Een fascinerende, maar ook een van de merkwaardigste olympische sporten vindt woensdagmiddag plaats in het dorp Le Bourget, op zo’n twintig kilometer van Parijs. Sporters die jarenlang hebben getraind en armspieren hebben gekweekt waar je u tegen zegt, kunnen soms binnen seconden weer naar huis. Geen herkansing, niets. Judoka’s die na een halve minuut zijn uitgeschakeld omdat ze voor een ippon op hun rug zijn gegooid, hebben vaak al iets tragisch, maar het kan dus erger.
In Le Bourget zijn op woensdagmiddag de kwartfinales, de halve finales en de strijd om de medailles. De wedstrijd is binnen een kwartier klaar. Speed is deze Spelen voor het eerst een afzonderlijke discipline, in Tokio werd de medaille nog gekoppeld aan het onderdeel ‘Boulder & Lead combined’ (waarbij het gaat om wie de meeste punten verzamelt bij het naar boven klimmen langs zoveel mogelijk grepen in verschillende zones).
Speed is een kwestie van zo snel mogelijk een wand van vijftien meter hoog beklimmen. Klimmer A staat naast B en wie het eerste boven is en op de knop drukt, heeft gewonnen. De speedroute bestaat sinds 2000 en alleen al de benamingen binnen de routes zijn geweldig. De NKBV (de Koninklijke Nederlandse Klim- en Bergsport Vereniging) heeft het over ‘vliegende vogel’ (met twee vleugels, een kop en een staart)’ en ‘het vogelpoepje’. Wie de grepen bekijkt – de vogel is de handgreep, het poepje is er voor je voeten – ziet dat de benaming adequaat is, hoewel je in de handgrepen ook blije poppetjes kan zien. En om een idee hebben over hoe snel dit allemaal gaat, het wereldrecord staat bij de mannen op 4,79 seconden en bij de vrouwen op 6,24 seconden. Bij de mannen werd het wereldrecord dinsdag overigens verbeterd door de achttienjarige Amerikaan Sam Watson. Hij verbeterde zijn eigen recordtijd tot 4,75 seconden.
Poolse favoriet
Woensdag om 12.00 uur staan lange rijen voor de drank- en hotdogsstands in het stadion van Le Bourget. Fans – vooral uit Polen, want de wereldrecordhoudster is Pools en is favoriet voor goud – staan langer in de rij dan de vier wedstrijden straks zullen duren. Tussen grote Poolse vlaggen loopt een Italiaanse fan met een muts van rood-groen-wit nepbont. Tijdens de Spelen zijn veel mensen merkwaardig uitgedost – zo gaan de Fransen graag gekleed als haan – maar een bontmuts bij ruim dertig graden is een van meer uitzonderlijke blijken van vaderlandsliefde. Vooral voor wie bedenkt dat de Italiaanse klimster er een was die binnen zeven seconden naar huis mocht. Ook een Amerikaanse klimster, die even misgrijpt, kan de aftocht blazen omdat ze door die misser acht seconden over de route omhoog doet.
Soort katten
Wanneer de kwartfinale begint, meldt de omroeper dat we doodstil moeten zijn. „Het reactievermogen is cruciaal voor het winnen van een wedstrijd”, legt hij uit. Terwijl ‘Mama Mia’ van Abba wordt weggedraaid, wordt het doodstil in het uitverkochte stadion (zesduizend toeschouwers). De omroeper heeft niet overdreven. Wanneer de 23-jarige Indonesische Desak Dewi tegen de een jaar oudere Chinese Lijuan Deng moet, klimmen ze als een soort katten naar boven – zo soepel en zo snel. Het verschil tussen de twee blijkt minimaal: 6,369 seconden tegen 6,363 seconden in het nadeel van Dewi.
In de halve finale komen twee Poolse klimsters tegenover elkaar te staan. De dertigjarige Aleksandra Miroslaw verbetert in die halve finale haar wereldrecord tot 6,19 seconden. Wanneer ze enkele minuten later tegen Deng strijdt om het goud, verbeteren beiden het nieuwe wereldrecord. Deng is in 6,18 seconden boven, maar moet haar meerdere erkennen in Miroslaw, die in 6,10 seconden boven is.
Even snel als alle rondes zijn afgewerkt, gaat het publiek weer naar buiten. Sommigen hebben nog een drinken in de hand of werken snel een laatste hap weg. Een beker frisdrank of een flinke hotdog krijgt niet iedereen in een kwartiertje op.