Leiderschap in turbulente tijden: niet ‘ik’, maar ‘wij’

Je zult nu maar premier worden. Of baas van een bedrijf. Duiders van de huidige tijd zeggen dat we leven in een polycrisis en een permacrisis. Er spelen veel uitdagingen tegelijk – oorlog, migratie, vergrijzing, klimaatverandering, de opkomst van AI – en dat blijft nog wel even zo. Dit stelt bijzondere eisen aan leiders.

Neigingen en reflexen

Onderzoekers Janka Stoker en Harry Garretsen schreven het boek Goede leiders in onzekere tijden. Daarin noteren ze onder meer enkele minder nuttige neigingen tijdens crises. Zo klinkt vaak de roep om ‘nieuw leiderschap’. Simplistische stereotypen spelen daarbij een hoofdrol: we willen een sterke man die ingrijpt of een begripvolle vrouw die zorgt.

Zittende leiders hebben daarnaast in crisistijd de reflex om directiever te worden. Vaak wordt die neiging om meer te controleren en te sturen te lang doorgezet. Maar als er geen acute dreiging is, dan is juist brede participatie, van burgers of medewerkers, essentieel om tot nieuwe ideeën en oplossingen te komen.

Verbinding

Die brede participatie bereik je met ‘identity leadership’, identiteitsleiderschap, zeggen Stoker en Garretsen. Bij die stijl van leidinggeven staat niet de leider, maar de groep centraal. Niet ‘ik’, maar ‘wij’. En niet polarisatie, maar verbinding.

Hoe doe je dat? Leiders richten zich bij identiteitsleiderschap op het creëren van saamhorigheid. Ze zien de groep niet als oorzaak van de crisis, maar juist als oplossing. Ze spreken mensen niet aan als volgers, maar als partners. Wat helpt is een verbindend verhaal, over wie we zijn en waar we samen heen willen. En in hun gedrag laten leiders zien wat gezamenlijke normen en waarden zijn en wat er van iedereen wordt verwacht.

Dit alles inspireert burgers en medewerkers tot meer betrokkenheid en eigen initiatief, blijkt uit onderzoek van de Australische organisatiepsycholoog Alexander Haslam en collega’s. De voormalige premier van Nieuw-Zeeland, Jacinda Ardern, wordt vaak genoemd als een voorbeeld van een leider die deze stijl effectief toepaste.

Pragmatisme

Vaak hopen we dat een crisis uiteindelijk zal leiden tot positieve verandering. Maar, waarschuwen Stoker en Garretsen, daar is meer voor nodig dan hoop. Je hebt ook een plan van aanpak nodig, de politieke wil en de macht om die verandering door te zetten.

Twee andere onderzoekers, politicologen Chris Ansell en Arjen Boin, reiken hiervoor handvatten aan. Zij stellen dat crises vooral gebaat zijn bij een aanpak die geworteld is in de filosofie van het pragmatisme. Wat betekent dat?

Een bescheiden houding van de leider, omdat je weet dat je kennis beperkt en voorlopig is. Een lerende, onderzoekende, experimenterende aanpak van veranderingen. Heldere communicatie en een open discussie met anderen, waarbij je samen zoekt naar wat werkt.

Leiders moeten accepteren dat je onzekerheid niet kunt oplossen of uitbannen, zeggen Ansell en Boin. We zullen moeten leren om met onzekerheid te leven.