Anonimiteit bestaat niet in het kleine Riace. Wie het dorpsplein, vlak bij het gemeentehuis, oprijdt, wordt prompt haarfijn gescreend. „Laat je auto hier rustig achter, parkeergeld betalen hoeft niet”, roept een bejaarde caféganger ongevraagd, vanaf het terras van een kleine kroeg. „Je bent immers in Riace, waar iedereen welkom is.” Even verderop in de straat schuift een gezelschap mannen, eveneens op leeftijd, uitnodigend een plastic stoeltje bij. Het is nog niet eens middag, maar de zon is al moordend heet.
Mimmo Lucano (66), sinds kort opnieuw burgemeester van Riace én kersvers Europarlementariër, is ondanks een interviewafspraak nergens te bespeuren. „Ik ben niet eens in Riace, kunt u wachten?”, zegt hij aan de telefoon. Ruim een uur later kan het gesprek beginnen, dat geregeld zal worden onderbroken door bellers die hem op hun beurt aan een afspraak herinneren.
De burgemeester gooit de deur naar zijn kantoor wagenwijd open – „niet míjn kantoor”, corrigeert hij, „maar dat van het volk”. Hij ziet er als een doorsnee inwoner uit: zongebruind, in vlotte jeans en T-shirt. In zijn geval: een zwart shirt van een uiterst linkse Italiaanse actiegroep, zo legt hij uit: „Het was een cadeautje.”
Medemenselijkheid
In Italië is de verstrooide, maar innemende Domenico – Mimmo of Mimí voor de vrienden – Lucano een echte bekendheid. Maar ook buiten Italië vond het ‘model-Riace’, dat hij bedacht, veel weerklank. Wat dat precies is? „Niets bijzonders, behalve wat medemenselijkheid”, zegt hij zelf. Lucano was al eerder burgemeester van Riace, tussen 2004 en 2018, en blies in die jaren het met uitsterven bedreigde dorpje nieuw leven in door in de verlaten huisjes vluchtelingen en migranten een opvangplek te bieden.
Al decennia kampt Calabrië, diep in het zuiden van Italië, met werkloosheid en achterstelling en worstelt de arme landstreek met de ‘Ndrangheta’, het sterk internationaal vertakte misdaadgenootschap dat hier zijn wortels heeft. Uit dit dorp waren in verschillende emigratiegolven al veel mensen weggetrokken, zegt de burgemeester. „Eerst aan het begin van de vorige eeuw, toen vlak na de Tweede Wereldoorlog. Mensen verhuisden naar Noord-Italië, bijvoorbeeld om er te werken in de Fiat-fabriek, of nog veel verder, zoals de zussen van mijn eigen ouders, naar Buenos Aires, waar een aanzienlijke gemeenschap ‘Riacezen’ woont.”
Als gevolg van armoe en emigratie was Riace, met zijn middeleeuwse steegjes en huisjes, knus verscholen in de heuvels van Calabrië met uitzicht op de Ionische Zee, op sterven na dood. De gemeente telt dan wel iets minder dan tweeduizend inwoners, maar meer dan 70 procent van hen woont in het lager gelegen deel Riace Marina, aan zee. In het historische centrum, in de heuvels, bleef dus praktisch niemand meer over.
Vijfhonderd migranten
Het idee om vluchtelingen niet in een afgelegen asielcentrum op te vangen, maar in verlaten huisjes van het dorp, met bejaarde Italianen als buren, groeide tijdens burgemeester Lucano’s bestuur uit tot een succesvol integratie- en samenlevingsmodel. In 2016, in een periode dat er veel migrantenboten waren aangekomen, verbleven er in hartje Riace zo’n vijfhonderd migranten.
Er kwamen opnieuw buurtwinkeltjes en de vluchtelingen gingen zelf met oude ambachten aan de slag. En met zo veel kinderen in de buurt had het weer zin om een kleuterschooltje in te richten. Riace kreeg opnieuw een gemeenschapsleven en had zelfs „een eigen munt”, brengt Mimmo Lucano grinnikend in herinnering. „Omdat de fondsen van de regering voor de projecten van asielzoekers soms wel tot een jaar op zich lieten wachten, besloten wij een eigen munt uit te geven, enkel bestemd voor dit dorp.”
De biljetten waren een eerbetoon aan voorvechters van sociale rechtvaardigheid, zoals Martin Luther King, Mahatma Gandhi en Peppino Impastato, een door de Siciliaanse maffia vermoorde activist. De vluchtelingen en de buurtwinkels gebruikten onderling de zelf gedrukte biljetten, die bij de gemeente voor echte cash kon worden ingeruild zodra de fondsen uit Rome waren gestort. Dankzij de eigen munt deden vluchtelingen hun inkopen in Riace zelf, zodat de dorpseconomie toch werd gestimuleerd.
