N.B. Het kan zijn dat elementen ontbreken aan deze printversie.
Reportage
WK hockey De Nederlandse hockeyers gingen in de halve finale van het WK na shoot-outs onderuit tegen België. Het jonge team van bondcoach Jeroen Delmée bood de titelverdediger veel beter partij dan verwacht.
Stil op het veld en stil in de kleedkamer. „Het zal ook nog wel stil zijn in de bus naar het hotel, en bij het eten.” Lars Balk had even nodig voordat hij de mixed zone in kon vrijdag, voor zijn commentaar op de verloren halve finale tegen België. „De teleurstelling voelen” is de enige remedie die de verdediger kan noemen om zondag tijdens de troostfinale op het WK hockey te presteren. „Morgen moet de knop om, ik wil wel met een medaille naar huis.”
Voor de hockeyers van bondscoach Jeroen Delmee bleek België vrijdagavond opnieuw te sterk. Hoewel Nederland twee keer op voorsprong kwam, eindigde de wedstrijd in 2-2, en waren de Belgen beter bij de shoot-outs. Na een goede eerste helft en een mindere tweede helft „kom je daarop uit”, aldus keeper Pirmin Blaak, die in de slotfase nog een strafbal stopte.
De wedstrijd was Nederland uiteindelijk in het vierde kwart ontglipt, toen de geroutineerde Belgische ploeg erin slaagde de druk gestaag op te voeren. Blaak: „Zij weten hoe ze het gevoel over de wedstrijd kunnen manipuleren. Voor ons werd dat steeds zwaarder.”
Nieuwe lichting
België is de regerend wereld- en olympisch kampioen. Voorafgaand aan de halve finale had Oranje dan ook de druk bij de tegenstander gelegd. Zíj moesten hun status waarmaken, herhaalden spelers en coaches steeds.
:Lees ook: Oranje-hockeyer Koen Bijen: ‘Als je nooit verzaakt, kom je uiteindelijk bovendrijven’
Dit toernooi in India is een test voor de Nederlandse hockeyploeg, een nieuwe lichting waarvan negen spelers hun eerste WK spelen. In voorbereiding op de Olympische Spelen van Parijs in 2024 moesten ze, eerst in Rourkela en vervolgens in Bhubaneswar, ervaren hoe ze er individueel voor staan en hoe het team zich heeft ontwikkeld sinds de eerste interland onder Delmee in november 2021. De bondscoach spreekt in zijn analyses tijdens dit WK, van een „geslaagde campagne”.
In de eerste helft van de halve finale was Nederland de Belgen zelfs de baas. „Als je op zo’n vrije manier kunt spelen tegen de regerend kampioen, dan is dat – ongeacht het resultaat – iets om vertrouwen uit te halen”, zegt Delmee.
Op die manier kan verdediger Balk de wedstrijd vlak na de uitschakeling „nog even” niet zien. Hij geldt, met zijn 26 jaar, als routinier in dit nieuwe Oranje. Balk was er al bij op het WK van 2018, toen Nederland verloor van België na shoot-outs, in de finale. Bij de Olympische Spelen van Tokio verloren ze in de groepsfase. „Als speler wilde ik dit gevoel nooit meer, maar nu is het er toch weer”, zegt Balk. „De teleurstelling overheerst nu gewoon, helemaal omdat we hier niet van de mat zijn gespeeld.”
Als je op zo’n vrije manier kunt spelen, dan is dat iets om vertrouwen uit te halen
Jeroen Delmee bondscoach Nederland
Dat dankzij missers van Thijs van Dam, Terrance Pieters en Seve van Ass de shoot-outs opnieuw verkeerd uitpakten, maakte de nederlaag extra zuur. De Nederlandse ploeg had zich goed voorbereid op die een-tegen-een duels van maximaal acht seconden tussen keeper en speler, dacht Balk, die niet tot de aangewezen spelers behoorde. Ook doelman Blaak had alle vertrouwen in een goede afloop. „Ik keek er heel erg naar uit. Het is mijn moment om de ploeg echt te helpen. Maar het was een rommelige serie, zowel van de kant van de nemers als van mij – dat is een wisselwerking.”
De negatieve ontknoping van de shoot-outs ligt volgens Delmee niet aan de onervarenheid van zijn team. „Het gaat om het totaalplaatje. Shoot-outs vallen of ze vallen niet.
Eerder, in de wedstrijd zelf, bleken gewoon niet alle details te kloppen”, aldus Delmee, die in 1998 als speler wereldkampioen werd. „Een internationale topploeg weet zijn vrije spel volledig te benutten. Alle kansen die je laat liggen, maken dat het verschil uiteindelijk groot genoeg is om niet in de finale te staan.”