Olympische huizen zijn er voor feest en om diplomatie te bedrijven

Op het Parc de la Villette in het noorden van Parijs waan je je in een pretpark met een bijzonder internationaal publiek. Op een zonnige middag stuiteren kinderen rond met ijsjes in de hand. Vriendengroepen dragen sportshirts in de kleuren van hun land, er staan lange rijen voor attracties als klimmen en pingpongen. Onder de bomen en bij vernevelaars zoeken families verkoeling op.

Het park is sinds het begin van de Olympische Spelen omgedoopt tot Parc des Nations. Vijftien landen hebben hier ‘landenhuizen’ opgetuigd in en rondom concertzalen, feestlocaties en musea. Veruit het grootste huis is het Club France, maar ook het TeamNL-huis en het India House zijn niet te missen. Op honderden meters afstand kun je de geur van gefrituurde kroketten ruiken en de Bollywoodmuziek horen. Ook elders in de stad hebben landen huizen.

In de huizen volgen mensen onder landgenoten de prestaties van ‘hun’ sporters. Zo staan er op het terras van het TeamNL-huis tientallen oranje ligstoeltjes vanwaar Nederlanders wedstrijden volgen op een gigantisch scherm. ’s Avonds worden binnen medaillewinnaars gehuldigd – soms gaan ze crowdsurfend door de zaal. Iedere avond zijn er ruim zesduizend uitgelaten, vrijwel volledig in het oranje gestoken bezoekers. Er treden Nederlandse artiesten op, er wordt (veel) bier gedronken, kroketten gegeten. Er zijn nauwelijks buitenlanders.


Lees ook

Niet chaos, maar rust en euforie in Parijs tijdens de Spelen. Hoe lang houdt het stand?

Plein bij het Louvre Museum in Parijs op zondag 28 juli, twee dagen na de openingsceremonie van de Olympische Spelen.

Diplomatieke rol

Dit is anders in het Slovenia House: slechts 10 procent van de bezoekers is Sloveens, de rest is Frans (80 procent) of van een andere nationaliteit (10 procent), zegt communicatiemedewerkster Marta Kos terwijl ze bij de ingang halveliterblikken Sloveens bier uitdeelt. Met het bier, lokale lekkernijen en foto’s van Sloveense landschappen moeten potentiële toeristische bezoekers geïnspireerd worden.

En in het huis wordt politiek bedreven. „Het Slovenia House is de perfecte plek voor diplomatie. Onze president Nataša Pirc Musar is op bezoek geweest, de Franse minister van Europese Zaken, allerlei sponsors”, zegt Kos. In een privéruimte met in pak gestoken kelners zijn nieuwe samenwerkingen afgesproken, bijvoorbeeld over het bevorderen van de positie van vrouwen in de Sloveense sportwereld.

Deze vormen van soft power past in de traditie. Sinds het ontstaan van de eerste huizen tijdens de Olympische Spelen van Barcelona in 1992, toen Spanje een huis bouwde om de Spaanse en Catalaanse cultuur in het zonnetje te zetten, worden de huizen gebruikt om hun cultuur te promoten en diplomatieke gesprekken te voeren. Sindsdien openden steeds meer olympische huizen. Aanvankelijk vooral bedoeld voor sporters, maar sinds ‘Londen 2012’ zijn ze steeds vaker open voor publiek. Soms tegen betaling (toegang tot het India House kost dit jaar 5 euro, TeamNL vraagt 30 euro, de VS meer dan 300 euro), soms niet (zoals het Slovenia House).

In het kleurrijke India House vermengen zich Indiërs met Fransen, Duitsers, en Amerikanen. Er wordt een Bollywooddansworkshop gegeven, traditionele sari’s geweven en je kunt een VR-tour doen door New Delhi. Aan de muur wordt met mooie foto’s een gelikt skincaremerk aangeprezen. Ook is er een Billion Strong Flame: een digitale vlam waar bezoekers hun naam aan kunnen toevoegen als steun voor India om de Olympische Spelen van 2036 te mogen organiseren.

Het India House laat bezoekers de rijke cultuur van het land zien, traditioneel en modern.
Foto Olympia De Maismont/AFP

Het huis moet bezoekers het ‘nieuwe’ India laten zien: een serieuze wereldmacht met een rijke cultuur, traditioneel en modern. Dit gepolijste plaatje komt uit de koker van de Indiase filantroop Nita Mukesh Ambani en haar Reliance Foundation – die namen zijn overal in het huis te vinden. Op de muur hangt een welkomstwoord van premier Narendra Modi.

Het India House-team doet er alles aan om de controle over de beeldvorming te houden. Zo mag een rondleidende medewerkster niet geciteerd worden, enkel uit een weinig inhoudelijk pr-document mag geput worden. Daarin is wel te lezen dat het India House ook een plek is voor diplomatieke ontmoetingen: onder anderen FIFA-baas Gianni Infantino en Indiase zakenmensen kwamen langs.

