Wilde je begin jaren tachtig een afbeelding jatten, dan kon je bijvoorbeeld de originele foto fotograferen. Je ontwikkelde het negatief en maakte een nieuwe afdruk. Een tijdrovend proces, waarbij een deel van de kwaliteit verloren ging. Als rechtenstudent behartigde Tim Kuik (67) destijds de belangen van fotografen. Als hun beelden zonder toestemming waren gebruikt, probeerde hij ervoor te zorgen dat ze alsnog betaald kregen.
Een decennium later maakten digitale fotografie en internet kopiëren en stelen van beelden een peulenschil. Het internet werd een vrolijke vrijmarkt en een roversbal in één. Kuik had voor de rest van zijn carrière werk.
Internet was nieuw en revolutionair, een speelveld van hackende anarchisten met idealen: dankzij het wereldwijde web zouden uitgevers en overheden hun greep op informatie verliezen. Iedereen kon publiceren en zich informeren. De democratie zou worden versterkt. Het was een wereld op zichzelf, geen saaie infrastructuur met regels zoals die offline golden.
Wie daar anders tegenaan keek, was een spelbreker. Zoals Tim Kuik, drijvende kracht achter Brein, een private stichting die het intellectuele eigendom van makers van onder meer films, muziek, foto’s en games verdedigt tegen illegale downloaders en kopieerders. Hij was erbij betrokken vanaf de oprichting, eind jaren negentig, tot aan zijn recente pensionering.
„Ik stond aan de verkeerde kant”, omschrijft hij de manier waarop hij lang werd bejegend. Dat uitte zich ook in persoonlijke bedreigingen. „Vrijheid, blijheid voor iedereen”, kenschetst Kuik het sentiment in die beginjaren. „En internet was het meest democratische wat er bestaat.”
Uit de onderkoelde manier waarop hij hierover aan de keukentafel praat, spreekt geen nostalgisch verlangen naar deze fase in de internetgeschiedenis. „Ik vind de vrijheid van meningsuiting en privacy heel waardevolle verworvenheden. Die moeten verdedigd worden. En het auteursrecht ook. Maar handhaven van die regels was op internet uit den boze. Het moest allemaal vrij zijn: ‘nu was het de beurt aan de consument’.”
En u was dus niet een van de anarchistische, coole, vrije jongens.
„Ik werd gezien als lakei van het grootkapitaal. En dat mensen mooie dingen konden maken en hun brood konden verdienen met de distributie daarvan, vond ik ook wel cool. Ik heb altijd gevonden dat er grenzen zitten aan dat mooie vrije en open internet. Ook als iets op internet staat, heb je wel een verantwoordelijkheid.”
Dat is nog steeds geen populaire boodschap. Vrijheden op internet beperken ruikt al snel naar censuur. Kuik voerde namens Brein veel rechtszaken om blokkades te bewerkstelligen van de toegang tot websites die illegaal downloaden mogelijk maakten van muziek, films en games. Tegenover hem stonden dan vaak verhuurders van serverruimte (hosting) en internetproviders, zoals XS4all, die erop wezen dat blokkades moeilijk verenigbaar zijn met de vrijheid van meningsuiting.
„In de kern draait het altijd om: wie moet wat doen”, vat Kuik samen. „Hoe kun je bijvoorbeeld optreden tegen illegale goksites?” Zijn antwoord is altijd geweest: dan moet je die ontoegankelijk maken.
Dat moest via de civiele rechter worden afgedwongen. Want doorgaans bleek niemand daartoe vrijwillig bereid. De internetprovider niet. Het hostingbedrijf niet. De consument die films bekeek of muziek luisterde zonder auteursrechten te betalen niet. Dat beviel prima, en het ging steeds sneller en gemakkelijker.
Lees ook
Waar blijft mijn boete voor downloaden?
En, wat Kuik nog het meeste stoorde, ook de overheid niet.
