N.B. Het kan zijn dat elementen ontbreken aan deze printversie.
Meta Platforms De jaaromzet van de techgigant is voor het eerst in tien jaar gedaald. Meta voorspelt echter herstel van de digitale advertentiemarkt in het eerste kwartaal.
Het Amerikaanse techconcern Meta Platforms heeft voor het eerst sinds zijn beursgang in 2012 een daling van zijn jaaromzet genoteerd. Het moederbedrijf van Facebook boekte in 2022 een omzet van 116,1 miljard dollar (zo’n 105,4 miljard euro), ongeveer 1 procent minder dan het jaar ervoor. Dat blijkt uit cijfers die het bedrijf uit Californië dinsdag presenteerde, melden internationale persbureaus.
Toch schoot het aandeel van Meta in handel na het sluiten van de Amerikaanse beurzen met bijna 18 procent omhoog, wegens gunstige voorspellingen van het bedrijf voor zijn omzet in het eerste kwartaal van dit jaar. Die lagen, met 26 tot 28,5 miljard dollar, hoger dan de 27,1 miljard die analisten hadden verwacht. Meta, een gigant op de digitale advertentiemarkt, voorziet een herstel van die markt in het eerste kwartaal.
Het techconcern, dat ook Instagram en de berichtendienst WhatsApp omvat, heeft een moeilijk jaar achter de rug. Veel bedrijven hebben hun digitale advertentiebudgetten ingekrompen in verband met macro-economische zorgen. Concurrenten als het Chinese TikTok trokken jongere gebruikers weg. Het aandeel van Meta verloor in 2022 bijna tweederde van zijn waarde. In november ontsloeg het concern 11.000 werknemers, ongeveer 13 procent van zijn werknemersbestand.
Coronapandemie
Topman Mark Zuckerberg weet die ontslaggolf aan forse groei van het personeelsbestand tijdens de coronapandemie, toen mensen thuis zaten en meer tijd besteedden aan sociale media. Met het einde van lockdowns kwam ook een einde aan die omzetgroei.
Over het vierde kwartaal rapporteerde Meta een winst van 4,65 miljard dollar – een daling van 55 procent ten opzichte van dezelfde periode in 2021. Die daling had voor een belangrijk deel te maken met kosten van 4,2 miljard dollar in verband met de reorganisatie, met name de ontslagen. Het was het derde opeenvolgende kwartaal dat de winst van Meta terugliep.
Discriminatie van burgers door de Nederlandse overheid is geen incident, maar een „structureel” probleem. Dat concludeert de Staatscommissie tegen Discriminatie en Racisme in een maandag uitgebracht advies aan het kabinet. Er is snel actie nodig, zegt voorzitter Joyce Sylvester tegen NRC, om te voorkomen dat discriminatie „ontwrichtend uitwerkt op de maatschappij.” Deze Staatscommissie werd drie jaar geleden ingesteld op verzoek van de Tweede Kamer.
Het kabinet-Schoof vergroot het risico op discriminatie door de overheid, zegt Sylvester, door zelf „discriminerende uitspraken” te doen. Ze noemt minister Mona Keijzer (Volkshuisvesting, BBB) en de staatssecretarissen Jurgen Nobel (Integratie, VVD) en Chris Jansen (Infrastructuur en Waterstaat, PVV) bij naam.
Keijzer zei over asielmigranten uit overwegend islamitische landen dat „jodenhaat daar bijna onderdeel is van de cultuur”. Jansen verdedigde de uitspraak van zijn partijleider Geert Wilders, dat hij „minder Marokkanen” in Nederland wilde „regelen”. En Nobel stelde dat „een heel groot deel van de islamitische jongeren” de Nederlandse „normen en waarden niet onderschrijft”.
Sylvester vindt het kwalijk dat het kabinet „ontkent dat zulke opmerkingen discriminerend zijn”. Door dit soort uitspraken niet terug te nemen, zegt ze, „laat je zien dat het heel gewoon is om zulke dingen te zeggen”.
Bij discriminatie denken veel mensen aan etniciteit, zegt Sylvester. „Maar onze stelling is dat iedereen in Nederland, direct of indirect, met discriminatie en racisme te maken heeft. Misschien heb je een zus of dochter die minder verdient dan haar mannelijke collega. Of een oudere vader die nog graag wil werken, maar bij het solliciteren wordt gediscrimineerd.”
Jullie zien „een breder patroon van discriminatie” door de overheid. Wat merken burgers daarvan?
