‘Weg uit de Champions League’: Tennet moet zich herpakken na verkoop Duitse tak

Stroomnetwerk Tennet moet van het kabinet afscheid nemen van zijn Duitse activiteiten. Het staatsbedrijf is er niet blij mee, maar Den Haag en Berlijn zien beide voordelen.

Dronebeeld van werkzaamheden door netbeheerder Tennet bij Wijk aan Zee. Er worden geulen gegraven voor zeekabels naar nieuwe windparken op de Noordzee.
Dronebeeld van werkzaamheden door netbeheerder Tennet bij Wijk aan Zee. Er worden geulen gegraven voor zeekabels naar nieuwe windparken op de Noordzee.

Foto JEFFREY GROENEWEG/ANP

En ineens lag ‘project Ampere’ op straat. Het is de codenaam van stroomnetbedrijf Tennet voor de gedwongen verkoop van zijn Duitse divisie. Woensdag lekte uit dat het kabinet dit belangrijke onderdeel van het staatsbedrijf op korte termijn wil verkopen aan de Duitse overheid – zeer tegen de zin van Tennet in. Met de verkoop is naar schatting 20 à 25 miljard euro gemoeid: de grootste verkoop van een staatsbedrijf ooit.

Ondanks de bezwaren bij Tennet tegen de gedwongen verkoop vond de aftrap van Ampere op dinsdag 10 januari plaats, tijdens een zogeheten kick-offbijeenkomst bij het stroomnetbedrijf, dat in Nederland en in een fors deel van Duitsland bijna 25.000 kilometer aan hoogspanningslijnen beheert.

Op dat moment was het voor de top al duidelijk dat alle andere scenario’s van tafel waren, voor zowel Den Haag als Berlijn. Aanvankelijk werd nog gehoopt dat Berlijn genoegen zou nemen met een minderheidsbelang, maar dat was tegen beter weten in. Volgens een intern document van Tennet moet er op 28 maart een akkoord tussen Nederland en Duitsland zijn bereikt over de splitsing. Dat is doorgaans het geijkte moment om officieel met het nieuws naar buiten toe te treden.

Het uitlekken van project Ampere zette woensdag veel in gang. Verantwoordelijk minister Sigrid Kaag (Financiën, D66) belde nog dezelfde ochtend verontwaardigd met Manon van Beek, de hoogste baas van Tennet: waarom lag het nieuws op straat?

De bestuursvoorzitter zelf trachtte woensdagochtend via een interne mail de ruim 6.000 medewerkers gerust te stellen. Daarin zei Van Beek niet in te kunnen gaan op de berichtgeving, omdat de onderhandelingen nog liepen. Ze kondigde wel aan zo snel mogelijk duidelijkheid te gaan verschaffen.

‘Geld harken’

Onrust ontstond er ook bij Kamerleden. De verkoop van de Duitse tak van het netbedrijf ligt gevoelig, omdat juist de Duits-Nederlandse combinatie van activiteiten huishoudens en bedrijven in eigen land financieel voordeel zou opleveren. Als gevolg van ‘schaalvoordelen’ zouden de netwerktarieven lager liggen. En ook voor het laten slagen van de energietransitie zou een gecombineerd Nederlands-Duits Tennet cruciaal zijn. Tennet wordt, zoals het nu is, bovendien door sommigen gezien als een ‘internationale kampioen’. Het bedrijf maakte afgelopen jaren altijd aanzienlijke winsten. Vorig jaar werd voor het eerst verlies geleden, als gevolg van hogere kosten om het elektriciteitsnet in balans te houden. Die kosten worden later via de tarieven terugverdiend.


Lees ook het interview met Ben Voorhorst, voormalig operationeel directeur bij Tennet: ‘De stroomvoorziening gaat compleet anders werken’

Henri Bontenbal van coalitiepartij CDA zei tegen BNR niet meteen enthousiast te zijn over de gedwongen verkoop, en dat hij er „tafelzilvergevoelens” bij kreeg. Het gecombineerde Tennet zorgt volgens hem voor „vorderingen op het gebied van windenergie op zee en ook zit er rendement op”. Senator Martin van Rooijen van 50Plus sprak van „typisch kortetermijndenken” van het ministerie van Financiën – „geld binnen harken”. En Tom van der Lee (GroenLinks) riep de minister van Financiën op zo snel mogelijk opheldering te geven in een besloten briefing. Dat gaat, zo verwacht de Tweede Kamer, binnen twee weken gebeuren.

Tegelijkertijd hebben Duitsland en eigenaar Nederland serieuze argumenten voor een volledige verkoop van Tennet Duitsland. Al in september 2019 gaf toenmalige minister van Financiën Wopke Hoekstra aan dat de risico’s voor de schatkist te groot werden. Inmiddels wordt jaarlijks voor ruim 5 miljard euro geïnvesteerd in het stroomnetwerk van Tennet, en twee derde daarvan wordt besteed aan de Duitse tak.

Al ruim drie jaar wordt er daarom met tussenpozen gesproken over verkoop van de Duitse tak van Tennet en afgelopen najaar kregen de gesprekken op initiatief van Berlijn meer vaart. Door de Russische invasie in Oekraïne en de gestaakte gasleveranties door Gazprom is soevereiniteit op energiegebied een serieus thema geworden.

