Mannen in gele hesjes en met witte veiligheidshelmen op hun hoofd barricaderen de Chinese ambassade in Honiara, de hoofdstad van de Salomonseilanden, met stalen blauwe hekken. „Ze zijn bang voor rellen”, zegt Leonard Au, een 55-jarige elektricien met een grijs petje op die er jonger uitziet dan zijn jaren. De Chinese ambassade ligt aan de stoffige hoofdweg van de stad, waar auto’s langzaam rijden om de vele gaten in het wegdek te vermijden. Mensen die opeengepakt in de open laadbak van een vrachtwagen zitten, houden een sjaal voor hun mond en neus tegen het opwaaiende stof.
De angst voor ongeregeldheden komt niet uit de lucht vallen. De afgelopen jaren waren er meerdere keren rellen naar aanleiding van de sterk gegroeide Chinese aanwezigheid op de eilanden, en tegen de regering van premier Manasseh Sogavare, die ruim baan voor China zou hebben gemaakt. Bij de net gehouden verkiezingen was de Chinese invloed opnieuw een thema. Dat verkiezingen in een klein, arm land in een uithoek van de Stille Oceaan ook internationale aandacht krijgen, heeft te maken met de strategische ligging van de eilandengroep. Het ligt vlakbij belangrijke handelsroutes, slechts drieduizend kilometer van de Amerikaanse marinebasis op Guam en minder dan tweeduizend kilometer van de Australische kust. De Salomonseilanden zijn mede daardoor het toneel geworden van een strijd tussen China en het Westen.
„De Chinezen zijn communistisch, ze hebben een ander systeem dan wij. Daar houd ik niet van”, zegt Au. Hij werkt als elektricien voor een Chinees bouwbedrijf dat bezig is een van de panden in de Chinese wijk van Honiara te knappen. „Ik heb geen keuze, ik heb werk nodig.”
Zijn vriend Kevin Buga (45) draagt een lange grijze sik en heeft rode tanden van het kauwen van de betelnoot, een soort pruimtabak. Hij heeft geen problemen met de Chinezen. „Ze zorgen voor werk en een betere economie. We moeten juist blij zijn met de Chinese investeringen”, zegt hij.
Fonkelnieuw stadion
De opvattingen van de twee vrienden zijn exemplarisch voor de verdeeldheid in het land over de Chinese aanwezigheid. Maar dát China veel invloed heeft op de Salomonseilanden, is onmiskenbaar.
Om daar voorbeelden van te zien is een ritje over de hoofdweg van Honiara voldoende. Mendana Avenue is een van de weinige wegen in het land met een straatnaam. Langs die weg staat een fonkelnieuw stadion met een capaciteit van tienduizend bezoekers, een cadeau van China voor de Pacifische Spelen van afgelopen november. ‘Voor een gedeelde toekomst’ staat met rode letters in de stenen gebeiteld, zowel in het Engels als in het Chinees. De Salomonseilanden organiseerden de „Olympische Spelen van de Pacific”, een prestigeproject waarvoor zelfs de verkiezingen werden uitgesteld.
Inmiddels ligt het stadion, dat „een symbool van de vriendschap” zou zijn tussen de beide landen, er verlaten bij. De witte overkappingen blinken in de felle zon. Nu betaalt China nog voor de beveiliging, maar niet lang meer. Wie daarna voor het onderhoud opdraait, is onduidelijk.
Even verderop wordt een nieuwe vleugel gebouwd bij het lokale ziekenhuis. Op de borden bij de bouwput staat groot ‘China Aid’. Ook rolt China een ambitieus ‘Belt and Road’-project uit in de Salomonseilanden. De Chinese regering verstrekt een lening van zo’n 60 miljoen euro aan het land voor de bouw van 161 telecommunicatietorens verspreid over de eilanden, uitgevoerd door de Chinese telecomgigant Huawei. Daarnaast belooft China wegen zoals de hoofdstraat te asfalteren en zijn er de afgelopen jaren veel Chinese ondernemers neergestreken in het land.
Chinese politieagenten
De Chinese aanwezigheid is relatief nieuw. Voordat de huidige premier Manasseh Sogavare in 2019 aan de macht kwam, was Taiwan een van de belangrijkste partners van de Salomonseilanden. Maar al gauw na zijn aantreden koos Sogavare voor hechtere banden met China, en zegde in ruil daarvoor de diplomatieke banden met Taiwan op.