„In de Toeslagenaffaire was heel duidelijk hoe het leven van mensen kapot werd gemaakt. Je kunt ook denken aan mensen die door hun uiterlijk vaker uit de rij geplukt worden door de douane. En aan studenten uit Caribisch Nederland die in de problemen kwamen door selecties van DUO.” Deze overheidsdienst die studiebeurzen regelt, controleerde bij fraudeonderzoeken jarenlang vooral mbo-studenten en studenten met een migratieachtergrond, bleek vorig jaar.
Wat is de oorzaak van discriminatie door de overheid?
„Discriminatie is diep verankerd in de Nederlandse samenleving. Dat komt doordat mensen altijd beelden hebben van hoe andere mensen zijn. Dat geldt ook voor ambtenaren. Als politieagenten bijvoorbeeld een paar keer ervaring opdoen met jongens met een Noord-Afrikaanse achtergrond, dan zien ze dat misschien niet als incidentele ervaringen, maar wordt daarmee hun mensbeeld gevormd. En werkt dat door in hun handelen. En in het beleid dat zij maken.”
Hebben uitspraken van kabinetsleden als Keijzer, Nobel en Jansen effect op ambtenaren?
„Die maken het moeilijker voor ambtenaren, en voor de hele samenleving, om serieus met dit onderwerp aan de slag te gaan. Je zou willen bevorderen dat ambtenaren alert zijn. Dat zij risico’s op discriminatie kunnen herkennen, bespreekbaar maken en uitbannen. Maar door dit soort uitspraken kunnen zij gaan denken dat discriminatie niet zo erg wordt gevonden, dat het erbij hoort.
„Zulke uitspraken doen ook wat met mensen die discriminatie ervaren. Overheidscampagnes roepen op om discriminatie te melden. Dit soort uitspraken kunnen mensen het gevoel geven dat het geen zin heeft om er iets tegen te doen. Woorden doen ertoe. Als het beeld ontstaat dat mensen ongelijk behandeld mogen worden, is dat desastreus.”
Dit gaat over het kabinet. Is dat anders bij wat Kamerleden zeggen of twitteren, Geert Wilders bijvoorbeeld?
„Voor burgers maakt dat weinig verschil, denk ik. Zeker als andere Kamerleden daar niets tegenin brengen. Dat staat bekend als het bystander effect. Als ik word gediscrimineerd en niemand zegt er wat van, dan is het nog erger. Het moet gecorrigeerd worden.”
De conclusies en het advies van de Staatscommissie zijn mede gebaseerd op de ervaringen van drie overheidsorganisaties. De gemeente Arnhem, de douane en DUO hebben afgelopen jaar de grootste risico’s op discriminatie opgespoord in hun organisatie, met een door de Staatscommissie ontworpen methode. „Een uitgebreide vragenlijst die ambtenaren helpt om deze risico’s te ontdekken”, zegt Sylvester. „Daarna moeten ze beschrijven hoe ze die problemen gaan aanpakken.”
Welke risico’s Arnhem, de douane en DUO precies ontdekt hebben, wordt over een maand duidelijk. Dan presenteert de Staatscommissie de uitkomsten van deze proef. Het is de bedoeling dat veel meer overheidsorganisaties deze methode gaan gebruiken. Eerst die met veel contact met burgers, daarna mogelijk de organisaties die beleid maken, zoals ministeries.
Vorige kabinetten hebben veel geld en energie gestoken in het verbeteren van het contact tussen de overheid en burgers. Naar dit project, met de naam ‘Werk aan Uitvoering’, gaat jaarlijks 600 miljoen euro. „Maar het onderwerp discriminatie komt er niet in voor”, zegt Sylvester.
Wat zegt dat?
„Het is onbewustheid. Daarom zeggen wij nu tegen de minister van Binnenlandse Zaken [Judith Uitermark, NSC]: maak hier een speerpunt van. Ga actie ondernemen.”
In het maandag gepubliceerde advies noemt de Staatscommissie het een risico als ambtenaren veel vrijheid krijgen om beslissingen over individuele burgers te nemen. Daardoor krijgen vooroordelen van ambtenaren veel ruimte en ligt discriminatie al snel op de loer.
Zelf hebben overheidsorganisaties vaak juist méér ruimte voor ambtenaren gevraagd, om burgers maatwerk te kunnen leveren.
„Als mensen bij bijvoorbeeld de politie of de douane wat strakker worden aangestuurd, geef je discriminatie minder kansen. Je laat minder ruimte voor de individuele mensbeelden van ambtenaren. Maar ik snap dat er een keerzijde is. Als je het te veel gaat vastleggen, kun je net zo goed robots neerzetten. Het is een precair evenwicht.”
Jullie waarschuwen politici om organisaties die gediscrimineerd hebben, niet alleen maar te beschuldigen. Waarom?
