Joost Klein kon bij zijn vertrek naar Malmö in Zweden zijn ergernis erover slecht verhullen: hij was er niet blij mee dat de repetities van het Songfestival nu al een beetje zichtbaar zullen zijn. Het verpest het verrassingseffect van zijn act – precies waar Kleins performance altijd op leunt. Liever houdt hij alles geheim. „Je gaat een goochelaar toch ook niet al bij de repetities filmen?”, vraagt hij voor de camera op Schiphol.
Het zijn spelregels waar de autonome Friese artiest de komende anderhalve week mee om zal moeten gaan. Het Eurovisie Songfestival is een mediacircus. Een alomtegenwoordig internationaal muziekfestijn dat zowel vooraf als tíjdens breed uitgemeten wordt op socials, blogs en fansites. En dan laait vanaf zondag het Eurovisievuur pas echt hoog op, bij de officiële opening van het 68ste Eurovisie Songfestival met 37 deelnemende landen.
Dinsdag is de eerste halve finale met vijftien landen. Dan is donderdag de tweede halve finale – die van Joost Klein. Op de meest gunstige positie van de avond, als laatste, komt hij voor Nederland uit.
Je kunt hem intussen uittekenen in zijn helblauwe pak met die exorbitante schoudervullingen en het witte haar. Al blijkt er ook een zwarte ‘reisvariant’ te zijn. Afgelopen dinsdag deed hij in de Malmö-Arena zijn eerste repetitie. Een half uurtje mogen de deelnemers het grote podium verkennen, goed voor het drie keer doornemen van de song. Sommige artiesten stoeien met het decor, proberen hun showkleding uit. Er kan dan nog aan de act gesleuteld worden.
Pers is nog niet welkom. Maar via het officiële Eurovision-kanaal op TikTok en Instagram sijpelden fragmenten door. Klein leek zijn kaarten nog voor de borst te houden met een nog wat knullig-sobere staging zonder spraakmakende visuals. Van zijn twee kompanen was Appie Mussa verkleed als een pluizige blauw-gele vogel en de Stuntkabouter stond met een sterrenbloesje achter een draaitafel/monitor met veel draden. En er dansten twee dansers mee in witte joggingpakken met achterop Europese Unie-sterren.
Songfestivalcommentator Cornald Maas bevestigde op X meteen dat een paar visuele verrassingen nog niet zijn vrijgegeven. Dat Klein zijn besmettelijk-energieke dansvirus opvallend zal doorgeven, leidt geen twijfel. Een dansend gabberleger op de schermen, wie weet?
Alles behalve voorspelbaar
Nog altijd is Kleins ‘Europapa’ het meest gestreamde liedje van het festival. Het nummer is ruim 42 miljoen keer beluisterd op Spotify. Bij de bookmakers is hij na de eerste repetitiebeelden van de derde naar de vierde plaats gezakt, na Zwitserland, Kroatië en Italië.
Een drieminutenact „die ieder een plezier zal doen met de energie van hun vriendschap”, zei creative director Gover Meit (bekend geworden als cabaretier Stefano Keijzer), vorige week aan de talkshowtafel van Sophie Hilbrand. Verzoeken, ook van deze krant, om een lang interview met Joost Klein worden al maanden afgeslagen.
Volgens hem trainde Klein dag in dag uit voor zijn performance met zijn vrienden. Ook had Meit niet eerder zo intensief aan een enkel project gewerkt. Als „vader voor zijn creatieve kinderen” herkent hij in hen onaangepast gedrag en originaliteit, „hoe ze met hun eigen creativiteit de wereld in zijn gekomen”. Hij noemt Joost Klein daar een genie in.
De inzending van Nederland voor het Eurovisie is dit jaar alles behalve voorspelbaar. Het succes van ‘Europapa’, een blijmoedig Eurodance-nummer dat gaandeweg ombuigt naar in snellere ritmes stotende happy hardcore (een dancestijl die in Nederland in de jaren negentig groot werd) is dan ook meerdelig.