Lees ook
Chinees pact in ‘achtertuin’ van Australië wekt onrust
Die beslissing schokte de westerse wereld. Vooral buurland Australië en de Verenigde Staten maken zich zorgen, zeker sinds Sogavare in 2022 een omstreden veiligheidsverdrag sloot met China. Hoewel de details van het verdrag nog steeds niet openbaar zijn gemaakt, blijkt uit een uitgelekte tekst dat China politieagenten en militairen mag sturen om zijn staatsburgers en belangen op de eilanden te beschermen. Vooral in Australië leidde dat tot grote onrust. Men is bang dat China een militaire aanwezigheid opbouwt op de Salomonseilanden, op slechts een kleine tweeduizend kilometer van de Australische kust.
Ook onder de bevolking is er onvrede over wat in de volksmond de ‘switch’ is gaan heten. Drie jaar geleden sloeg de vlam in de pan toen een grote demonstratie tegen premier Sogavare, vanwege diens toenadering tot China ten koste van de banden met Taiwan, uitmondde in rellen en plunderingen. Demonstranten legden onder meer de Chinese wijk in Honiara in puin. Na de rellen werden drie verkoolde lichamen gevonden in uitgebrande gebouwen. Nu nog steeds is de schade niet hersteld. De zwartgeblakerde gebouwen zonder ramen staan leeg, op de muren zijn teksten te lezen zoals ‘Soga treed af’.
Opstapelende schulden
Ofani Eremae is al ruim vijfentwintig jaar journalist op de Salomonseilanden. Hij snapt wel waarom een deel van de bevolking niets van China moet hebben. „Vroeger waren de Chinese winkels alleen in de Chinese wijk. Maar tegenwoordig is het overal Chinatown”, zegt hij.
Een jaar geleden richtte hij het platform In-depth Solomons op, een van de weinige media die onderzoeksjournalistiek bedrijven op de Salomonseilanden. Hij heeft een bescheiden kantoor in een complex aan de stoffige hoofdstraat van Honiara. Zijn bureau wordt verlicht door felle tl-buizen, de airconditioning staat op standje ijzig. „Salomonseilanders die voorheen florerende bedrijven hadden, hebben hun deuren moeten sluiten omdat ze niet konden concurreren met de Chinezen die hier kwamen. We zijn toeschouwers geworden in ons eigen land”, zegt hij.
Oppositiepartijen wijzen op de schulden die zich opstapelen. Politicus Gordon Darcy Lilo is de leider van de boerenpartij Sipra. „Ik maak me grote zorgen om de grote leningen die de regering is aangegaan met China”, zegt hij. Hij zit in de tuin van het Heritage Park Hotel onder een wuivende palmboom. Het duurste hotel van Honiara is een verzamelplaats voor politici, zakenmensen, juristen en diplomaten. „Wat gebeurt er als we die leningen niet terug kunnen betalen”, vraagt Lilo zich af.
Het is een onrustige periode voor de eilandengroep die een roerige geschiedenis kent. De archipel telt zo’n zevenhonderdduizend inwoners die verspreid zijn over meer dan negenhonderd eilanden. Lange tijd was het een Brits protectoraat, het viel onder bescherming van het Britse rijk. In 1978 werd het land onafhankelijk. Sindsdien kwakkelt de economie. Na een staatsgreep in 2000 en jarenlange gevechten tussen verschillende etnische groeperingen werd het land in 2001 failliet verklaard.
Astronautenvoedsel
Nog steeds is het een van de armste landen in de Pacific. Dat is te zien in de Pikinini kliniek voor kinderen, vlakbij de Chinese wijk. In een grote ruimte zijn drie verpleegkundigen aan het werk die de kinderen een voor een onderzoeken. Op de gang staat een rij vrouwen en kinderen op hun beurt te wachten. Anne Leo (53) runt sinds ruim tien jaar de kliniek. Ze ziet regelmatig kinderen die ondervoed zijn. „De zwakste kinderen geven we deze zakjes mee”, zegt ze terwijl ze een pakje uit een doos haalt dat doet denken aan astronautenvoedsel. „Het is een soort pindakaas met alle proteïne en vitamine die ze nodig hebben.”
De 23-jarige Victoria is bij de kliniek met haar zoon Josiah Ralph van bijna twee. Het jongetje met grote bruine ogen is lusteloos, ze weet niet wat hem mankeert. „Het probleem waar ik tegenaan loop is een gebrek aan geld”, zegt ze. Ze werkt in een winkel terwijl haar ouders op haar kind passen. „Ik weet niet precies wat ze hem te eten geven. Ik ben gestopt met studeren toen ik hem kreeg, omdat ik moet werken om genoeg te verdienen.”
Dat hoort verpleegster Leo de hele dag. „Het leven is duur, mensen kunnen zich weinig veroorloven”, zegt ze. Ook voor het programma voor ondervoede kinderen is te weinig geld. „We hebben meer steun nodig. Nu kunnen we niet altijd alle kinderen helpen.” Als het aan haar ligt, is elke hulp welkom. Ook uit China.
