Schrijnend persoonlijke liedjes en briljant gitaarspel van Adrianne Lenker

Anderhalf uur lang kon je een speld horen vallen in de volle grote zaal van het Concertgebouw in Amsterdam. Zangeres Adrianne Lenker boeide het publiek met schrijnend persoonlijke liedjes en briljant gitaarspel. Haar breedgerande cowboyhoed en vale spijkerbroek gaven haar een androgyne uitstraling. Op deze Bevrijdingsdag hakte de tekst van openingsnummer ‘Angels’ er extra hard in. „Leren liefhebben is niet eenvoudig, mijn kind, als oorlog het enige is wat je kent.”

Bij rockband Big Thief is Adrianne Lenker (32) de fiere frontvrouw die haar gitaar kan laten vlammen als een laswerktuig. Solo is ze een onnavolgbaar folkartiest met vingervlug spel op de akoestisch gitaar, die door haar virtuoos gebruik van de bassnaren soms klinkt alsof ze er twee tegelijk bespeelt. Haar teksten zijn intens persoonlijk. In ‘Before You’, een nummer dat nog niet op de plaat is verschenen, vertelt ze hoe ze als veertienjarige verliefd werd op een vrouw en hoe ze na die onbeantwoorde liefde trouwde met een man; een huwelijk dat maar kort stand hield. Wie haar biografie kent weet dat ze het heeft over Buck Meek, de andere gitarist in Big Thief met wie ze na de scheiding een bloeiende artistieke verhouding blijft onderhouden.

Breekbare stem

Ze maakte het nummer niet af, want, zo verontschuldigde ze zich, ze was verkouden en bevond zich in een milde koortswaan. Het concert werd er des te indringender door. Haar breekbare stem klonk nog een tikje nasaler dan normaal. Ze putte vrijelijk uit solowerk en nummers van Big Thief: ‘Orange’ en ‘Simulation Swarm’ werden vroege hoogtepunten in een concert dat verder aan haar soloalbums Songs and Instrumentals en het recente Bright Future was gewijd.

Pianist Nick Hakim bleek na zijn onopvallende voorprogramma de perfecte begeleider, met zacht omfloerste achtergrondzang en onnadrukkelijk pianospel. De hyperrealistische natuurpoëzie van ‘Ingydar’, waarin Lenker het ontbindingsproces beschrijft van een dood paard in de stal, klonk net zo aangrijpend als de liefdesliedjes ‘Not a Lot, Just Forever’ en ‘My Angel’. In ‘No Machine’ dirigeerde ze het publiek bij het maken van een flubberend geluid met de lippen; een luchtig moment na de concentratie die Lenker een avond lang afdwong.

In de toegift ‘Ruined’ bracht ze een atonale solo die de vraag liet rijzen of ze expres zo vals speelde. Ja, dat deed ze, op zoek naar die ene hoge noot die het concert naar een onverwacht anarchistische climax voerde. De ontlading in de zaal was stormachtig.