De Oekraïense strijdkrachten hebben voor het eerst in lange tijd de herovering gemeld van door Russen bezet terrein in de Donbas-regio. De 12de Brigade van de Nationale Garde van Oekraïne, beter bekend als de Azov-brigade, meldde afgelopen weekeinde dat Russische troepen zich hebben teruggetrokken uit een deel van het natuurreservaat Serebrjanske, een grotendeels verwoest bosgebied ten zuiden van het bezette stadje Kreminna in de regio Loehansk. Deze noordelijke Donbasregio is vrijwel geheel in Russische handen.
Volgens de Azov-brigade „rukten eenheden één kilometer diep en twee kilometer langs het front op”. De commandant van de brigade wil niet verder uitweiden over het verloop van de gevechten langs dit deel van de ruim duizend kilometer lange frontlijn. „Succes houdt van stilte!”, aldus de Azov-brigade.
Lees ook
‘Azov wordt nog professioneler en nog gevaarlijker’ – Washington heft ban op Oekraïense brigade op
Hoewel Russische troepen zuidelijker in de Donbas, vooral ten westen van het plaatsje Avdiivka, nog altijd stap voor stap terrein winnen, lijkt Oekraïne de frontlinies langzaam te stabiliseren. Dat lijkt een rechtstreeks gevolg van de hervatting van de Amerikaanse wapenleveranties aan Oekraïne van eind april. Washington moest de levering van munitie en wapens aan Oekraïne begin dit jaar maandenlang opschorten vanwege een Republikeinse blokkade in het Huis van Afgevaardigden.
Russisch offensief
Mede door ernstige Oekraïense munitieschaarste in de winter en het voorjaar slaagden de Russen er in de regio Donetsk in over een breed front terrein te veroveren. Daar kwam vanaf half mei een nieuw Russisch offensief bij vanuit de regio Belgorod, waarbij in korte tijd twee stroken land werden bezet in de richting van de stad Charkiv. Na de hervatting van de Amerikaanse wapen- en munitieleveranties konden de Oekraïense strijdkrachten gaan werken aan stabilisatie van de linies. De Oekraïense onderminister van Defensie Ivan Havryljoek zei afgelopen weekeinde dat veel van de munitie nog onderweg is, maar dat het verschil al wel merkbaar is op het slagveld.
Zo is de Russische opmars ten noorden van de stad Charkiv inmiddels grotendeels tot stilstand gebracht. Hier toont het toenemende aantal Oekraïense tegenaanvallen dat Kyiv over meer munitie en wapens beschikt dan twee maanden geleden. De zwaarste strijd wordt hier uitgevochten in het stadje Vovtsjansk, zo’n vijf kilometer van de Russische grens.
Uit een onlangs opgedoken videoverklaring van een Russische soldaat die bij Vovtsjansk vocht, Anton Andrejev, blijkt dat de Russen ook hier enorme personele verliezen voor lief nemen om terreinwinst te kunnen boeken. Hij vertelde begin deze maand dat slechts twaalf van de honderd mannen in zijn eenheid een opmars overleefden die was afgedwongen door hun commandanten, vol onder Oekraïens tegenvuur. „We worden beschoten door machinegeweren en drones. Een complete vleesmolen. En de generaals in Moskou geven geen moer om ons.”
Menselijke munitie
Volgens de Russische soldaat waren veel van zijn nieuwe wapenbroeders niet langer dan vier of vijf dagen getraind voordat zij aan het front in de strijd werden geworpen. „Ze werden ’s ochtends op weg gestuurd voor een aanval – en kwamen niet eens voorbij twee huizen.”
Eerder in de oorlog kwamen soortgelijke verhalen naar buiten. Bij de aanvallen op Bachmoet en later op het industriestadje Avdiivka werd ook ‘menselijke munitie’ in de vorm van Russische soldaten gebruikt. Bij het beleg van beide steden, uiteindelijk veroverd door de Russen, vielen volgens Oekraïense en westerse cijfers aan Russische kant vele duizenden doden en gewonden.
De commandant van de Oekraïense strijdkrachten, Oleksandr Syrsky, zei maandag dat de recente intensieve Russische aanvallen langs een groot deel van het front zijn bedoeld om de Oekraïense militairen uit te putten voordat Oekraïne de beschikking krijgt over F-16’s. De komst van de eerste van tientallen westerse jachtvliegtuigen – onder meer uit Denemarken en Nederland – is nabij, meldde president Volodymyr Zelensky afgelopen weekeinde.
Veel munitie is nog onderweg, maar het verschil is al wel merkbaar op het slagveld
De F-16’s zullen in het begin vooral een belangrijke rol spelen in de luchtverdediging van Oekraïne, zo is de verwachting. Volgens generaal Syrsky is Moskou zich ervan bewust dat de Russische kansen op militair succes zullen slinken als de F-16’s eenmaal actief zijn in het Oekraïense luchtruim.
Minder aanvallen op Charkiv
Ondertussen lijkt de stad Charkiv de afgelopen dagen minder vaak doelwit te zijn van Russische luchtaanvallen. De tweede stad van Oekraïne lag in het voorjaar zwaar onder vuur en werd bestookt met raketten, drones en zogenoemde glijbommen die vanuit het Russische luchtruim werden losgelaten door bommenwerpers. De burgemeester van Charkiv, Ihor Terechov, zei vorige week dat er in de stad sprake was van een relatieve „kalmte” na de hevige bombardementen in de afgelopen maanden. Daarbij werd grote schade aangericht aan de infrastructuur, en kwamen tal van burgers om het leven.
Volgens Terechov lijken de Russische aanvallen in intensiteit te zijn afgenomen sinds Oekraïne eind mei van zijn westerse bondgenoten toestemming kreeg om westerse wapens in te zetten tegen militaire doelen over de grens op Russische bodem. Sindsdien heeft de Oekraïense krijgsmacht verschillende aanvallen uitgevoerd op raketinstallaties in de regio Belgorod. Vermoedelijk gebruikte het daarbij artilleriegranaten van HIMARS-installaties.
Vanwege de vele Russische luchtaanvallen van de afgelopen maanden, waarbij de energievoorziening in heel Oekraïne ernstige schade heeft opgelopen, hebben onder meer Duitsland en de Verenigde Staten toegezegd meer luchtverdedigingssystemen naar het land te sturen. Het gaat onder meer om verschillende Patriot-batterijen. Ook Nederland probeert in samenwerking met een aantal NAVO-partners een extra Patriot-luchtverdedigingssysteem aan Kyiv te leveren.