Zware aardbevingen zullen komen. Is een miljoenenstad als Jakarta voorbereid?

Aardbevingen Indonesië wordt ieder jaar getroffen door duizenden aardbevingen. Toch gelden voor de meeste gebouwen nauwelijks veiligheidsvoorschriften.

Indonesië wordt jaarlijks getroffen door duizenden aardbevingen. Voor hoogbouw gelden strenge bouwregels, maar voor de meeste, lagere gebouwen zijn die er niet.
Indonesië wordt jaarlijks getroffen door duizenden aardbevingen. Voor hoogbouw gelden strenge bouwregels, maar voor de meeste, lagere gebouwen zijn die er niet.

Foto Bay Ismoyo/AFP

‘Dit is de vluchtverdieping”, zegt de Indonesische architect Leonardi Kawidjaja (50) van het internationale ingenieursbureau Arup. De 39ste etage van de Astra-toren, een blinkende wolkenkrabber van 63 verdiepingen in het zakendistrict van Jakarta, biedt uitzicht rondom. De architect wijst naar een zigzaggende pilarengordel van beton en staal die de etage, gebouwd als een vierkante donut om het centrale bouwskelet, bijeenhoudt. „Als er een aardbeving is, houdt deze gordel-constructie de verdieping in tact. Mensen kunnen bij een ramp hier hun toevlucht vinden. Vanaf deze etage worden ze geëvacueerd.” De verdieping is in het midden verbonden aan betonnen pilaren die het hele gebouw dragen. De positie en zwaarte van de pilaren zijn volgens Kawidjaja zodanig bemeten, dat het gebouw ook bij de zwaarst mogelijke aardbeving overeind blijft.

Indonesië, dat op breuken van bewegende aardplaten ligt, wordt jaarlijks getroffen door duizenden aard- en zeebevingen. Volgens fysisch geoloog Heri Andreas (44) van de Technische Universiteit van Bandung staat Indonesië aan de vooravond van een piek in een tweehonderdjarige aardbevingscyclus. „Rond 1800 was er een reeks zware aardbevingen”, vertelt Andreas. „Rond 1600 ook. En er zijn aanwijzingen dat het aantal krachtige aardbevingen, net als toen, opnieuw zal toenemen.” Zo zijn rond de Straat van Soenda de laatste vijf jaar steeds meer middelgrote aardbevingen waargenomen. Ondergrondse spanningen bouwen zich op. „Het kan zijn dat de spanning beetje bij beetje naar buiten komt. Maar het kan ook zijn dat ze, net als bij de Hulk, in een grote explosie ontlaadt.” En dat betekent dat ergens in de komende dertig jaar een aardbeving met een kracht van 8 of 9 kan plaatsvinden in dichtbevolkte gebieden, zoals Java. Ook nabij een stad als Jakarta, aldus Andreas.

Indonesië kent een tweehonderdjarige aardbevingscyclus. Op dit schilderij van Willem Troost vluchten mensen uit het paleis van Buitenzorg bij een beving in 1834.
Collectie Rijksmuseum

Op 21 november werd de stad Cianjur op West-Java getroffen door een aardbeving met een kracht van 5,6. Een middelgrote beving. Maar omdat de aardbeving vlak onder het aardoppervlak plaatsvond, was de schade groot. Ruim driehonderd mensen kwamen om. Zo’n twintigduizend huizen werden vernietigd. Ook in Jakarta werd de beving gevoeld. De stad ontkwam aan een ramp, omdat het epicentrum redelijk ver weg was. Maar wat als de aardkorst onder Jakarta wel hard schudt? Is de miljoenenstad voorbereid op een zware beving?

‘Wel schade, geen instorting’

Kawidjaja heeft met zijn team tientallen flats in Jakarta ontworpen. In Indonesië moeten gebouwen met meer dan acht verdiepingen voldoen aan zogenaamde ‘seismische’ bouweisen. „De overheid controleert vrij secuur en de huurders van deze hoogbouw zijn mondig. Ze eisen een woning of kantoor volgens de laatste veiligheidsstandaard.” Als er een beving is geweest, wordt de architect door de meeste klanten opgeroepen om de schade te beoordelen. „Wij weten daardoor vrij precies hoe onze gebouwen door de jaren heen standhouden.” De hoogbouweisen zijn in 1984 voor het eerst opgesteld. „Helemaal up to date. Naar Amerikaanse standaard”, vertelt Kawidjaja. De bouwcode komt neer op: wel schade, geen instorting. „Plafonds en muren kunnen scheuren, maar het gebouw zelf moet blijven staan.”

Je zou verwachten dat er, in een land waar zoveel bevingen plaatsvinden, overal strikte bouwregels gelden. Dat is niet geval. Sterker nog, voor gebouwen met minder dan negen verdiepingen is er geen seismische bouwcode. „Kijk eens naar de stad”, zegt Kawidjaja om de ernst van zijn punt te benadrukken. Rondom de glimmende hoogbouw van het centrum toont het uitzicht tot ver aan de horizon kilometers laagbouw. Zo’n 80 procent van de ruim tien miljoen inwoners van Jakarta woont in een huis van een of twee verdiepingen. „Bijna al deze woningen zijn gebouwd zonder de juiste kennis”, stelt Kawidjaja. „Om een goed huis neer te zetten, moet je de krachten van het plafond en de muren goed berekenen en correct verstevigen. Maar de meeste aannemers weten niet hoe je dat moet doen. Daarbij is de extra versteviging voor de meeste mensen te duur. De overheid zou voor laagbouw beter beleid moeten maken.”