„Politiek kregen we in het begin weinig voor elkaar. De IT-sector zei: het internet moet open en vrij blijven. Handhaven zou maar stemmen kosten.”
Misschien een extreem voorbeeld, zegt Kuik, maar het gold ook voor kinderporno. „De politiek weigerde af te dwingen dat providers websites met kinderporno blokkeerden. Maar zou je dat in een winkel ook op de schappen laten liggen?”
De verspreiding van ‘ongeautoriseerde inhoud’ heeft de groei van internet in het begin gesubsidieerd, stelt Kuik. „Mensen betaalden wel voor hun internetabonnement, maar verwachtten vervolgens dat ze alles gratis konden bekijken.”
Hij wijst erop dat veel intellectuele-eigendomsrechten, zoals auteurs- en merkrechten, in Nederland zijn ondergebracht. Nederland is bovendien een van de allergrootste internetknooppunten van de wereld. „De Nederlandse overheid heeft gewoon een beleid van: grote luchthaven, grote zeehaven, grote internethaven. En hoe krijg je die? Door geen of zo min mogelijk regulering.”
Lees ook
Het is net Netflix – alleen dan gratis, groter en illegaal
We hebben in dertig jaar veel ervaring opgedaan met internet, ook met de negatieve kanten. Verandert de politieke opstelling?
„Ik denk het wel. Destijds kostte het stemmen als je internet beperkingen oplegde. Nu is de gedachte eerder dat verspreiding van desinformatie de democratie aantast en stemmen kost. Wil je dat aanpakken, dan moet je echt bij de poortwachters zijn. Daar kun je ingrijpen en controle krijgen op de informatiestroom op het internet – bij desinformatie, haatzaaien, terrorisme, kinderpornografie.”
Inmiddels ligt er jurisprudentie voor het blokkeren van websites. Daarbij lijkt het er steeds op dat internetbedrijven worden aangepakt, terwijl cybercriminelen het gemakkelijk hebben. Is dat niet scheef?
„Je moet het één doen en het ander niet laten. Het kost tijd om daders te identificeren en aan te pakken. En intussen gaat de illegaliteit door. Terwijl je rechercheert, moet je ook de verspreiding aanpakken. Providers hoeven niet proactief aan de gang. Maar als ze ingelicht worden over misstanden, als ze ervan wéten, dan mogen ze zich daar niet blind voor houden.”
Kuik verwierf bekendheid door zijn strijd tegen peer to peer-diensten als Napster, Kazaa, BitTorrent en Pirate Bay, die downloaden van bestanden vanaf talloze computers tegelijk faciliteerden. Deze ‘torrentsites’ maakten het mogelijk in betrekkelijk korte tijd hele films illegaal te downloaden. De bestanden stonden elders, de sites boden alleen linkjes ernaar. Dat maakte het debat over de verantwoordelijkheid en aansprakelijkheid complexer.
Die juridische strijd duurde lang. Stichting Brein probeerde intussen het verdienmodel van de torrentsites uit te hollen door adverteerders weg te jagen door hen erop te wijzen dat ze naast een illegale dienst in ‘de etalage’ stonden. Dat sorteerde effect. „Uiteindelijk bleven alleen porno- en gokadvertenties over.”
In 2018 oordeelde het Europees Hof van Justitie uiteindelijk dat providers de toegang tot onder meer Pirate Bay moesten blokkeren. Een grote overwinning voor Kuik en Brein.
De afgelopen jaren draaide Kuiks werk met name om het aanpakken van illegale betaal-tv-abonnementen (IPTV). Nog een recente ontwikkeling was de terugkeer van illegale concertopnamen op vinyl. Anders dan in de jaren zeventig zijn deze bootlegs, toen verspreid in onopvallende witte hoes, van hoge kwaliteit.
De komende periode staat kunstmatige intelligentie centraal, verwacht Kuik. De algoritmes hierbij worden getraind met beeld en tekst waarover in de regel geen auteursrechten zijn betaald. Dat roept vragen op die nog tot veel rechtszaken zullen leiden.
