Frankrijk wacht gespannen af of radicaal-rechts zondag een meerderheid haalt bij de tweede ronde van de parlementsverkiezingen. Wat staat er op het spel? Vijf vragen en antwoorden.
1 Hoe werkt de tweede ronde?
Een kandidaat die in de eerste kiesronde minimaal 50 procent van de stemmen haalt, is direct verkozen en hoeft dus niet meer mee te doen aan de tweede ronde. Dat is op 30 juni 76 kandidaten (in totaal 577 kiesdistricten) gelukt, onder wie Marine Le Pen. Zij haalde in haar kiesdistrict in Noord-Frankrijk 58 procent van de stemmen. Sowieso was haar partij in deze categorie het meest succesvol: in totaal 39 van de meteen verkozen parlementsleden zijn van het Rassemblement National (RN). Ook 31 kandidaten van het linkse Nouveau Front Populaire (NFP) zijn al zeker van een plek in de Assemblée.
Haalt in een kiesdistrict geen enkele kandidaat zo’n absolute meerderheid, dan gaan alle kandidaten die in de eerste ronde op minimaal 12,5 procent van het totaal aantal in het district ingeschreven kiezers komen door naar de tweede ronde. Toen centrum-links en centrum-rechts nog de twee meest voorname machtsblokken waren, leidde dat vooral tot tweede rondes waarin de Parti Socialiste en Les Républicains (voorheen: UMP) tegenover elkaar stonden. Met de facto drie grote machtsblokken (uiterst links, radicaal-rechts en het centrum van Macron) én een bijzonder hoge opkomst was het aantal zogenoemde triangulaires na de eerste ronde op 30 juni hoger dan ooit: 306. In nog eens vijf kiesdistricten hadden zelfs vier kandidaten recht op een tweede ronde – een hoogst uitzonderlijke quadrangulaire.
De periode tussen de eerste en tweede ronde is in het Franse stelsel traditioneel het moment dat coalities worden gesloten. Er kan per kiesdistrict tenslotte maar één kandidaat verkozen worden. Als je kansen als kandidaat beperkt zijn (omdat je bijvoorbeeld als derde bent geëindigd), dan kun je het op een akkoordje gooien met een beter gepositioneerde kandidaat. In ruil voor jouw kiezers kun je dan proberen politieke toezeggingen te krijgen.
Bij de huidige verkiezingen draaien de verschuivingen nauwelijks om tactiek. Veel kandidaten hebben zich nu in de eerste plaats teruggetrokken om de verkiezing van een kandidaat van de RN te voorkomen. Liefst 224 kandidaten die wél door waren naar de tweede ronde zijn daarom deze week afgehaakt, vooral van links en van de partij van Macron. Nu resteren nog 89 triangulaires en 2 quadrangulaires.
Lees ook
Links trekt massaal kandidaten terug om radicaal-rechts te belemmeren, kamp-Macron toont zich verdeeld
2 Functioneert het ‘front républicain’ nog?
Om verkiezing van een radicaal- of extreem-rechtse kandidaat te voorkomen, heeft het politieke midden in het verleden vaak opgeroepen tot het vormen van een zogenoemd ‘republikeins front’. Dat was het meest duidelijk in 2002, toen Jean-Marie Le Pen van het Front National in de tweede ronde van de presidentsverkiezingen tegenover de centrum-rechtse Jacques Chirac stond. Linkse kiezers stemden massaal – met een spreekwoordelijke wasknijper op de neus – op Chirac. Macron zette dit mechanisme in 2017 centraal in zijn electorale strategie door al bij de eerste ronde te koersen op een tweestrijd met Marine Le Pen. In de tweede ronde werd hij verkozen omdat er meer mensen waren die Le Pen als president een slechter vooruitzicht vonden dan Macron, al kreeg hij hun stem misschien niet van harte.
Volgens opiniepeilers lijkt dat republikeinse front sinds de parlementsverkiezingen van 2022 niet meer te werken. Dat komt deels door de brede acceptatie van de RN en zijn leiders en doordat steeds meer politici van centrum-rechts het taboe op samenwerken met de RN hebben doorbroken.
