‘Twintig jaar.” Theatermaker Boukje Schweigman bedacht het gisteren nog: haar eerste locatievoorstelling, Ruim, maakte ze precies twintig jaar geleden, voor Theaterfestival Boulevard. „En eigenlijk was ik toen al met precies dezelfde vragen bezig als nu. Hoe ‘open’ ik het publiek? Hoe kantel ik hun perceptie van de werkelijkheid?”
Schweigman staat bekend om de intense, ontregelende, vaak interactieve ervaringen waaraan ze haar publiek zachthandig onderwerpt. Zintuigen zijn in haar werk belangrijker dan de ratio. „Iemand zei laatst tegen me, nadat ze een of andere voorstelling had bezocht: ‘Ik vond het best goed, maar had mijn lijf ook thuis kunnen laten’. Dat vind ik eigenlijk een uitstekende graadmeter voor theater. Het is een heel ingewikkelde, dure tak van sport. Why the fuck zou ik de moeite nemen met de trein of op mijn fietsje naar een theater te reizen, als het voor de ervaring van een voorstelling geen wezenlijk verschil maakt of je er live bij aanwezig bent of dat je er een videoregistratie van bekijkt?”
Haar nieuwste ‘immersieve’ installatie, Binnenste Buiten, waarin de bezoeker wordt meegenomen in een zintuiglijke ervaring, ontwikkelde Schweigman met performance-kunstenaar en sociaal geograaf Johannes Bellinkx. We spreken af bij Het Domijn, een creatieve broedplaats in Weesp, waar het duo deze week de laatste hand legt aan de installatie. Op klapstoeltjes zitten we, theekoppen in de handen, rond een bedauwde vuurkorf. Twee pauwen stappen in steeds kleinere cirkels rond het schaaltje blauwe bessen dat Bellinkx in het gras heeft neergezet.
„Hoe jij in je lijf zit, bepaalt voor een groot deel hoe je de buitenwereld ervaart”
Speciaal pak
Voor Binnenste Buiten kun je je lijf niet thuislaten, dat is een ding dat zeker is. Je krijgt als toeschouwer een speciaal pak aan, waaruit geleidelijk alle lucht gezogen wordt. Terwijl je lichaam door dat pak wordt samengeperst, wordt er gezongen door het Utrechts Kamerkoor JIP. Schweigman lacht: „In wezen is het gewoon een heel apart concert, waar je heen gaat.”
De weg die tot Binnenste Buiten leidde, begon bij Schweigmans oudste dochter. Naast een verstandelijke beperking heeft zij een sensorische integratiestoornis, wat betekent dat ze moeite heeft met het verwerken van prikkels. Schweigman: „De wereld komt bij haar gewoon veel te hard binnen.” Overprikkeling kan leiden tot heftig gedrag. „Als mijn dochter te veel geluid om zich heen heeft, gaat ze heel hard gillen. Dat is een manier om zelf weer de controle terug te winnen. Als je als ouder niet begrijpt waar zo’n reactie vandaan komt, ga je je ergeren. Het kan aanvoelen alsof je kind je probeert te provoceren. Ik wilde zo veel mogelijk te weten komen over prikkelverwerking, om me beter te kunnen inleven in de belevingswereld van mijn dochter.”
Gaandeweg kwam Schweigman erachter dat het onderwerp, waarover nog helemaal niet veel bekend is, veel meer maatschappelijke relevantie heeft dan ze aanvankelijk dacht. „Labels die tegenwoordig aan de orde van de dag zijn – AD(H)D, autismespectrumstoornissen, dyslexie, burn-outs – hebben allemaal te maken met problemen in de prikkelverwerking. Misschien, dacht ik, zijn we wel collectief overprikkeld aan het raken.”
Het was voor Schweigman aanleiding in gesprek te gaan met specialisten van het Utrechts Medisch Centrum. Samen met hen, de Hogeschool voor de Kunsten Utrecht en Buitenplaats Doornburgh ontwikkelde ze afgelopen jaar de tentoonstelling Prikkel. „We nodigden kunstenaars, wetenschappers en theatermakers uit onderzoek te doen naar neurodiversiteit en prikkelverwerking.” Het leidde tot een reeks van installaties, die elk een spel aangaan met een ander zintuig. Een van die installaties was (een nog heel basale versie van) Binnenste Buiten.
Acht zintuigen
„Je leert op school dat we vijf zintuigen hebben”, zegt Schweigman. „Zien, horen, ruiken, proeven, voelen. Dat gaat allemaal over hoe je de buitenwereld waarneemt. In werkelijkheid hebben we er minstens acht. Zo regelt het vestibulaire systeem je waarneming van de zwaartekracht. Interoceptie is het zintuig dat maakt dat we aanvoelen of we honger hebben, of we naar de wc moeten en of we het koud of warm hebben. In Binnenste Buiten richten we ons op de proprioceptie, het zintuig dat je helpt te bepalen hoe je lichaam zich tot de buitenwereld verhoudt.”
Geïnspireerd werd het duo door het drukvest dat Schweigmans dochter helpt om rustig te worden. „Vaak zijn mensen die extra gevoelig zijn voor prikkels van buitenaf, zoals mijn dochter, juist minder gevoelig voor signalen vanuit hun eigen lichaam”, vertelt Schweigman. „Een drukvest, dat een onderdruk creëert, werkt dan rustgevend. Het helpt je om je eigen lichaam beter te voelen, wat er weer voor zorgt dat je prikkels van buitenaf beter aan kunt. Hoe jij in je lijf zit, bepaalt voor een groot deel hoe je de buitenwereld ervaart.”
Lees ook
‘Eros’ van Schweigman nodigt uit tot dansen
Het is zo’n diepedrukervaring die Schweigman en Bellinkx in Binnenste Buiten proberen na te bootsen. „We zijn gaan experimenteren met de gekste materialen.” Bellinkx lacht. Schweigman: „We hebben hier dagenlang staan hannesen met matraszakken en stofzuigers. Hoofd erin, hoofd eruit.” Het pak waarop het duo uiteindelijk uitkwam, ontlokte op de tentoonstelling uiteenlopende, soms heftige reacties. Bellinkx: „Sommige mensen willen er eentje hebben voor thuis, die zouden er elke ochtend wel even in willen. Anderen gaan in standje overleven, die zijn blij als het is afgelopen.” Schweigman: „De onderdruk kan voelen als een omhelzing. Een weduwe kwam na afloop naar me toe en zei: ‘Het is lang geleden dat ik zo geknuffeld ben’.”
Hoe indrukwekkend die diepedrukervaring zelf ook is, het fascinerendste onderdeel van de voorstelling, vindt Bellinkx, is het moment dat de onderdruk weer afneemt. „Het lijkt alsof je steeds groter wordt. Alsof de grens tussen jou en de wereld om je heen is opgerekt. Je gaat ervan open. Dat gaat vanzelf: het maakt je extreem ontvankelijk.” Schweigman knikt. „En daarover gaat theater voor mij. Je probeert mensen, door middel van een zintuiglijke ervaring, met nieuwe ogen naar de wereld om zich heen te laten kijken. Ik zeg het vaak zo: we hoeven geen wonder te creëren. We spelen het spel met de waarneming, zodat we weer kunnen beleven in wat voor een wonder we leven.”
‘Binnenste Buiten’ van Boukje Schweigman, in samenwerking met Johannes Bellinkx en het Utrechtse Kamerkoor JIP. 1 t/m 11 augustus op Theaterfestival Boulevard, Den Bosch. Daarna van 5 t/m 29 september in Haarzuilens (Utrecht). Info: schweigman.org