Column | De diva van de Moederkerk

Zo zit ik te klagen over de krukkige openingsavond van het Holland Festival, en dan zie ik twee stuks geweldigs achter elkaar dankzij datzelfde Holland Festival.

En dat is heerlijk.

Ik ben liever positief dan negatief. Soms krijg ik daar een opmerking over: jij vindt ook alles mooi. Nee, dat is niet waar. Maar wat me meesleept, onthoud ik als een gek. En dat vertel ik graag door.

Zoals dit: laat in de middag overrompelt het Holland Festival me met Alles moet weg van Dries Verhoeven, die me laat gluren naar een winkeldievegge, dansend en strippend op het ritme van consumptie-dwang en de kick van het jatten. En ’s avonds word ik in Hardkoor van Naomi Velissariou bestookt met een schroeiende kijk op haar… nee, op hét moederschap. Velissarious single mom is op weg naar een burn-out en transformeert in de heilige Maria. Maria is de blauwdruk voor alle opgebrande moeders. Door de kerk opgetuigd, op een voetstuk gezet, uitgewoond tot de dood erop volgt.

Hoe was Maria eraan toe geweest als ze niet door patriarchale kerkvaders bij elkaar was gefabuleerd? In haar roman Moeders. Heiligen ontwerpt auteur Dieuwertje Mertens een alternatieve Maria, gemythologiseerd door een vrouw. Het resultaat is een stuk minder schaapachtig, wel grappig, geslepen en wereldwijs.

In Alles moet weg is de winkeldievegge, dankzij haar Disney-outfit, onmiskenbaar Sneeuwwitje. Alleen dwaalt ze niet door het bos maar door de supermarkt. Haar einde is bekend: eeuwig jong en opgebaard in een glazen kistje. Hier belandt ze onderin een schap, met opgetrokken knieën opgebaard op de pakken spaghetti. In Hardkoor eindigt ook Maria opgebaard – met een grote zonnebril, ze blijft de diva van de Moederkerk.

Naomi Velissariou in ‘Hardkoor’
Foto Ben Houdijk

En zo zit ik na Alles moet weg en Hardkoor met twee opgebaarde vrouwen. En ik besef wat ik al had kunnen weten: Maria is een Sneeuwwitje, Sneeuwwitje is een Maria. Gevormd door dezelfde tradities, dienaressen met hetzelfde doel: moederlijkheidsverschafsters. Troostend. Zorgzaam. Gedwee. Allebei de mooiste van het land, ook dat nog. En dood.

Maar dood? Dit komt toch goed? Maria herrijst in de hemel, „met lichaam en ziel tot de hemelglorie opgenomen”. Sneeuwwitje herrijst in het huwelijk met haar prins, „en als ze niet gestorven zijn dan leven ze nu nog”. Klopt dat? Nee joh. Kijk nog een keer. De ene is een pop achter glas, de andere is een pop op het altaar. Ze zijn een idee, zonder vlees, zonder bloed.

Een wonder. Dries Verhoeven kust Sneeuwwitje wakker, Naomi Velissariou leent zichzelf uit aan Maria. Helaas. Existentiële vragen worden ontkend, levenslust wordt gebagatelliseerd. In Hardkoor krijgt Maria de mokerslag voor moeie moeders: „Maar je krijgt er zoveel voor terug”. In Alles moet weg gromt Sneeuwwitje bij de zelfscan: „Waar is de small talk [van de caissière]… who reminds me of my humanity now?

En ze leggen het loodje.