Retroliefde & TikTok-brein
„Het is toen, met de tijdgeest van nu. Met een TikTok-brein de 90’s in”, omschreef Joost Klein het nummer bij de presentatie in maart. „Alles komt terug. Alles beweegt in cirkels. Daar ben ik een goede trendwatcher in.”
Zijn prettig gestoorde omarming van nostalgie is typisch Klein in zijn absurdistische muziekshows waarin samples en woordstromen over elkaar heen pletteren. Zijn muziek schuurt soms, maar het heeft ook iets kunstzinnigs. Klein wil dat zijn ‘Europapa’ niet enkel een ludieke feestact is, maar ook persoonlijke diepte heeft.
De videoclip, geregisseerd door Véras Fawaz, heeft veel referenties naar populaire cultuur uit die tijd, van de populaire muziekzenders MTV en TMF, tot de oldskool oude super8-camera, camcorder tot Game Boy.
Klein scheurt op een scootmobiel over de dijk. Gabbers dansen voor molen De Breek in Etersheim, een dorpje in de gemeente Edam-Volendam.
De 26-jarige artiest uit Leeuwarden, een oud-gymnasiast die begon als vlogger en vervolgens rapper werd met melige raps op een bont ritme-arsenaal, houdt van alles waaraan jeugdsentiment kleeft. „Je kunt mij wakker maken om iets van vroeger te laten zien”, zei hij in maart.
Eurodance & Happy hardcore
Nederlandse Eurodance-acts gingen dertig jaar terug de hele wereld over: opgeruimde beats, raps met een cheesy refreintje door een rapper en een zangeres. Denk aan groepen als 2 Unlimited, 2 Brothers on the 4th Floor, Twenty 4 Seven of T-Spoon: megapopulair. En nog steeds op retro-feesten.
‘Europapa’ past volledig in de momenteel heersende nineties revival-trend van muziek, kleding tot series en gadgets. Veertig plus herbeleeft zijn jeugd. En jongeren raken, geheel volgens de cyclische trendgolven, weer geïnspireerd. In dit geval door happy hardcore. Producer Tantu Beats en Klein jatten voor ‘Europapa’ de hele nineties-snoepwinkel leeg aan sounds en invloeden. Neem het geluid van een goedkoop klinkend speelgoedpianootje.
DJ Paul Elstak, die samen met acts als de Party Animals en Charly Lownoise & Mental Theo de happy hardcore groot maakte in Nederland heeft er wel een verklaring voor. „Omdat het je toch blij en vrolijk maakt. Je kan er lekker op los gaan, lekker op dansen. In tijden dat alles niet zo fijn is in de wereld zijn mensen blij als ze even iets leuks horen.”
Troef: 24 seconden gabber
Het intro van ‘Europapa’ („Europe, let’s come together! Euro-pa-pa, Euro-pa-pa. It’s now or neeeever!”) is precies de manier waarop de Duitse rave-artiest Scooter zijn hits inluidde. Maar Kleins grote troef op het Eurovisie-podium is de inbreng van gabber. Voor de zogeheten ‘drop’, als tegen het einde samengebalde muziekspanning fel uiteen knalt, is dj Paul Elstak speciaal gevraagd voor een ‘sausje’. 24 seconden lang (van 2.14 tot 2.38) herleven onder zijn handen oude gabbertijden, met ‘hakkende’ gabbers in de video.
Het gabberstukje tegen het einde is de zogeheten ‘drop’. „Dat moet dan gelijk explosief worden”, vertelt Elstak. „Ik heb die oude gabbersound van mijn nummers als ‘Rainbow in the Sky’ erin gestopt, je gaat natuurlijk een beetje terug in de tijd. De harde kick, dat ouderwetse zaaggeluidje uit de synths, de hi-hats, dat breakbeatje; alles komt weer samen.”
