Opinie | Gun de sporter een baaldag

Vol verwachting zat ik dinsdagavond aan de televisie gekluisterd, klaar voor een ontspannende avond na een spannende tentamenperiode. Als Vlaming heb ik zo stilletjesaan mijn vertrouwen in de Rode Duivels opgegeven. Daarom haalde ik een feloranje trui uit mijn kleerkast en besloot ik vol overgave mijn noorderburen naar de overwinning te juichen. U kent het resultaat van die tevergeefse poging: 2-3 voor Oostenrijk.

Mijn teleurstelling maakte al snel plaats voor verbazing. Van der Vaart sprak van „een dik verdiende nederlaag”. Andere voetbalanalisten vroegen zich af: hoe kun je zo tureluurs gespeeld worden door een goede ploeg, die ook weer geen wereldploeg is?

Terugdenkend aan mijn tentamen van enkele uren daarvoor kon ik niet anders dan blij zijn dat niemand mij op zo’n brutale wijze ter verantwoording riep en vroeg: „Je hebt daar een punt verloren op die vraag over postmodernisme. Verklaar dat eens, hoe heeft dat kunnen gebeuren? Was je niet goed voorbereid misschien?”.

Terwijl ik waarschijnlijk genoeg punten gehaald heb om te slagen voor het tentamen. Want laat ons dat toch niet uit het oog verliezen: Oranje heeft zich verzekerd van een plek in de achtste finales. Felicitaties voor die prestatie waren bij de verslaggevers, de bondscoach én de supporters echter ver te zoeken.

Dramatische vertoning

In andere sectoren is het ondenkbaar om op zo’n manier afgerekend te worden voor een baaldag. Beeld je eens in dat een financieel adviseur een klant een e-mail stuurt met een kleine typfout en daarvoor publiekelijk op het matje geroepen wordt. Of een ober die zich vergist en een fout drankje naar een tafel brengt. Die laatste zullen we vriendelijk verzoeken een nieuw drankje te brengen. Maar topsporters? Die gunnen we niet met evenveel gemak een herkansing. In de plaats daarvan slingeren we hen woorden als „wanprestatie” en „dramatische vertoning” naar het hoofd. Eerdere verdienstelijke prestaties zijn meteen vergeten. Eerlijk is dat niet te noemen.

Eigenlijk vind ik het vooral geruststellend om te zien hoe ook grootmachten in het voetbal niet de ene topprestatie na de andere neerzetten. Niet alleen Nederland wist dinsdagavond niet te overtuigen. Ook Frankrijk en Engeland kenden een avond vol misverstanden en gemiste kansen. En eerder verloor het Belgische elftal al van Slowakije en kon Duitsland de overwinning op Zwitserland niet in de wacht slepen. Het zoveelste bewijs dat perfectie niet bestaat. Als zelfs die hoog aangeschreven teams fouten maken, vergeef ik mezelf mijn eigen fouten ook graag.

Mildheid

Het doet me denken aan de uitspraak van basketballer Michael Jordan: „Tijdens mijn carrière heb ik meer dan negenduizend schoten gemist. Ik heb bijna driehonderd wedstrijden verloren. Zesentwintig keer kon ik het beslissende punt scoren, maar miste ik. Ik heb in mijn leven keer op keer gefaald. En juist daarom ben ik succesvol.” Misschien is het Europees kampioenschap vooral een les in mildheid en het aanvaarden van uitglijders.


Klik op het vinkje naast ‘Ik ben geen robot’