Sommige gematigde kiezers blijven liever thuis dan dat ze moeten kiezen tussen twee extremen
Wat ook meespeelt is dat het alternatief in een tweederondeduel vaak niet meer een kandidaat van het politieke midden is. In veel districten staat het linkse NFP tegenover een RN-kandidaat. De grootste partij in het NFP is het hardlinkse La France Insoumise (LFI) van oud-trotskist Jean-Luc Mélenchon. Sommige gematigde kiezers blijven liever thuis dan dat ze moeten kiezen tussen twee extremen. Ook sommige linkse kiezers staan voor onmogelijke keuzes. Zo hebben ze na de terugtrekking van de linkse kandidaat in een district bij Tourcoing (Noord-Frankrijk) de keuze tussen Macrons minister van Binnenlandse Zaken Gérald Darmanin, die een zeer omstreden strenge immigratiewet invoerde, en een kandidaat van Le Pen. In Le Havre heeft de rechtse burgemeester en oud-premier Édouard Philippe juist opgeroepen tot een stem op de communistische partij.
3 Hoeveel macht heeft Macron straks nog, en welke macht krijgt het parlement?
Weinig staatshoofden of regeringsleiders hebben zoveel macht als de Franse president. De Franse president benoemt premiers en ministers en kan, zoals Macron afgelopen maand liet zien, naar eigen goeddunken besluiten het parlement te ontbinden en nieuwe verkiezingen uit te schrijven. De president hoeft zich tegenover dat parlement nooit te verantwoorden en kan niet naar huis gestuurd worden. Tegenover dit ‘hyper-presidentialisme’ van de voor en door Charles de Gaulle bedachte ‘Vijfde republiek’ is het parlement notoir zwak.
Maar een premier heeft in het parlement een meerderheid nodig om te kunnen regeren. Toen de centrum-rechtse president Jacques Chirac in 1997 het parlement ontbond en zijn partij de verkiezingen verloor, werd hij gedwongen de sociaal-democraat Lionel Jospin als premier aan te stellen. Jospin, die de langst zittende premier van de Vijfde republiek werd, kreeg veel voor elkaar waar Chirac niets van moest hebben, zoals de 35-urige werkweek en een geregistreerd partnerschap voor homokoppels. Chiracs rol als president was in deze jaren van cohabitation bijkans ceremonieel.
Macron loopt ook het risico op een zijspoor te belanden. Hij houdt vol niet voor het einde van zijn termijn, in 2027, af te treden. Omdat buitenlands beleid en defensie bij de president liggen, kan hij internationaal nog wel een rol blijven spelen. Maar in eigen land zal hij in de schaduw staan van een premier die niet van zijn eigen politieke kleur is of, in het voor hem gunstigste geval, een brede coalitie leidt. Tekent zich na zondag geen werkbare meerderheid in het parlement af, dan komt Frankrijk volgens sommige analisten in een crise de régime, een systeemcrisis. Die potentiële onbestuurbaarheid is volgens optimisten ook een kans om, bijvoorbeeld met wisselende meerderheden, de rol van het parlement te versterken en de presidentiële dominantie te verminderen.
Lees ook
Na de eerste ronde van de Franse parlementsverkiezingen blijkt: het macronisme is voorbij. Maar Macron is er nog
4 Hoe reageert Europa?
Eigenlijk is het voor Europese leiders not done je te bemoeien met verkiezingen in een ander land. Toch liet de Duitse kanselier Olaf Scholz zich tijdens een tv-interview ontlokken dat hij hoopte dat de radicaal-rechtse Marine Le Pen van Rassemblement National de parlementsverkiezingen in Frankrijk niet zal winnen.
Emmanuel Macron heeft niet alleen de politiek in zijn eigen land op zijn kop gezet, hij heeft ook de aandacht van heel politiek Europa naar zich toe gezogen. Wat in Nederland gebeurt is voor Brussel van belang, maar wat Parijs doet is essentieel. Frankrijk is het tweede land in de Europese Unie en als het met het Duitsland van Scholz, de nummer één, een verbond vormt is dat in hoge mate bepalend voor de richting die de EU neemt.