Onverklaarbare rijkdom
Op het eiland Malaita, het dichtstbevolkte eiland van de Salomonseilanden, is van oudsher de meeste onvrede over de invloed van China. Demonstranten die de Chinese wijk in de hoofdstad in brand staken, kwamen voornamelijk hier vandaan.
Malaita is een vulkanisch eiland, ruim twee uur met een veerboot van de hoofdstad Honiara. Aan de rand van het water staan traditionele houten huizen op palen. Kinderen slingeren aan de takken van een dode boom die in het water ligt. Ook hier worden veel winkels gerund door Chinezen. Ken Yan (55) woont sinds elf jaar op Malaita. Hij bemoeit zich liever niet met de discussie over Chinese invloed. „Maar het is niet eerlijk dat ze ons de schuld geven als ze problemen hebben met de regering”, zegt hij.
Het eiland is tevens de thuisbasis van Matthew Wale, een prominent oppositieleider. Zijn coalitiepartij CARE kan de krachten bundelen met de eveneens China-kritische United Party. Samen hebben die iets meer zetels gehaald dan OUR, en daarmee maakt Wale kans om premier te worden. Wale draait al jaren mee in de nationale politiek en is een bekende criticus van Sogavare. „Zijn prioriteiten zijn niet op orde. Zijn regering heeft miljoenen uitgegeven aan de Pacific Games, terwijl we in bijna alle ziekenhuizen niet genoeg medicijnen hebben”, zegt hij.
In Auki, de hoofdstad van het eiland Malaita, verblijft hij in een eenvoudig motel. De kleine kamers met eenpersoonsbedden hebben geen ramen, worden verlicht door tl-buizen en hebben slechts een langzaam zwiepende plafondventilator tegen de hitte en de muggen. Wale is hier thuis, hij groeide op in het kleine dorp aan de waterkant. Politici verdienen niet veel geld in de Salomonseilanden. Tot voor kort verdiende de premier van het land een bescheiden 34.000 euro per jaar. Onlangs voerde Sogavare’s regering een loonsverhoging in, waardoor hij nu zo’n 47.000 euro per jaar verdient.
Volgens Wale heeft Sogavare de band met China aangehaald uit financieel eigenbelang. „Hij heeft veel onverklaarbare rijkdom. De informele economie, de zwarte markt, bedraagt meer dan 200 miljoen euro. Dat zit niet in het banksysteem, het is in handen van Chinese groothandelaren en de houtindustrie. Sogavare profiteert hiervan”, stelt hij.
Ook onderzoeksjournalist Eremae verdenkt de regeringsleider van corruptie. Onlangs deed hij onderzoek naar de bezittingen van Sogavare. De afgelopen jaren hebben de premier en zijn vrouw acht nieuwe huizen laten bouwen. Daarvoor sloten ze verschillende hypotheken af ter waarde van zo’n 800.000 euro. „Financiële experts die we naar die cijfers hebben laten kijken zeggen dat hij zo’n hoge lening niet had kunnen krijgen met zijn salaris als premier”, zegt Eremae.
Hij had Sogavare daar graag over aan de tand gevoeld, maar die wees zijn interviewverzoeken af. Wel heeft zijn vrouw in een verklaring gesteld dat ze „niets te verbergen hebben”. Eremae stelt dat de democratie onder druk staat. „Onze leiders weigeren te praten met de media.We zien steeds meer signalen van het communisme in ons land”, zegt hij.
Spagaat
Door de toegenomen aanwezigheid van China staan Australië en de Verenigde Staten ook te dringen om aandacht. Lange tijd heeft Australië de relatie met landen in de Stille Oceaan verwaarloosd, maar sinds zijn aantreden probeert de regering van premier Anthony Albanese de banden weer aan te halen. Traditioneel is Australië de belangrijkste bondgenoot van de eilandengroep, en ook de grootste geldschieter. Australië geeft miljoenen uit aan ontwikkelingshulp. Maar dat gaat vaak naar projecten die minder zichtbaar zijn dan de grote infrastructurele projecten die China financiert.
Lees ook
Voorlopig zijn alleen bij rampen buitenlandse diplomaten welkom op de Salomoneilanden
De Verenigde Staten opende vorig jaar weer een ambassade in het land, na dertig jaar afwezigheid. Het kleine, onopvallende gebouw in de haven van Honiara kan niet tippen aan de ambassade van China; dat neemt een heel blok aan de hoofdweg in beslag.
Eremae ziet zijn land steeds verder in een spagaat terechtkomen tussen China en het Westen. „Als het land zwak is en onze leiders corrupt zijn, geven we onze soevereiniteit gemakkelijk weg aan buitenlandse machten.” Volgens hem staat de onafhankelijkheid van zijn land op het spel. „We worden slaven van de grootmachten. Dat gebeurt nu al.”