Veertig plus wordt er nostalgisch van. Je hoeft toentertijd niet eens van gabbermuziek gehouden te hebben. Voor de doorsnee mensen is dit wel een rauw, heftig stukje, weet Elstak. „Maar ik zie steeds allemaal van die filmpjes voorbij komen, precies dat ene stukje, dat ze zo allemaal – kinderen én hun ouders – erop staan te hakken in de huiskamers. Heel leuk dat het zo viraal gaat. En goed voor de muziek dat die happy hardcore met zijn oude sounds nog triggert.”
Hij verwacht hoge punten van landen die hardcore omarmen, Duitsland, Zwitserland, Oostenrijk. Spanje, Italië. „Dat zijn allemaal landen waar ik ook regelmatig draai. In Frankrijk heb je ook een hardcore scene. En een beetje in Schotland.”
Hoge ogen op het Songfestival of niet, het regent nu bij Elstak aanvragen om dit soort remixen te maken. Tegen de zomer komt er nog een samenwerking tussen Klein en Elstak plus een grote Duitse naam uit – een geheide hit.
Europapa komt in eigen taal
Tegen de taalbarrière is lang gestreden, maar dat bij het Songfestival een land nog in eigen moerstaal zingt is in het huidige deelnemersveld een zeldzaam gegeven. Wel vaak: de combinatie. Engels met een paar zinnen in eigen taal voor een vleugje authenticiteit.
Van meet af stond vast dat Klein in eigen taal zou zingen. „Ik heb het gedaan zoals ík het vet zou vinden”, zei hij erover. „We hebben veel research gedaan naar Eurovisie-songs. En kwamen tot de conclusie: een eigentaal-inzending vinden wij het leukst.”
Wat de laatste twintig jaar betreft zong S10 in 2022 ‘De Diepte’ (ze werd 11de). Daarvoor in 2010: Sieneke (‘Ik ben verliefd, sha-la-li’, haalde finale niet). Op de edities van 1974, ’75 en ’76 tot 1999 (Marlayne – ‘One Good Reason’) zongen Nederlandse kandidaten uitsluitend in eigen taal.
Van hakken naar emo: het persoonlijke element
Na het stukje hardcore komen de tranen. Dan wordt Klein persoonlijk. Niet voor niets heet het nummer ‘Europapa’ – het is een nadrukkelijke ode aan zijn vader. Het verlies van zijn beide ouders heeft zijn tienertijd getekend. In liedjes geeft hij blijk van dit verdriet, en ook de therapie die het hem kostte om als enigszins stabiel mens door het leven te gaan. Fryslân (2022) werd zijn therapieplaat.
Overvliegende kraaien, een verbrande familiefoto van peuter Joost met zijn ouders. Zijn familiehuis gaat in rook op. Op pianomuziek komen ingetogen slotwoorden: „Mijn vader zei me ooit, het is een wereld zonder grenzen. Ik mis je elke dag is wat ik stiekempjes fluister. Zie je wel pa, ik heb naar je geluisterd.” Het schijnt dat de breekbare performance van de in 2017 Songfestival-winnende Portugese ballade ‘Amar pelos dois’ van Salvador Sobral inspireerde voor komende uitvoering.
Tot slot: Europa verenigd
Klein gaat in zijn lied vele landen af. Hij wil nadrukkelijk het Europese gevoel uitdragen. Niet toevallig zijn dat ook de ‘Big Five’ (Duitsland, Frankrijk, Groot-Brittannië, Frankrijk, Spanje), de landen die het meest bijdragen aan de EBU en een gegarandeerde finaleplaats hebben. Te zien zijn vele Europese vlaggen. Ook zijn pak met de excentriek puntige schoudervullingen is met een beetje fantasie de vorm van een ster.
Het enigszins wankel opgestapelde gebouw met windmolen in de videoclip is een verzameling van plaatsen waar Klein is opgegroeid. Je zou er ook Breugels Toren van Babel in kunnen zien: een verenigd ‘Europa’.