Gunstige opbrengst

Kortom, de timing voor een verkoop is uitstekend, zullen voorstanders concluderen. Daarbij kan de eventuele pijn in Den Haag worden verzacht met een opbrengst van misschien wel 25 miljard euro. Het Duitse netwerk werd dertien jaar geleden voor 1,1 miljard euro gekocht. De waardestijging is deels een gevolg van de (Nederlandse) investeringen, maar ook van de gestegen strategische waarde van stroomnetwerken: door de nadruk op duurzame stroom vergt balancering van het net veel meer inspanningen.

Daar tegenover staan de argumenten van Tennet tegen een opsplitsing. In 2010 verdubbelde het bedrijf in grootte nadat het van energiebedrijf EON ruim 11.000 kilometer aan hoogspanningskabels overnam. EON moest dit netwerk op last van toenmalig Eurocommissaris voor Mededinging Neelie Kroes in de etalage zetten, omdat het concern na verschillende overnames te dominant begon te worden. Datzelfde EON is nu overigens het moederbedrijf van de Nederlandse marktleider Essent.

Sinds 2010 is, volgens een berekening van Tennet zelf, voor 2 à 3 miljard euro aan synergievoordelen gerealiseerd. De staat heeft daarnaast circa 1 miljard euro aan dividend ontvangen – volledig dankzij de Duitse tak. In Nederland kan Tennet als monopolist geen winst maken.

Daarnaast zegt Tennet met de huidige omvang van extra waarde te zijn voor de verduurzaming. Zonder barrières kan extra stroom van windparken in de Noordzee naar Duitse gebruikers worden getransporteerd. Daar staat tegenover, zegt de Groningse hoogleraar Machiel Mulder (Energie-economie) dat beide landen nu meer geld in het eigen netwerk kunnen gaan investeren. „Dat is juist goed voor de energietransitie. Zeker voor Duitsland, dat veel bottlenecks kent.”

Weg uit Champions League

Begin vorige week had de top van het bestuur een ‘heidag’ om te discussiëren over de gedwongen verkoop, aldus het Tennet-document. Ze troffen elkaar op het terrein van het Limburgse industriecomplex Chemelot. Na een „praatje bij het haardvuur” met Chemelot-bestuurder Loek Radix deelden ze de „reflecties op de kerstdagen” en gingen in discussie over de „gevolgen en mogelijkheden” van een volledige overname door Duitsland. Ook zou er „een eerste beeld” worden gevormd waarvoor de opbrengsten zouden kunnen worden gebruikt.

Uit het document blijkt in welk lastig parket Tennet door de verkoopplannen komt te zitten. Het staatsbedrijf heeft officieel niets te zeggen over zijn toekomst, maar zal de gekozen route wel naar buiten toe moeten verdedigen. In de voorgenomen communicatiestrategie leidt dat tot een ingewikkelde evenwichtsoefening. „Tot nu toe was onze framing naar buiten toe altijd dat onze grensoverschrijdende activiteiten van strategisch voordeel zijn voor Nederland”, valt in het interne document te lezen. „We zullen nu het beeld dat Tennet wordt gereduceerd tot een landelijke speler (niet langer in de Champions League) moeten verzachten met […] geloofwaardige antwoorden en meer substantiële argumenten.”

De overname past helemaal in de lijn van het nieuwe Duitse denken na de Russische aanval op Oekraïne

Voor de straks afgestoten Duitse divisie ligt dat heel anders. Anders dan in Nederland zal de overname in Duitsland louter worden toegejuicht, denkt Tennet. „Het verkrijgen van een controlerend belang in de Duitse tak past helemaal in de lijn van het nieuwe Duitse denken na de Russische aanval op Oekraïne, de Zeitenwende.” Duitsland, het enige EU-land dat dergelijke essentiële infrastructuur volledig in buitenlandse handen heeft gegeven, wil sinds de energiecrisis die controle weer terug. Naar buiten toe kan de stap worden gecommuniceerd als een „correctie op een systeemfout”.

Bovendien is Nederland minder snel bereid om te investeren in het upgraden van de Duitse netten van Tennet en in Duitsland klinkt ook weinig weerstand tegen „de framing” dat een overname de energietransitie in eigen land kan versnellen. Politiek zal de stap, kortom, dan ook op „overweldigende steun” kunnen rekenen.

Pikante vraag is in hoeverre de interne verhoudingen als gevolg van de plannen onder druk zijn komen te staan. De top van Tennet is half Nederlands en half Duits, de managementlagen direct daaronder zijn ook qua nationaliteit in evenwicht. Mogelijk denken de Nederlanders in de top van het bedrijf, onder wie topvrouw Manon van Beek, anders over de aanstaande scheiding dan de Duitsers daarin, onder wie financieel bestuurder Arina Freitag.

Een bron binnen het bedrijf benadrukt dat de leiding van het bedrijf alleen maar dichter bij elkaar is komen te staan als gevolg van de gedwongen splitsing. „Net na de overname waren er heus weleens Duitsers die dachten: wat moeten al die Nederlanders hier. Maar de gehele top ziet de voordelen van elkaar aanvullen.”