Ook het TeamNL-huis heeft naast het feesten een diplomatieke functie, zegt de Nederlandse ambassadeur in Frankrijk Jan Versteeg. „Ik ben er meerdere keren geweest en heb bijvoorbeeld de Franse minister voor Europese Zaken Jean-Noël Barrot en staatssecretaris Vincent Karremans (Jeugd, Preventie en Sport) rondgeleid. Barrot heeft nog een rondje gefietst op een van de fietsen van het team” – Gazelle is een sponsor. „Maar de primaire doelstelling is het bieden van een thuishonk voor de Nederlanders die naar Parijs zijn gekomen.”

TeamNL heeft de leiding en Versteeg acht het niet nodig om een grotere rol te spelen. „Wij hebben er vertrouwen in dat het ook als een softpower-instrument werkt zonder dat je als overheid het voortouw neemt. Het oranje feest krijgt aandacht, de bal is vanzelf gaan rollen.” Hij heeft geen ongelijk: in andere huizen weet men dat „het grootste feest bij Nederland is”. De vele plukjes Nederlanders in oranje shirts die naar het TeamNL-huis fietsen zijn moeilijk te missen.

Jochem Schellens, directeur van Papendal en in die rol nauw betrokken bij het TeamNL-huis, zegt dat „sport voor ons centraal staat”. In plaats van het verleiden van bezoekers van andere nationaliteiten, poogt TeamNL vooral een breder Nederlands publiek te trekken. „We hebben een diverser team achter de bar om meer Nederlanders te representeren. Eerder leek het hier soms een zondagmiddag op een hockeyveld in Bloemendaal, maar nu hebben we barmensen van alle leeftijden en tieners uit kansarme wijken.”


Lees ook

‘Wij vieren onze medailles niet’ klinkt het in het Oekraïne-huis tijdens de Olympische Spelen

Hoogspringer Jaroslava Mahoetsjich is blij met olympisch goud, haar landgenoot  Iryna Gerasjenko won brons bij deze Spelen.

Aandacht voor oorlog

Een paar honderd meter van het TeamNL huis is de sfeer anders. Hier staat het Oekraïense huis, de Volia Space – Volia betekent zowel vrijheid als passie en kracht. Ook hier wordt diplomatie bedreven: „We willen de situatie in Oekraïne aan de wereld laten zien”, zegt minister van Sport Viktoriia Riasna gezeten op een half verwoeste blauw-gele tribune – kapotgeschoten door Rusland en meegenomen naar Parijs. Naast de tribune staat een halter van autobanden waarmee een atleet uit Cherson trainde toen die stad bezet was. „We willen tonen dat we nog steeds aan het vechten zijn, dat we nog steeds een sterk en onafhankelijk land zijn.”

„We hebben deze plek op het Parc des Nations gekozen, omdat we willen laten zien dat we net als jullie zijn, net als andere naties”, zegt Riasna. In gesprekken met buitenlandse bezoekers wordt dit zoveel mogelijk benadrukt. Zo drukte woordvoerder Serhii Bykov Duitse bezoekers die joelden over hun EK Voetbal op het hart dat Oekraïne in 2012 ook nog een EK Voetbal had georganiseerd. „En twee jaar later hadden we oorlog. We zijn hier om steun te vragen en jullie te waarschuwen dat dit jullie ook kan overkomen.”

In het Oekraïense huis zijn veel vluchtelingen die rustig aan tafeltjes zitten te kletsen.
Foto Olympia De Maismont/AFP

De sfeer in het huis is dan ook bedrukter dan elders op het park. Veel bezoekers zijn Oekraïense vluchtelingen die rustig aan een tafeltje zitten te kletsen. Men loopt stilletjes langs de neergezette attributen, als in een oorlogsmuseum. Er staan zwaarbewapende beveiligers voor de deur. „We waren bang voor Russische provocaties”, zegt minister Riasna. Als er een helikopter overvliegt, kijkt men geschrokken naar de lucht. „We zijn ook hier in oorlogsstand”, zegt Bykov, die zelf voor het eerst sinds de Russische invasie in 2022 begon buiten Oekraïne is.

Als Oekraïne een medaille haalt, wordt er heus wel gejuicht, vloeien er tranen. De sporters worden binnengehaald in het Oekraïense huis. Zo komt de wat verlegen ogende bokser Oleksandr Khyzhniak donderdagmiddag met zijn gouden medaille selfies maken met landgenoten. Maar van een echt feest is geen sprake. Bykov: „Op hetzelfde moment dat we een medaille binnenhalen, valt er weer een Russische bom op ons land.”

Het contrast met de andere huizen is groot en de sferen lopen af en toe door elkaar. Als een Franse of Nederlandse sporter iets goed doet, hoor je het gejuich tot in de Volia Space. Dat vindt Riasna niet erg. „Hun huizen gaan om de fans, om de Olympische prestaties, het is easy going. Wij hebben een andere agenda. Dat verschil snappen we en vinden we geen probleem. We weten dat de landen om ons heen onze bondgenoten zijn.”