Commerciële dierenartsketens zetten onderzoek naar hoge rekeningen naar hun hand

Drie commerciële ketens van dierenartspraktijken oefenen grote invloed uit op een extern onderzoek in opdracht van het ministerie van Landbouw, Visserij, Voedselzekerheid en Natuur (LVVN) naar prijsstijgingen bij de dierenarts. De ketens schreven met ambtenaren mee aan de onderzoeksvragen, waardoor voor hen ongunstige onderwerpen buiten het onderzoek bleven. Ook „begeleiden” ze het op dit moment lopende onderzoek en krijgen ze voor publicatie vertrouwelijk inzage in de voorlopige resultaten.

Dat blijkt uit interne documenten die NRC verkreeg na een beroep op de Wet open overheid (Woo). De invloed van de ketens – die in handen zijn van commerciële investeerders – is opmerkelijk, omdat uit eerder onderzoek bleek dat de prijsstijgingen met name door de opkomst van de ketens zelf worden veroorzaakt.

De afgelopen jaren kwamen bijna vijfhonderd Nederlandse dierenartspraktijken in handen van investeerders Evidensia (ruim 300 klinieken), Anicura (118), VetPartners (45) en CVS (27). Onafhankelijk adviesbureau Berenschot concludeerde in december 2022 na onderzoek in opdracht van het ministerie dat de eigenaren van deze nieuwe ketens „relatief sterk” sturen op „rendement op investeringen”, waardoor een „opwaartse druk op tarieven” zou ontstaan. Uit een enquête van tv-programma Kassa bleek dat een op de drie huisdiereigenaren inmiddels moeite heeft de dierenartsrekening te betalen.

Toenmalig minister Piet Adema (ChristenUnie) beloofde eind 2022 onder druk van de Tweede Kamer de prijsontwikkelingen in de sector verder te laten onderzoeken. Dat gebeurde nadat een motie was aangenomen van Kamerlid Sandra Beckerman (SP), waarin de minister ook werd opgeroepen te bezien of er mogelijkheden zijn de tariefverhogingen een halt toe te roepen.

Lang in gesprek

Adviesbureau Ecorys startte pas begin dit jaar met het onderzoek. Uit de interne stukken blijkt dat het ministerie eerst langdurig met partijen uit de sector in gesprek ging, voordat het op zoek ging naar de externe partij die het onderzoek zou uitvoeren. „Eerst samen met stakeholders [belanghebbenden] de onderzoeksvragen goed op papier krijgen”, mailde een ambtenaar op 13 juni 2023 aan iemand bij beroepsorganisatie KNMvD (Koninklijke Nederlandse Maatschappij voor Diergeneeskunde).

De vier grote ketens kregen een uitnodiging tot „meewerken, meedenken, aanscherpen etc.” van de onderzoeksopzet, blijkt uit de stukken, net als drie brancheorganisaties en de faculteit Diergeneeskunde van de Universiteit Utrecht. Marktleider Evidensia zag in de uitnodiging een kans om te lobbyen: „Graag zou ik even [een] afspraak met je maken om [..] ook wat beter in contact te komen met jullie zodat we wat beter kunnen inschatten wat er komende jaren op ons afkomt vanuit Den Haag”, reageerde een betrokkene bij Evidensia op 15 juni aan een ambtenaar van het ministerie (dat destijds nog LNV heette, Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit).

Op 11 juli 2023 vond via Microsoft Teams een digitaal ‘stakeholdersoverleg’ plaats, waaraan drie van de vier ketens deelnamen – VetPartners besloot niet mee te doen. Een paar dagen ervoor stuurde het ministerie de „concept-onderzoeksvragen”, zo blijkt uit de stukken. Van de bijeenkomst werd „geen verslag” opgemaakt, mailden ambtenaren aan twee betrokkenen die niet aanwezig konden zijn. Het overleg was slechts „bedoeld voor het ophalen van informatie”.

Maar uit een latere mail blijkt dat tijdens het digitale overleg een reeks fundamentele afspraken werd vastgelegd. Zo zou de oproep uit de Kamermotie om ook te kijken naar de mogelijkheden om prijsstijgingen in te perken, buiten het externe onderzoek blijven. Dit onderdeel „zal door het ministerie intern uitgevoerd worden”, schreven ambtenaren op 25 augustus in een samenvatting aan de andere betrokkenen.

„Van een onafhankelijk onderzoek is zo geen sprake”, reageert Tweede Kamerlid Beckerman (SP), de initiatiefnemer van de motie. „Het was juist de bedoeling van die motie om te onderzoeken hoe de invloed van die commerciële ketens beperkt kan worden. In plaats daarvan blijkt het ministerie die ketens directe invloed te geven op de politieke besluitvorming hierover.”

Een andere afspraak luidde dat er een „klankbordgroep” zou komen „om het onderzoek te begeleiden”, waarvoor Evidensia, Anicura, VetPartners en CVS werden uitgenodigd. Het ministerie zegde daarnaast toe de conceptresultaten van het externe onderzoek voor publicatie „in vertrouwen” te zullen delen, blijkt uit de mails: „Dit om partijen te informeren en tijd te geven om zich hier intern op voor te bereiden.”