Bovendien is Macron een bij uitstek ‘Europese’ Franse president. Europa is een integraal onderdeel van zijn politieke programma. Toen hij zich na zijn eerste verkiezing tot president liet vieren voor het Louvre, liep hij uit de duisternis naar een verlicht podium op de soundtrack van Ode an die Freude, al sinds 1985 het Europese volkslied.
De ‘Europese’ Macron verloor het Franse belang uiteraard niet uit het oog, en zijn relatie met Scholz was niet altijd soepel, maar hij zwengelde vaak het debat over Europa aan. En in de afgelopen maanden ontpopte hij zich op een van de belangrijkste EU-dossiers – Oekraïne – als een aanjager.
Macron heeft niet alleen de politiek in zijn eigen land op zijn kop gezet, hij heeft ook de aandacht van heel politiek Europa naar zich toe gezogen
Dus loopt iedereen in Brussel al dagen de Franse scenario’s na. Wat zou een cohabitation met een RN-premier betekenen? Macron blijft dan verantwoordelijk voor defensie en buitenlands beleid, maar het parlement gaat over de financiën, zoals Marine Le Pen vorige week duidelijk maakte. Jordan Bardella, de RN-premierskandidaat, wil er in Brussel vooral een betere deal voor Frankrijk uitslepen, hij wil niet in de eerste plaats Europa versterken.
Als geen partij een absolute meerderheid krijgt en de Franse politiek vastloopt in een patstelling, ontstaat een onzekere periode. Dan is het nog maar de vraag of Macron internationaal veel initiatieven kan nemen.
Er zijn nog te veel varianten om nu al de politieke speelruimte van Macron te voorspellen. Wel tekent zich een steeds rechtser Europa af. Radicaal-rechts heeft al regeringsmacht in een paar kleine landen, in het grote Italië en in het economisch ook niet zo kleine Nederland. Met medezeggenschap of substantiële hindermacht voor radicaal-rechts in Frankrijk zou een grote stap gezet worden in die verschuiving naar rechts.
5 Hoe zullen de financiële markten op de uitslag reageren?
Na de eerste ronde van de Franse parlementsverkiezingen, afgelopen zondag, was enige opluchting zichtbaar op de financiële markten: het risico op een Franse staatsschuldencrisis is wat geslonken, zo schatten beleggers in.
Dit omdat de kans dat radicaal-rechts óf links in de Assemblée Nationale een absolute meerderheid krijgt in de tweede ronde kleiner is geworden. Zowel radicaal-rechts als links beloven fors hogere, deels ongedekte uitgaven en belastingverlagingen en willen economische hervormingen van president Macron terugdraaien. Dit beleid zou de Franse staatsschuld, die de voorbije jaren flink is aangezwollen, onhoudbaar kunnen maken. Zonder absolute meerderheid in het parlement komt waarschijnlijk minder van die riskante plannen terecht.
En dus liet de belangrijkste stress-indicator op de markten, het verschil in rente tussen Franse en Duitse staatsleningen, na de eerste ronde een daling zien. Deze spread – in feite de risicopremie die beleggers eisen van Frankrijk, bovenop de Duitse rente – schoot omhoog toen president Macron vervroegde verkiezingen uitschreef, van 0,5 tot ruim 0,8 procentpunt voor tienjarige obligaties. Deze week nam de spread weer wat af, naar ruim 0,7 procentpunt.
Wat gebeurt er na de tweede ronde van de verkiezingen? Komt er tóch een absolute meerderheid voor de radicaal-rechtse RN, of een onverwacht goede uitslag voor links, dan kan de spread weer gaan oplopen. De Franse overheidsfinanciën staan er niet goed voor. De staatsschuld bedraagt zo’n 110 procent van het bbp, tegen 65 procent in Duitsland. Het Franse begrotingstekort ligt met 5,5 procent van het bbp fors boven het EU-maximum van 3 procent.
Een oplopende spread betekent dat de Franse overheid meer kwijt is aan rentebetalingen op de staatsschuld, wat de overheidsfinanciën nog verder verslechtert. Knalt de spread te hard omhoog, dan dreigt een staatsschuldencrisis. En dan zal een nieuwe regering direct de broekriem moeten aanhalen, alle verkiezingsbeloften ten spijt.
Lees ook
Franse schuldenstress kan ook probleem voor Europa worden