De meeste aannemers zijn niet geschoold over stevige bouwconstructies.

Krishna Suryanto Pribadi Bouwmanagementexpert

Bouwmanagementexpert Krishna Suryanto Pribadi (69) van de Technische Universiteit van Bandung beaamt dat de hoge gebouwen redelijk veilig zijn. „Er is in het hogere segment genoeg financiering om goed te bouwen. En in steden als Jakarta heeft de overheid redelijk effectieve controle-teams.” Pribadi doet al dertig jaar onderzoek naar de Indonesische bouwsector. „Een van de uitdagingen is het gebrek aan scholing bij de doorsnee aannemer”, vertelt hij. „De meeste mensen hebben geen geld voor een goede opleiding. Ze leren hun vak als leerling in de bouwput. Maar die traditie schiet te kort. Ze zijn niet geschoold over stevige bouwconstructies.”

Bij een beving in november in Cianjur vielen onder meer veel slachtoffers op scholen. De meeste openbare gebouwen zijn te laag om onder de bouwvoorschriften te vallen.
Foto Faisal Ramadhan/Getty

Bij de aardbeving van Cianjur werd pijnlijk duidelijk dat met name scholen en ziekenhuizen kwetsbaar zijn. De meeste openbare gebouwen zijn lager dan acht verdiepingen. En vallen dus buiten de bouweisen. Bij de aardbeving van Cianjur zijn verhoudingsgewijs veel kinderen omgekomen. Ze zaten tijdens de aardbeving op school en kwamen terecht onder vallende bouwdelen. „Openbare gebouwen zijn meestal wel neergezet volgens een technisch ontwerp”, vertelt Pribadi. „Maar de aannemers die het moeten uitvoeren begrijpen de tekening niet. Of kiezen voor een goedkope oplossing.”

Er zijn regels voor laagbouw: Zo moeten huiseigenaren en projectontwikkelaars bij de lokale overheid voor elk bouwproject toestemming aanvragen. „Maar meestal wordt alleen getoetst of het gebouw past in het bestemmingsplan.” Als er al eisen worden gesteld aan structurele stevigheid, dan is vervolgens het probleem dat de mensen die toezicht houden te weinig bouwtechnische kennis hebben, stelt Pribadi. „Er moet meer budget komen voor het opleiden en aanstellen van ingenieurs die lokale overheden helpen bij de controle van bouwprojecten.”

Arme mensen

Planoloog Saut Sagala (43), docent aan de Technische Universiteit van Bandung, pleit al jaren voor nationale regulering van laagbouw. „Ik heb al talloze seminars en workshops van de overheid bijgewoond en de ambtenaren op het hart gedrukt om wetgeving te maken voor bouw onder de acht verdiepingen. De overheid is op de hoogte van het belang van veilig bouwen. Ze weet maar al te goed wat de geologische kwetsbaarheden van Indonesië zijn.” Aardbevingen, overstromingen, stormen, vulkanen en landverschuivingen, alle gevaren worden nauwgezet in kaart gebracht. Maar tot nu toe ziet Sagala weinig beweging in het maken van wetgeving die aannemers en projectontwikkelaars dwingt om veilig te bouwen.


Lees ook Tussen de gevaarlijke vulkaan en de gewone Indonesiër staat de sjamaan

Sagala is verbonden aan het Resiliance Development Initiative (RDI), een onafhankelijke denktank die zich richt op weerbaar bouwen in Zuidoost-Azië. De organisatie is betrokken bij de wederopbouw van Cianjur. Sinds 2018 heeft de overheid een aardbevingsveilig prototype woonhuis van staal en beton ontwikkeld. „Zogeheten RISHA-woningen”, zegt Sagala aan de telefoon. „Geen slechte oplossing. En voor veel mensen redelijk betaalbaar.” Maar veel nieuwe huizen worden geplaatst op plekken waar mensen niet graag wonen. Te afgelegen. Ver van familie of werk. „Daarbij is het prototype vrij klein. Mensen gaan zelf ruimtes bijbouwen, waardoor het huis alsnog onveilig is.” Sagala beseft dat opleggen van veiligheidseisen aan de armere bevolkingsgroepen een probleem is. „Je zou regels stapsgewijs kunnen invoeren”, reageert hij. Hij stelt voor om strengere bouwvoorschriften fiscaal te stimuleren voor wie het kan betalen. „En in een later stadium oplossingen zoeken voor armere mensen. Dan gebeurt er in ieder geval wat.”

Zorgvuldig stapt Kawidjaja over bidmatjes die op de grond liggen. Omdat de vluchtetage kantoorvrij is, is het een goede ruimte om ongestoord te bidden. Er suist een fris windje langs de muren. Natuurlijk ventilatie, zodat de verdieping niet afhankelijk is van het klimaatsysteem. „Waardoor je ook bij brand op deze verdieping veilig bent”, licht Kawidjaja toe. Zelf woont de architect aan de rand van Jakarta, in een huis met twee verdiepingen. „Ik heb het niet zelf ontworpen, ik vrees dat ook mijn woning niet is bestand tegen een zware aardbeving. Ik slaap met mijn vrouw op de eerste verdieping. Want de meeste mensen worden bedolven onder instortende muren of plafonds, zoals in Cianjur gebeurde. Op de hoogste verdieping heb je een betere overlevingskans.”