‘Als je een ziekenhuislaboratorium een ‘leverancier’ noemt – zoals Alrijne deed – zie je echt iets over het hoofd’

Een ziekenhuislaboratorium is méér dan een stel apparaten. Het is diagnostiek, specialistisch personeel dat testen uitvoert en de uitslagen duidt, de plek waar duidelijk wordt hoe verder te gaan met een patiënt. Oftewel: een essentieel onderdeel van veilige zorg. En niet iets wat je als „broodjes kaas” kunt inkopen, zegt Heiman Wertheim. Hij is arts-microbioloog en afdelingshoofd van de medische microbiologie van het Radboudumc en voorzitter van de Nederlandse Vereniging voor Microbiologie.

Vorige week ging het mis in het laboratorium van de ziekenhuizen van zorggroep Alrijne, met afdelingen in Leiden, Leiderdorp en Alphen aan den Rijn. Alrijne stapte per 1 juli over van ‘leverancier’ voor bloedafnames en laboratoriumdiensten AtalMedial naar Eurofins SCAL. De dienstverlening was „nog niet zoals verwacht”, zo meldde Alrijne, waardoor de ziekenhuizen de afdelingen spoedeisende hulp, verloskunde, hartbewaking en de bloedprikposten bijna een week moest sluiten. Een deel van de operaties werd uitgesteld en de betreffende afdelingen namen geen nieuwe patiënten op, het Leids Universitair Medisch Centrum nam een deel van de patiëntenzorg over – en moest daardoor zelf weer patiënten overplaatsen naar andere ziekenhuizen in de regio.

Inmiddels zijn de meeste afdelingen weer geopend, alleen de bloedprikposten draaien nog niet. De spoedeisende hulp en hartbewaking waren vijf dagen dicht, de verloskundige afdeling een dag langer.

Wertheim noemt de situatie in het Alrijne een „harde les” voor ziekenhuisbestuurders die „diagnostiek zien als fabrieksproduct”.


Lees ook

Verloskunde en hartbewaking van Alrijne nog steeds dicht door problemen met leverancier

Onder andere de afdelingen verloskunde en hartbewaking van de Alrijne-ziekenhuizen zijn sinds vorige week donderdag gesloten.

Is dat dan een breed gedeelde opvatting in de ziekenhuiszorg?

„Een laboratorium verzorgt de diagnostiek en geeft advies. Elke bestuurder die dat een ‘leverancier’ noemt – zoals Alrijne deed in de berichtgeving op de website – ziet echt iets over het hoofd. Het is een fundamenteel onderdeel van het zorgproces, zoals we met de Federatie Medisch Specialisten ook benadrukken in een beleidsstuk over diagnostiek.

„Ja, het beslaat maar 1 tot 2 procent van de kosten van een ziekenhuis, maar het bepaalt wel voor 80 procent wat je doet als arts. Laboratoriumdiagnostiek geeft belangrijke informatie aan de arts over welke behandeling moet worden ingezet en hoe deze te vervolgen, bijvoorbeeld de noodzaak voor een bloedtransfusie.

„Vooral op afdelingen waar dingen met spoed kunnen gebeuren, en waar je dus ook met spoed moet handelen, is dat belangrijk. Zoals inderdaad de hartbewaking, geboorteafdelingen, de spoedeisende hulp. Daar moet je een buisje op kunnen sturen en, zeg, binnen een halfuur de uitslag hebben zodat je kunt handelen.”

Hoe uitzonderlijk is het dat een heel laboratorium uitvalt?

„Dat heb ik niet eerder gezien. Maar wij merken wel dat ziekenhuizen makkelijk denken over het uitbesteden van het lab om de begroting op orde te krijgen. Dan creëer je situaties waarin je afhankelijk wordt van een ander en ben je penny wise and pound foolish.

„Voorop: niemand heeft dit natuurlijk gewild, zowel Alrijne als Eurofins niet. Maar ik vind het wel veelzeggend dat de term ‘leverancier’ gebruikt wordt in de berichtgeving, in plaats van bijvoorbeeld ‘afdeling diagnostiek en advies’. ‘Leverancier’ geeft niet de indruk dat het gaat om iets wat bij jou hoort als zorginstelling, het is een afstandelijk woord. Met een leverancier sluit je contracten over leveringen, met een ziekenhuisafdeling regel je samen de zorg voor je patiënten. De situatie bij Alrijne is een harde les voor bestuurders die er op die eerste manier naar kijken.”

Moeten ziekenhuizen hun laboratoria dan niet meer uitbesteden?

„Uitbesteden is niet per se slecht, zolang je het maar blijft zien als cruciale afdeling van je ziekenhuis waar je dus ook zelf verantwoordelijkheid voor draagt. En dat idee heb ik niet altijd. Marktwerking zorgt ook voor innovatie, dus ik ben daar persoonlijk niet op tegen, maar het kan ook doorschieten. We moeten ervoor waken dat de zorg niet te veel vercommercialiseert – dat speelt in de hele breedte van de zorg, en dus ook bij de laboratoria. Er moet een gezonde balans zijn, die het belang van de patiënt en de maatschappij dient. Het is goed dat de politiek hier inmiddels ook oog voor heeft, maar nu nog effectief beleid.”


Lees ook

Zorgplannen van de nieuwe regering zijn ‘populair, te ondoordacht en te weinig lange termijn’

Zorgplannen van de nieuwe regering zijn ‘populair, te ondoordacht en te weinig lange termijn’