze zeggen. Nina stond met een glas wijn in haar hand te praten en liep naar hem toe, om verhaal te halen. „Ik dacht niet: ik ga hem een klap geven. Maar hij zei: je stinkt uit je bek, kutwijf. Dat bleef hij herhalen. Er is iets geklapt.”
Normaal gesproken, zegt de officier, „zijn er twee klappen nodig om van opzet te kunnen spreken. Maar u heeft één klap gegeven, mét een wijnglas. Is er dan sprake van opzet?” Om die vraag te beantwoorden, kijkt de officier eerst of er een aannemelijke kans op letsel was. Hij vindt „dat je kan zeggen dat een klap in het gezicht met een wijnglas zwaar lichamelijk letsel kan opleveren”.
Maar om tot opzet te komen, moet de verdachte die kans op aannemelijk letsel ook bewust hebben aanvaard. Volgens de officier is dat minder duidelijk. Hij geeft Nina „het voordeel van de twijfel”. Hij „komt uit” op mishandeling met zwaar lichamelijk letsel tot gevolg. Hij eist 150 uur taakstraf. De officier vindt ook dat Nina een schadevergoeding moet betalen. De buurman heeft voor de materiele schade onder meer een bonnetje van 1.000 euro ingediend voor zijn schoenen van Dior. Er is ook immateriële schade. Hij heeft last van slaapproblemen, oogproblemen en zenuwpijn. „Wat is daar nou passend voor?”, vervolgt de officier. Hij eist een schadevergoeding van in totaal 3.497,46 euro.
Nina kijkt naar achteren, naar haar man en weer naar de rechter. „Kan ik vragen om een schorsing?” Ze vertrekken naar de gang.
De buurman heeft voor de materiele schade onder meer een bonnetje van 1.000 euro ingediend voor zijn schoenen van Dior
Nina vindt de gevraagde immateriële schade „exorbitant” hoog, zegt ze als ze terug is. „Ik wil graag zien hoe de schoenen er nu uitzien. Want ik heb foto’s bekeken van de bloedspetters. Op navelhoogte zat niets meer. Er zullen hooguit drie bloedspetters op zijn gevallen.” Zij hebben al veel kosten gemaakt, zegt ze. „We hadden er ons droomhuis van gemaakt. Aangebouwd. Mooie doorkijk-gashaard erin.” Ze snikt. „We hebben een nieuw huis moeten kopen. Dat wilden we niet, maar we voelden dat het moest.”
De rechter is, net als de officier, niet van opzet overtuigd. Hij veroordeelt Nina voor mishandeling met zwaar lichamelijk letsel. De buurman „heeft ook geprovoceerd, door beledigende woorden naar u uit te spreken. Daar kan ik mijn ogen niet voor sluiten”, zegt de rechter. Een taakstraf vindt hij niet aan de orde. Ze krijgt een boete van 800 euro. „Meneer heeft heel wat moeten doorstaan”, zegt de rechter. „Maar mij is echt niet duidelijk geworden dat die schoenen onbruikbaar zijn.” Nina moet haar voormalige buurman 2.035,56 euro aan schadevergoeding betalen.