„Natuurlijk is het goed als politici daar afstand van nemen. Maar als de politiek zo hard oordeelt dat organisaties gaan denken: voortaan stoppen we dit soort zaken in de doofpot, dan is dat ook niet goed.”
Dus politici die willen laten zien hoe erg zij discriminatie vinden, kunnen die daarmee verergeren?
„Dat is het dubbele. Discriminatie is ernstig. Politici hebben het volste recht om daar afstand van te nemen. Maar de toon en sfeer kan zodanig worden, dat organisaties minder open worden. En je boodschap moet juist zijn: vertel het maar. Vertel ons alles wat er speelt.
„Als politici het alleen maar veroordelen, verandert er niks. Daarom zeggen we ook dat er een structurele aanpak moet komen tegen discriminatie en racisme.”
Door aan die aanpak geld uit te geven, kunnen uiteindelijk veel hogere kosten voorkomen worden, denkt de Staatscommissie. Want hersteloperaties die fouten moeten rechtzetten, zijn vaak veel duurder. Zo is voor de hersteloperatie van de Toeslagenaffaire meer dan 10 miljard euro opzij gezet en voor de compensatie van door DUO gediscrimineerde studenten 61 miljoen euro.
Sylvester: „Daarom zeggen wij dat overheidsorganisaties hun risico’s vooraf moeten opsporen. Je kunt beter nu alert zijn dan achteraf miljarden te moeten betalen aan hersteloperaties.”
Bij de eerste inauguratie van Donald Trump gingen miljoenen mensen in de Verenigde Staten de straat op. Vandaag wordt hij voor de tweede keer ingezworen als president. Deze keer blijft massaal protest uit, terwijl er deze termijn juist meer op het spel staat. Correspondent Emilie van Outeren vraagt zich af: waarom blijft progressief Amerika nu stil?
Heeft u vragen, suggesties of ideeën over onze journalistiek? Mail dan naar onze ombudsman via [email protected]
De eerste negentig Palestijnse gevangenen zijn in de nacht van zondag op maandag vrijgelaten. Dat meldt persbureau Reuters op basis van de Israëlische gevangenisdienst. Sinds zondagmiddag stonden er bussen bij de militaire Ofer-gevangenis klaar voor de gevangenen, maar pas uren later werden zij daadwerkelijk vrijgelaten en met de bussen naar Beitunia op de Westelijke Jordaanoever gebracht. Daar werden ze onder luid gejuich van honderden Palestijnen ontvangen.
De negentig vrijgelaten Palestijnen zijn allemaal vrouwen of kinderen. Onder hen bevindt zich Khalida Jarrar, een politicus en leider van het Volksfront voor de Bevrijding van Palestina (PFLP) op de bezette Westelijke Jordaanoever. Jarrar werd meerdere malen door de Israëlische autoriteiten gevangengezet, onder meer voor opruiing omdat ze zich openlijk uitspreekt tegen de Israëlische bezetting van de Westelijke Jordaanoever. Sinds haar arrestatie in december 2023 is haar detentie steeds met zes maanden verlengd.
Een andere vrouw die is vrijgelaten is de 53-jarige Dalal Khaseeb. Zij is de zus van de overleden Hamas-functionaris Saleh Arouri. Hij kwam in januari vorig jaar om bij een Israëlische luchtaanval in het zuiden van Beiroet.
‘Administratieve detentie’
Volgens Al Jazeera zijn onder de gevangenen veel kinderen die vastzaten omdat ze stenen zouden hebben gegooid naar Israëlische soldaten. Het is onbekend hoe lang zij vast hebben gezeten. Veel van de gevangenen die zullen worden vrijgelaten zitten in zogenoemde ‘administratieve detentie’. Zij werden zonder aanklacht vastgezet. Volgens de Israëlische wet mogen mensen zonder aanklacht zes tot acht maanden worden vastgezet, als volgens Israëlische autoriteiten aannemelijk is dat ze een gevaar zijn voor de staatsveiligheid. Zo’n administratieve detentie kan steeds worden verlengd.
Volgens de Palestijnse Commissie voor Gedetineerden en Ex-Gedetineerdenzaken en de Palestijnse Prisoner’s Society zitten momenteel meer dan 10.000 Palestijnen uit de bezette Westelijke Jordaanoever in Israëlische gevangenissen. Het aantal Palestijnen uit de Gazastrook dat door Israël gevangen werd gezet tijdens de oorlog is onbekend.
De komende zes weken worden geleidelijk 33 Israëlische gijzelaars vrijgelaten die nog vastzitten in de Gazastrook in ruil voor bijna 2.000 Palestijnse gevangenen in Israël.