‘Riace’ oogstte bewondering in Italië, bijvoorbeeld van de sociaal bewogen Napolitaanse auteur Roberto Saviano, en daarbuiten, met dank aan Wim Wenders, die aan het bijzondere samenlevingsmodel ook internationale weerklank gaf. De Duitse regisseur, bekend van onder meer zijn documentaire over de Cubaanse muzikanten van de Buena Vista Social Club, raakte tijdens een bezoek aan Riace zo onder de indruk dat hij er een korte film maakte.
Ook de veelal bejaarde dorpelingen waren enthousiast. „Eindelijk was er hier weer wat leven in de brouwerij”, zeggen velen in Riace. „We hoorden op straat weer de stemmen van lachende en spelende kinderen, net als in onze eigen kindertijd”, zegt Rosanna, een inwoonster van Riace, die gezien de controverse die later ontstond liever niet met haar achternaam in de krant verschijnt.
Niet alleen bewondering
Want Riace oogstte niet alleen bewondering. Voor de Italiaanse rechterzijde was het integratieproject, dat steeds meer aandacht kreeg in binnen- en buitenland, een doorn in het oog. „Wij toonden dat ons humane opvangmodel wérkte, en daarom wilde rechts het graag kapotmaken”, zegt Lucano.
Toen hij in 2018 in het vizier van de Italiaanse Justitie kwam, zagen Lucano’s medestanders dat al gauw als een politiek geïnspireerd proces. De aanklachten wogen loodzwaar: rondom de opvang van vluchtelingen in Riace zou een vernuftig crimineel systeem zijn opgezet. Matteo Salvini, een hardliner inzake migratie en toen minister van Binnenlandse Zaken, besloot prompt de vluchtelingen uit Riace weg te halen, nog voor er een uitspraak was. In 2021 volgde, in eerste aanleg, het zware vonnis: Mimmo Lucano kreeg dertien jaar en twee maanden cel – bijna tweemaal zoveel als de aanklager had geëist.
Hoewel de financiële politie had vastgesteld dat Lucano niet één euro in eigen zak had gestoken, oordeelde de rechtbank dat hij met zijn vluchtelingenwerk zijn politieke imago wilde opblinken en persoonlijke verrijking zou hebben nagestreefd. De radicaal-rechtse Giorgia Meloni en Salvini, tegenwoordig respectievelijk premier en vicepremier, waren er als de kippen bij om Lucano af te kraken als ‘de criminele held van links’.
Ik ga in het hart van Europa aandacht vragen voor ons idee uit de periferie
Lucano was een gebroken man. Het model-Riace zakte in elkaar – door de rechtszaak, maar ook door het tegenover vluchtelingen steeds vijandiger klimaat. De veroordeling in eerste aanleg bracht een golf van verontwaardiging op gang, herinnert Mimmo Lucano zich. „Ik was ook veroordeeld tot een monsterboete, en prompt begonnen sympathisanten een inzamelactie om die te betalen. Ze haalden bijna 370.000 euro op. Maar ik wilde die boete niet betalen, want dat voelde als een schuldbekentenis. Ik wilde in beroep.”
In hoger beroep werd de eerdere veroordeling vrijwel volledig ontmanteld. Van de meer dan dertien jaar gevangenisstraf bleef nog een voorwaardelijke straf over van anderhalf jaar, wegens een administratief misdrijf. Maar van een ‘crimineel systeem’ rond de opvang in Riace bleek geen sprake. Het ingezamelde geld dat medestanders voor zijn boete hadden opgehaald, heeft Mimmo Lucano ter beschikking gesteld voor de opvang in Riace van enkele vluchtelingenfamilies uit Afghanistan.
Dubbele verkiezingsoverwinning
Het bleef niet bij die morele zege. In juni boekte de dromerige idealist Lucano een dubbele verkiezingsoverwinning. Hij is opnieuw verkozen als burgemeester van Riace, met de lijst ‘Kijk naar de zon’, én hij maakt dankzij ongeveer 190.000 voorkeursstemmen voor de kiesalliantie ‘Groen en Links’ zijn intrede in het nieuwe Europees Parlement.
Al wist hij vorige week zijn nieuwe werkplek nog niet zo goed te liggen – „Straatsburg? Is dat eigenlijk dicht bij Brussel?” – hij reist er wél vastberaden naartoe, om „een humaan migratiemodel aan te prijzen, dat al aantoonbaar heeft gewerkt, anders dan de migratieakkoorden van rechts met landen die de mensenrechten niet respecteren”.
Mimmo Lucano is terug, en hij heeft een missie: „Ik ga in het hart van Europa aandacht vragen voor ons idee uit de periferie.”
Lees ook
Het nieuwe EU-parlement is groter, mannelijker en rechtser