Kwetsbare films van Eye liepen waterschade op in opslagbunker. ‘Op dit moment staan we in crisisstand’

‘Op dit moment staan we in crisisstand”, vertelt Frank Roumen, hoofd Collecties bij Eye Filmmuseum. Op dinsdag 4 juni begaf een pomp het die in een bunker in Castricum staat om overtollig water weg te pompen. De pomp had niet genoeg capaciteit om een plotselinge ondergrondse vloedgolf aan te kunnen. Die werd mogelijk veroorzaakt door een lek in een bassin van waterleidingbedrijf PWN, het onderzoek loopt nog. Feit is dat het water in de bunker ongemoeid zijn gang kon gaan en tot 25 centimeter hoogte steeg. Hierdoor zijn de films die onderin de rijen stellingkasten liggen opgeslagen wellicht beschadigd.

Roumen: „Van 80 van de 7.000 blikken die in deze bunker liggen, is vastgesteld dat de films die erin zitten met water in aanraking zijn gekomen. De blikken van de onderste planken hebben we inmiddels naar een hoger gedeelte verhuisd. We verwijten het onszelf dat we dit niet eerder hebben gedaan.” De films met waterschade worden momenteel bij een speciaal bedrijf ingevroren en vervolgens behandeld bij filmlaboratorium Haghefilm. „Pas dan kunnen we vaststellen hoeveel schade er is, dat weten we nu nog niet.” Van de meeste films bestaan weliswaar duplicaten of digitaliseringen, maar net als platenmaatschappijen hun moederbanden (master tapes) opslaan, bewaart Eye Filmmuseum ook de originele nitraatfilms.

Kunstbunkers

De bunker in Castricum is een van de drie bunkers uit 1939 in de Noord-Hollandse duinen die Eye gebruikt om zijn kwetsbare nitraatfilms op te slaan. Cellulosenitraat, tot 1952 de drager van de lichtgevoelige emulsielaag, is brandbaar materiaal en mag wegens brandweervoorschriften niet in de bebouwde kom liggen. De bunkers bevatten onder meer de Desmet-collectie, uniek audiovisueel erfgoed dat in 2011 is toegevoegd aan het Memory of the World-register van Unesco, en amateurfilms uit de jaren twintig en dertig, onder andere uit Nederlands-Indië. De Castricumse bunker is ooit gebouwd om tijdens de Tweede Wereldoorlog kunstcollecties op te slaan, waaronder Rembrandts Nachtwacht – vandaar dat hij ook wel ‘kunstbunker’ wordt genoemd. Daarna kwam hij in gebruik van Eye Filmmuseum, hij bevat de oudste collecties van het filmarchief, zoals met de hand ingekleurde films uit de beginjaren van het medium.

Meteen na het constateren van de calamiteit is de brandweer begonnen de bunker leeg te pompen en kwam een bedrijf met speciale apparatuur de kluis drogen. Momenteel liggen er nog zandzakken en op de betonnen vloer zuigen speciale sponsen het overtollige water op. Roumen: „Dagelijks zijn we met zes mensen vanuit Amsterdam naar de kluis gegaan om blik voor blik op waterschade te checken. Alles bij elkaar veel werkuren, wat tevens betekent dat onze werknemers niet bezig zijn met wat ze normaliter doen: het conserveren, restaureren en digitaliseren van films.”

De in 1939 gebouwde kunstbunker in Castricum die nu dienst doet als depot voor het Eye Filmmuseum.
Foto Wouter de Wilde

Klimaatverandering

„We zijn ons al een aantal jaar bewust van het feit dat de bewaaromstandigheden van de nitraatcollectie van Eye niet optimaal zijn”, zegt Roumen. „Onze kunstbunkers in Castricum en Heemskerk hebben van oorsprong een natuurlijke klimaatregeling. Door de dikke wanden en deze natuurlijke klimaatregeling is het temperatuurverschil tussen zomer en winter relatief klein. We hebben onze nitraatcollectie daar altijd op een goede manier kunnen koelen, maar ze zijn niet meer van deze tijd.”

Volgens Roumen heeft de klimaatverandering voor een groter risico gezorgd. Zo is in de afgelopen vijf jaar de temperatuur in de kluizen 2,5 graden gestegen. Bovendien regent het door klimaatverandering in Nederland ook steeds vaker. „Tel daarbij op dat PWN, het waterleidingbedrijf dat het duingebied beheert, de laatste jaren het grondwaterpeil hoger heeft gezet. Dit is beter voor de biodiversiteit in de duinen, maar voor de kunstbunkers minder gunstig. Door het hoge grondwaterpeil plus extreme regenval is het waterpeil vaak extra hoog. Als je nu bij Castricum de duinen ingaat, loop je door de modder. Wij kunnen met onze auto die de nitraatfilms in speciale koelkastjes van en naar Amsterdam vervoert regelmatig het pad naar de kluis niet op, dan zakt hij weg in de modder.”

Twee dingen zijn belangrijk voor de conservatie, zegt Roumen: „Film houdt van koud en droog. Bij voorkeur minus 5 graden Celsius en de relatieve luchtvochtigheid moet rond de 35 procent zijn. Hierdoor wordt de levensduur van film bestendigd. Door de overstroming was de luchtvochtigheid naar 90 procent gestegen. Drogers proberen deze extreme luchtvochtigheid, die schimmelvorming in de hand werkt, omlaag te brengen.”

De in 1939 gebouwde kunstbunker in Castricum die nu dienst doet als depot voor het Eye Filmmuseum wordt leeggepompt.
Foto Wouter de Wilde

Urgent

Door de klimaatcrisis is de urgentie om een nieuwe nitraatbunker te bouwen volgens Roumen toegenomen, met name door de nijpende situatie in Castricum. Maar ook de andere twee opslagbunkers van Eye hebben hun problemen, zegt hij. De situatie is zo urgent dat er over een paar jaar volgens hem een geheel nieuwe nitraatopslag zou moeten zijn. „Het plan hiervoor ligt al klaar. Met dank aan het ministerie van OCW is door de TU Eindhoven onderzoek gedaan naar de moderne, massief houten filmopslag van Filmarchiv Austria, toegespitst op de vraag hoe de Oostenrijkse situatie te vertalen naar een Nederlandse en of er sinds de bouw van deze geavanceerde kluis in 2010 nieuwe wetenschappelijke inzichten zijn opgedaan, zodat het nog beter kan.”

De bedoeling is dat de nieuwe filmopslag volledig energieneutraal en duurzaam is. De energie wordt geleverd door zonnepanelen, met batterijen die de koeling aansturen. Het gebouw is begroot op 5 miljoen euro, maar vooralsnog ontbreekt de financiering. Ook het vinden van een locatie is lastig, het mag niet in Natura2000-gebied, moet buiten de bebouwde kom en het liefst in een hoger gelegen gebied in Nederland. Roumen vertelt dat het bovendien moet passen in de Omgevingswet en voldoen aan Bevi-veiligheidsnormen voor gevaarlijke stoffen. Een lastige opgave, maar, zegt Roumen: „Een nieuwe kunstbunker kan ook gerealiseerd worden met andere archieven die nitraat in hun collectie hebben, zoals het Instituut voor Beeld en Geluid in Hilversum en het Rotterdamse Fotomuseum. Zodat al deze collecties weer toekomstbestendig zijn.”


Lees ook

In 1940 stak ‘De Nachtwacht’ met de veerpont het Alkmaardermeer over – en viel bijna overboord

De Nachtwacht wordt uit de bergplaats in Heemkerk gehaald en naar de Sint-Pietersberg in Maastricht gebracht, 1942.