Ik wil het weer eens over vluchtelingen hebben. Pardon, asielmigranten. Het valt me de laatste tijd op dat het woord vluchteling in de media en daarbuiten haast standaard is vervangen door asielmigrant, of gewoonweg migrant. Ook in dit medium, let maar eens op. Ik weet wel waarom. Een vluchteling moet ergens vandaan weg, oorlog of onderdrukking dwingen hem. We moeten hem helpen. Maar een migrant heeft een keuze om wel of niet ergens heen te gaan.
Migranten zijn vandaag de dag bepaald niet populair, behalve bij werkgevers als goedkope dan wel hoogopgeleide arbeidskracht. Als je, zoals het rechtse kabinet-in-wording, de strijd tegen de migrant hoog in het vaandel draagt maar abattoirs en ASML óók, is de asielmigrant de voor de hand liggende prooi. De asielmigrant is niet een vluchteling maar een gelukszoeker, die zonder tegenprestatie van ons wil profiteren. Ter Apel als noodzakelijk kwaad naar gratis woning en uitkering.
Crisis uitroepen en grenzen dicht, is nu het idee. Dat kan theoretisch wel, net als het opzeggen van vluchtelingen- of mensenrechtenverdragen. Desnoods gaan we uit de Europese Unie, hoorde ik Henk Kamp zeggen in een radiovraaggesprek vlak voor hij tot erelid van de VVD zou worden verheven. Niet goed voor het Nederlands imago én een heel gedoe, en vervolgens kan de rechter altijd nog een spaak in het wiel steken. Maar gelukkig is er nog geen Nexit, want daar is de Europese Unie die steeds meer autoritaire regimes aan de zuidgrenzen voor vele miljoenen euro’s in dienst neemt om de grensbewaking waar te nemen en asielzoekers binnen hun deuren te houden. In 2016 Turkije en Libië – onder andere steun voor de kustwacht die bootvluchtelingen onderschept en aan de goede zorg van lokale milities toevertrouwt – 2023 Tunesië en dit jaar Mauretanië en Egypte. Marokko komt nog.
De nieuwste in de rij werd deze maand het bankroete Libanon, dat ruim een miljard krijgt voor onderwijs en gezondheidszorg in ruil voor „goede medewerking om illegale migratie te voorkomen en het smokkelen van migranten te bestrijden”, zo zei Europese Commissievoorzitter Ursula von der Leyen 2 mei in Beiroet. Op aandringen van Cyprus, dat de groeiende stroom Syrische – en ook meer en meer Palestijnse – vluchtelingen daarvandaan zat is. De Cyprische president stond dat aan haar zijde uit te stralen.
Ik zeg het nog maar eens: Libanon is zelf méér dan overladen met vluchtelingen, naast een paar honderdduizend Palestijnse rond de 800.000 geregistreerde Syrische. Maar de registratie door de VN-vluchtelingenorganisatie UNHCR is al in 2015 op bevel van de Libanese regering stopgezet en naar schatting zijn het er feitelijk anderhalf miljoen, op een bevolking van ruim vijf miljoen. Demografisch omgerekend zou dat voor Nederland neerkomen op een kleine vijf miljoen vluchtelingen.
In werkelijkheid zijn het er eind 2022 volgens UNHCR 218.457, inclusief Oekraïeners. Waar klagen we over? De Libanese minister voor Ontheemden zei vorige week nijdig: „Met 750 miljoen inwoners weigert Europa om een miljoen ontheemde Syriërs op te nemen en eist in plaats daarvan dat Libanon de lasten draagt.” Hij suggereerde dat Libanon wel eens zijn havens voor vertrekkers kon openstellen.
Libanon wil de lasten niet meer dragen en duwt regelmatig vluchtelingen terug de grens over; vandaar die groeiende stroom Syriërs en Palestijnen richting Cyprus. Het ministerie voor Ontheemden heeft een plan klaar om elke maand vijftienduizend Syriërs te repatriëren of ze willen of niet. Een probleem is dat Europa nog niet bereid is daarvoor delen van Syrië veilig te verklaren, al hebben sommige lidstaten (straks waarschijnlijk ook Nederland) daar geen enkele moeite mee. Hoe onveilig die delen volgens mensenrechtenorganisaties ook zijn.
Ja, de tijden zijn wel veranderd sinds Bashar al-Assad in 2011 in de ban ging. Dat wil zeggen: hier. Assad is niet veranderd. Nog een probleem: Assad wil helemaal geen vluchtelingen, pardon, asielmigranten terug.
Carolien Roelants is Midden-Oostenexpert. Ze schrijft om de week een column.