Ook werden de onderzoeksvragen die het ministerie aanvankelijk had opgesteld na het digitale overleg aangepast. De nieuwe opzet, die het ministerie op 25 augustus rondstuurde, leidde tot een kritische reactie van de KNMvD. De beroepsorganisatie van dierenartsen noemde de opzet „wat rommelig” en vroeg zich af of het „zinnig” was om de prijsstijgingen over een periode van 35 jaar in kaart te brengen – in plaats van te focussen op meer recente jaren. Ook miste de KNMvD vragen over „of er sprake is van een maatschappelijk onverantwoorde winst sinds de komst van de ketens” en „waar die winst terechtkomt”.


Lees ook

Een prikje voor de hond? Dat is dan 846 euro. Hoe de zorg voor je huisdier véél duurder is geworden

Voorbereidingen voor de sterilisatie van border collie Jip.

Het ministerie reageerde op 4 september: de winst van commerciële ketens zou geen onderwerp worden van het externe onderzoek, omdat deze niet expliciet in de motie-Beckerman werd genoemd. En de tarieven zouden tot decennia terug in kaart worden gebracht, om ook effecten zoals het afschaffen van minimumtarieven in 1998 en veranderingen in het btw-tarief mee te nemen.

Waarschuwing

Het onderwerp van prijsstijgingen in de sector bleef „de gemoederen bezighouden”, zo mailde een ambtenaar diezelfde dag aan de betrokken brancheorganisaties en de vier ketens. De ambtenaar waarschuwde dat er een publicatie in NRC aan zat te komen. „Alle reden om het komende onderzoek goed op te zetten zodat we een duidelijk antwoord kunnen gaan formuleren in plaats van alle aannames die nu onder andere in het veld voorbij komen.”

Drie van de vier grote ketens zegden vervolgens toe mee te doen aan de klankbordgroep die het externe onderzoek zou gaan begeleiden. „Graag blijven we aangehaakt en zijn we beschikbaar daar waar nodig om er een zo goed mogelijk onderzoek van te maken”, mailde een betrokkene bij Evidensia op 4 september. Die bemoeienis was volgens Evidensia wel nodig ook, want de ketens zaten „nadrukkelijk in het beklaagdenbankje” en dus was „een kans voor nuancering [..] wel op zijn plaats”, schreef de betrokkene in de mail.

Anicura deed ook mee. CVS bevestigde op 12 september 2023 deelname aan de klankbordgroep, maar wel onder de voorwaarde „dat er invloed is op hetgeen er geschreven/gepubliceerd wordt en vanuit welke naam”. Een klein uur later suggereerde CVS per mail dat het externe onderzoek ook rekening zou moeten houden met de stijgende loonkosten binnen dierenartspraktijken, „die een inhaalslag aan het maken zijn bij jarenlang achtergebleven loonontwikkelingen”.

Het ministerie ging hierin mee en antwoordde dat dit argument „inmiddels wel vernoemd” werd in de onderzoeksopzet. „Ook in het overleg met de uitvoerder van het onderzoek zullen we dit stipuleren.”

Op 22 november droeg CVS opnieuw een argument aan om te onderbouwen dat de gestegen tarieven bij de dierenarts niet voortkomen uit winstbejag bij de ketens: de hogere kosten zouden mede veroorzaakt worden door de huisdiereigenaren zelf. Veel baasjes zouden volgens CVS bij schildklierproblemen, een oorontsteking of nierfalen te lang wachten met naar de dierenarts gaan, waardoor op een later moment een duurdere ingreep nodig is. Ook zouden veel huisdieren aan obesitas lijden en hierdoor gezondheidsproblemen krijgen, „terwijl dit preventief (onder begeleiding van de dierenarts) voorkomen had kunnen worden”.

Het ministerie benaderde de dag erop, 23 november, drie externe partijen met de vraag of ze het onafhankelijke onderzoek naar de tariefstijgingen in de sector wilden uitvoeren. Adviesbureau Ecorys kwam als winnaar uit de bus, het ministerie van LVVN verwacht dat het onderzoek dit najaar wordt afgerond.

Volgens SP-Kamerlid Beckerman maken de interne documenten duidelijk dat het ministerie het onderzoek bewust vertraagd heeft om de commerciële ketens zoveel mogelijk invloed te geven. „Waar landen als Duitsland en het Verenigd Koninkrijk wel ingrijpen wanneer ketens praktijken opkopen en de prijzen stijgen, doet Nederland precies het tegenovergestelde: de ketens krijgen alle ruimte. Dit lijkt op het bekende WC Eend-onderzoek: de ketens onderzoeken de ketens.”

Het ministerie van LVVN laat in een reactie weten dat het de ketens actief bij het onderzoek heeft betrokken „om zo dicht mogelijk bij de dagelijkse praktijk te kunnen aansluiten. Voldoende contact met de sector is van belang voor het verkrijgen van een volledig en accuraat informatiebeeld, het toetsen van de bevindingen en het creëren van draagvlak voor de onderzoeksresultaten.”

Dat externe partijen deelnemen aan een klankbordgroep is „staande praktijk”, zegt een woordvoerder. „De klankbordgroep helpt bij het valideren van de onderzoeksopzet, het interpreteren van resultaten en het identificeren van mogelijke implicaties. Hiermee levert ze waardevolle input om de kwaliteit en relevantie van het onderzoek te verbeteren.”

Ecorys wil geen commentaar geven zolang het onderzoek nog loopt.