Kuik woonde tussen 1987 en 1999, toen hij directeur bij Brein werd, in het Verenigd Koninkrijk, België en de Verenigde Staten. In de jaren negentig hielp hij het begrip ‘intellectueel eigendom’ introduceren in landen die daarvoor achter het IJzeren Gordijn lagen en socialistisch waren. Hij was betrokken bij het opzetten van tientallen antipiraterij-organisaties wereldwijd, vaak publiek-private samenwerkingen.
„Wij waren met Brein de eerste die een handhavingsstrategie met betrekking tot auteursrecht ontwikkelden. Je gaat achter de bron van het illegale aanbod aan. Die is vaak anoniem. Dan ga je achter de hostingbedrijven aan. Die moeten de dienst ontoegankelijk maken én vertellen wie hun klant is. Dat laatste wisten ze vaak niet. Ook daarvoor moesten we dan naar de rechter. Niemand wilde vrijwillig meewerken.”
Inmiddels domineren grote streamingdiensten als Spotify, Netflix en HBO het onlineaanbod. Mensen betalen auteursrecht via hun abonnement. Dat heeft illegaal gebruik verminderd, maar zeker niet gestopt. De huidige strijd is vooral tegen de IPTV-abonnementen, waarvan er in Nederland zo’n 900.000 zouden zijn afgesloten. Deze streamingdiensten bieden via een decoder toegang tot de inhoud van duizenden kanalen en diensten als Disney+, voor 5 tot 10 euro per maand. Kuik: „Ik moet oppassen dat het niet als promotie klinkt als ik ze omschrijf.”
Die strijd voert nu zijn opvolger, Bastiaan van Ramshorst. Kuik zelf is druk met de voorbereiding van een wereldreis, samen met zijn Britse vrouw. Het plan is in een kleine camper van Alaska naar de uiterste zuidpunt van Chili te trekken.
De fundamentele vragen over anonimiteit, aansprakelijkheid, verantwoordelijkheid en handhaving op internet keerden uw hele loopbaan terug. Hoe staan we er nu voor?
„Een van de gevaren van het internet is dat je heel gauw down the rabbit hole gaat. Algoritmes bepalen wat jij interessant vindt. Zo krijg je een steeds eenzijdiger aanbod voorgeschoteld. Je wordt niet meer blootgesteld aan informatie en meningen die je wereldbeeld kunnen nuanceren. Eigenlijk vernauwt het internet zo het wereldbeeld van heel veel mensen. Dat ondermijnt het democratisch proces.”
Hoe Kuik dat zou aanpakken? Langs juridische weg, natuurlijk. Met regelgeving die hoor en wederhoor verplicht, denkt hij hardop. En hij zou eisen stellen aan de werking van algoritmen. En het mag minder gemakkelijk worden om online anoniem te zijn. Net zoals hostingbedrijven horen te weten wie hun klanten zijn, zou iedereen moeten kunnen checken wat de bron van informatie is.
„Een goede vuistregel is: als je het op straat niet durft te zeggen, moet je het op internet ook niet doen. Sociaal acceptabel gedrag komt ook doordat er een mate van herkenbaarheid is. Je moet de moed van je eigen overtuigingen hebben.”
En het recht op privacy dan?
„Je hebt een recht op privacy. Maar niet per se op anonimiteit. Dat zijn twee verschillende dingen.”
Intussen zijn het recht op privacy en het auteursrecht wel vergelijkbaar, vindt Kuik. „Wie creëert nu jouw informatiestromen, jouw persoonsgegevens op het internet? Dat doe jij. Dat zijn jouw gegevens, die mag een bedrijf niet zomaar gebruiken om je ongevraagd met van alles te benaderen.
„Jij hebt recht op die gegevens, die heb jij met jouw gedrag gecreëerd. Als een ander daar iets mee wil, moet jij daar toestemming voor kunnen geven.”