Grafisch ontwerper Daan Janssens (47) woont in Breda tussen twee fabrieksschoorstenen waar al jaren geen rookpluimen meer uit komen. Pal voor zijn deur staat de schoorsteen van de voormalige bierbrouwerij De Drie Hoefijzers. Aan de andere kant van zijn flat torent boven het spoor de schoorsteen uit van drop- en pepermuntfabriek De Faam. Janssens groeide om de hoek van de suikerwarenfabriek op en herinnert zich de zoete geur die De Faam verspreidde. De Drie Hoefijzers stonk een uur in de wind, zegt hij.
De grafisch ontwerper is al jaren gefascineerd door gemetselde fabrieksschoorstenen. Het zijn bijzondere bouwwerken, zegt hij, staande naast de veertig meter hoge schoorsteen van De Faam. „Voel je niet de grootsheid?”
Kort geleden publiceerde Janssens Still standing, standing stil. De landmarkfunctie van fabrieksschoorstenen. Zijn boek is een ode aan het industriële erfgoed dat lang symbool stond voor welvaart en vooruitgang; een beetje stad had een door schoorstenen gedomineerde skyline. Tegelijk is zijn boek ook een voorstel om nieuwe betekenis te geven aan de overgebleven schoorstenen.
Janssens wil graag schoorstenen beschilderen met grafische patronen die de activiteiten van de verdwenen fabrieken verbeelden. Deze schilderingen kunnen de nieuwe betekenis van schoorstenen versterken, stelt hij. Met veertig gephotoshopte voorbeelden demonstreert de ontwerper in zijn boek hoe kleurrijk beschilderde schoorstenen aan zichtbaarheid winnen en dus kunnen helpen met navigeren in de bebouwde omgeving.
Efteling
Waar en wanneer zijn fascinatie voor schoorstenen ontkiemde, kan Janssens precies aangeven. Dat was zeven jaar geleden in De Efteling, zegt hij. Met zijn zus stond hij bij Baron 1898, een achtbaan gethematiseerd rond een goudmijn. In die achtbaan had hij geen trek, zegt Janssens. „Maar pal daarnaast stond een schoorsteen. Omhoogkijkend zag ik opeens de schoonheid van de vorm, de in een cirkel gestapelde bakstenen die naar de hemel rijzen.”
Tussen 1880 en 1960 verrezen duizenden schoorstenen om de verbrandingsgassen van stoomketels af te voeren
De grafisch ontwerper verdiepte zich in het onderwerp en ontdekte dat Nederland nog niet zo lang geleden volstond met gemetselde schoorstenen. Na de introductie van de stoommachine verrezen duizenden schoorstenen om de verbrandingsgassen van stoomketels af te voeren.
Van de circa 7.000 tussen 1880 en 1960 gebouwde schoorstenen zijn de meeste gesloopt, zegt Janssens. En van de vijfhonderd schoorstenen die nog overeind staan, verkeert een groot deel in slechte staat. Het besef dat schoorstenen betekenisvol industrieel erfgoed zijn, daalde pas vrij recent in.
In zijn boek somt hij 170 schoorstenen op met monumentenstatus. De twee oudste dateren uit 1811: die van een ijzergieterij in Gendringen en een schaatsenfabriek in IJlst. De hoogste wettelijk beschermde schoorsteen is nog in gebruik. Dat is de tachtig meter hoge, in 1951 gemetselde schoorsteen van de destijds nog op kolen gestookte energiecentrale in Leiden. Deze schoorsteen is nog altijd het hoogste bouwwerk van de stad.
Heldere communicatie
Twee naslagwerken inspireerden Janssens tot zijn boek. De Stichting Fabrieksschoorstenen publiceerde in 2017 een lijvige studie over Nederlandse fabrieksschoorstenen door A.J. Barnard. Daaruit leerde de ontwerper van alles over de bouwwijzen en de vormgeving van schoorstenen.
Supernew Supergraphics vormde zijn tweede inspiratiebron. Dat uit 2014 daterende boek laat zien hoe ontwerpers wereldwijd met grote grafische afbeeldingen op bouwwerken de openbare ruimte proberen te veranderen.
Janssens spiegelde zich vooral aan de activiteiten van de Society for Experiential Graphic Design (SEGD), een in de jaren zestig in de Verenigde Staten opgerichte groep ontwerpers en kunstenaars. Gewapend met kwasten en potten verf gingen de leden de straat op. Met kleurige beschilderingen op in verval geraakte gebouwen hoopte de groep de sociale omstandigheden van de vaak arme bewoners te verbeteren.
Grafisch ontwerper Janssens noemt het „een droom” dat hij binnenkort een keer een schoorsteen mag beschilderen
Met zogenoemde SuperGraphics richtte de SEGD zich later ook op de visuele kant van bewegwijzering en heldere communicatie van complexe informatie. Inmiddels telt de in Washington gevestigde organisatie meer dan 2.200 leden in 36 landen. De bedoeling van de grafische ontwerpen voor ziekenhuizen, musea en andere openbare ruimtes, aldus de site: „De menselijke ervaring te verrijken en bouwwerken meer inclusief en intuïtief, emotioneel en boeiend, duurzaam en gedeeld te maken.”
Bessensap
Met zijn eigen ‘SuperGraphics’ wil Janssens ook iets teweegbrengen. De schoorstenen verdienen het, zegt hij. „Ooit stonden ze in dienst van fabrieken, nu fungeren ze als landmark.” De pictogrammen waarmee hij de vroegere fabrieksactiviteiten op de schoorstenen wil verbeelden, zijn gebaseerd op een stramien ontleend aan de gebruikte baksteenpatronen.
Voor de schoorsteen van de voormalige steenfabriek Oost-Groningen tekende Janssens een patroon met de typerende rode bakstenen die de fabriek jaren produceerde. De pijp van vruchtenwijnfabriek Phaff in Winschoten bedekte hij digitaal met druppels bessensap, die van Lettergieterij Amsterdam met het silhouet van uit lood gegoten letters.
Nog geen van Janssens’ ontwerpen is gerealiseerd. Hij noemt het „een droom” dat hij binnenkort een keer een schoorsteen mag beschilderen. Hoop put hij uit een oud project in Washington, dat hij onlangs op Instagram tegenkwam. Op zijn telefoon laat hij zien hoe de Amerikaanse kunstenaar Alex Brewer in 2012 een leegstaande kerk van de baptistengemeente volledig beschilderde met een eclectische mix van levendige kleuren en grillige patronen.
„Het kan dus”, zegt Janssens. „En mij gaat het ook lukken.” Zijn boek noemt hij een opstapje om enthousiasme voor zijn plannen te wekken.